Blad 2
a. voor tijdelijke aanpassing van hqt personeelsbestand
van een dienst of bedrijf aan een wisselende behoefte;
b. voor personen, die blijkens de bewoordingen van de aan
stelling of arbeidsovereenkomst in dienst zijn genomen
hoofdzakelijk ten behoeve van een wetenschappelijke of
praktische opleiding of vorming;
c. voor het verrichten van werkzaamheden in het kader van
een door de overheid getroffen regeling, die het karak
ter draagt door een tijdelijke tewerkstelling de opne
ming in het arbeidsproces te bevorderen van personen,
die behoren tot een of meer bepaalde groepen van werk
lozen;
d. ingeval de aanstelling tot gevolg zou hebben dat be
trokkene uit dien hoofde:
1. niet verplicht verzekerd is ingevolge de Zieken
fondswet
2. noch uit anderen hoofde verplicht verzekerd is
tegen ziektekosten;
3. en geen deelnemer aan de IZA-regeling is;
e. om andere vast te stellen redenen
Artikel 3.
Duur van de arbeidsovereenkomst.
1. Met de werknemer, bedoeld in artikel 2, onderdeel a of
b, wordt de arbeidsovereenkomst aangegaan voor ten
hoogste zes maanden.
2. Met de werknemer, bedoeld in artikel 2, onderdeel c,
wordt de arbeidsovereenkomst aangegaan voor ten hoogste
de termijn gedurende welke de regeling, zoals bedoeld
in onderdeel c, op de werknemer van toepassing is.
Artikel 4.
De arbeidsovereenkomst wordt schriftelijk aangegaan, in
tweevoud opgemaakt en door beide partijen ondertekend.
Blad 3
Artikel 5.
Ten aanzien van minderjarigen met wie een arbeidsovereen
komst naar burgerlijk recht wordt gesloten, zijn de artike
len 1637g en 1637h van het Burgerlijk Wetboek van toepas
sing.
Artikel 6.
1. De bepalingen van Boek 7a, zevende titel A, van het
Burgerlijk Wetboek zijn van toepassing op de arbeids
overeenkomst, met inachtneming van het gestelde in het
tweede lid.
2. In afwijking van het gestelde in het eerste lid, geldt
dat ter zake van de beëindiging van een arbeidsovereen
komst die is aangegaan voor onbepaalde tijd, door werk
gever danwel door werknemer de volgende opzegtermijn in
acht wordt genomen. De werkgever neemt een opzegtermijn
in acht van tenminste 2 maanden, indien de werknemer
tenminste gedurende 2 jaar onafgebroken werkzaam is
geweest in de betrekking die eindigt. In alle andere
gevallen neemt de werkgever een opzegtermijn van een
maand in acht bij het beëindigen van een arbeidsover
eenkomst die is aangegaan voor onbepaalde tijd. De op
zegtermijn die de werknemer in acht dient te nemen,
bedraagt de helft van de periode die door de werkgever
als opzegtermijn gehanteerd dient te worden.
3. In aanvulling op het bepaalde in het eerste lid zijn de
artikelen A5A9, Cl, C3, C5 tot en met C13, H8, H12a,
H15, H16 en de hoofdstukken D, E, met uitzondering van
de artikelen E24 en E25, F en G van het Algemeen Ambte
narenreglement, voor zoveel mogelijk van overeenkomsti
ge toepassing op de arbeidsovereenkomst die is aange
gaan op grond van het bepaalde in artikel 2,
onderdeel d.
Artikel 7.
De arbeidsovereenkomst kan te allen tijde zonder opzeg
gingstermijn worden beëindigd, indien de werknemer niet
langer verblijf is toegestaan op grond van artikel 9 of 10
van de Vreemdelingenwet.