belangenbehartiging, zelfhulp en patiëntenverenigingen op het terrein van
de gezondheidszorg en de maatschappelijke dienstverlening, met ingang van
1995 te verlagen met een bedrag van 25.000,=. Tevens werd medegedeeld dat
het College besloten had de Raad voor te stellen het dan beschikbare budget
slechts aan te wenden voor zelfhulp en patiëntenverenigingen op het gebied
van de gezondheidszorg. Het College stelde de Raad voor om de subsidiëring
van belangenbehartigende activiteiten op het vlak van de maatschappelijke
dienstverlening met ingang van 1995 te beëindigen. De Raad heeft dit in
zijn vergadering van 15, 16 en 17 november 1993 overgenomen. In de brief
van 25 november 1993 heeft het College dezelfde organisaties op de hoogte
gesteld van het raadsbesluit hierover.
Het College heeft, bij het opstellen van de bezuinigingsvoorstellen 1993-
1997, prioriteiten gesteld in het gemeentelijk beleid. Er is gekozen voor
het afstoten van taken in plaats van het toepassen van de 'kaasschaaf-
methode'. Het College heeft het handhaven van de subsidiëring van de
zorgsector als prioriteit gesteld. Conform deze beleidslijn heeft het
College gekozen voor handhaving van de subsidiëring van activiteiten op het
gebied van de gezondheidszorg. De financiering van belangenbehartiging op
het terrein van de maatschappelijke dienstverlening wordt derhalve afgesto
ten.
De betreffende Verordening zal in 1994 worden aangepast aan de wijziging
van het beleid. Het raadsbesluit is gebaseerd op een beleidskeuze. De
procedure rond het wijzigen van het beleid is zorgvuldig uitgevoerd.
4Terinzageleqqinq van de stukken van de hoorzitting
De achterliggende stukken hebben vanaf 9 februari 1994 ter inzage gelegen
en zijn aan reclamante toegezonden.
De hoorzitting van de raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaar
schriften heeft op 23 februari 1994 plaatsgevonden. Op deze hoorzitting
zijn de standpunten toegelicht.
5Overwegingen en advies van de commissie
Naar aanleiding van de stukken en hetgeen op de hoorzitting naar voren is
gebracht heeft de commissie het navolgende overwogen.
Het raadsbesluit om de subsidiëring van belangenbehartigende activiteiten
op het terrein van de maatschappelijke dienstverlening te beëindigen, is
een besluit van algemene strekking. Een zodanig besluit is, op grond van
artikel 2, tweede lid sub a, geen beschikking in de zin van de Wet Admini
stratieve Rechtspraak Overheidsbeschikkingen.
De commissie is ook van mening dat de brief van Burgemeester en Wethouders,
waarin medegedeeld werd dat het subsidiebudget met ingang van 1995 wordt
aangewend ten behoeve van de belangenbehartiging, zelfhulp en patiëntenver
enigingen op het gebied van de gezondheidszorg en dat de subsidiëring van
belangenbehartigende activiteiten op het vlak van de maatschappelijke
dienstverlening, met ingang van 1995 beëindigd zou worden, slechts een
brief van informatieve aard en dus geen beschikking is.
In de bijsluiter bij deze brief werd gewezen op de mogelijkheid om een
bezwaarschrift in te dienen tegen de, in de brief medegedeelde, beslissing
van de Raad. De commissie overweegt dat dit verwarrend was. De commissie is
echter van oordeel dat de algemene strekking van het besluit van de Raad,
niet door de bijsluiter wordt aangetast.
2