RAADSADVIESCOMMISSIE VOOR DE BEROEP- EN BEZWAARSCHRIFTEN
Advies inzake de bezwaarschriften van de Stichting Us Heit en de Stichting
Burmania tegen het besluit tot het beperken van de subsidieverlening voor
activiteiten voor jongeren, die wegens lichamelijke, geestelijke of sociale
omstandigheden niet in staat zijn aan reguliere activiteiten deel te nemen.
Bijlage nr. 98
Aan de Gemeenteraad.
1 Inleiding
In de vergadering van 15, 16 en 17 november 1993 heeft de Raad, in het
kader van de bezuinigingen 1993-1997, het besluit genomen om het jaarlijks
beschikbare budget ten behoeve van vrijwillig jeugdwerk, met ingang van
1995 te verlagen met een bedrag van 47.000, Tevens heeft de Raad
besloten het dan beschikbare budget slechts aan te wenden voor activiteiten
voor jongeren die wegens lichamelijke, geestelijke of sociale omstandighe
den niet in staat zijn aan reguliere activiteiten deel te nemen.
Tegen het hiervoor genoemd besluit hebben de Stichtingen Us Heit en
Burmania op 29 december 1993, krachtens de Wet Administratieve Rechtspraak
Overheidsbeschikkingen, een bezwaarschrift ingediend. Deze bezwaarschriften
zijn ingevolge de Procedureverordening voor de beroep- en bezwaarschriften
in handen gesteld van de raadsadviescomraissie voor de beroep- en bezwaar
schriften.
2. Inhoud van het bezwaarschrift
De bezwaarschriften komen op het volgende neer.
Omdat reclamanten, gelet op de financiële situatie van de gemeente, geen
bezwaar hadden tegen de verlaging van de subsidie en ervan uitgingen dat de
percentages zouden worden aangepast, hebben zij geen gebruik gemaakt van de
inspraakmogelij kheden
In de brief van het College van 17 juni 1993 aan reclamanten, waarbij de
bezuinigingen werden medegedeeld, is niet aangegeven dat aan de Raad
voorgesteld zou worden om het resterende subsidiebudget slechts beschikbaar
te stellen voor activiteiten voor jongeren die wegens lichamelijke, geeste
lijke of sociale omstandigheden niet in staat zijn aan reguliere activitei
ten deel te nemen. Doordat reclamanten niet op de hoogte zijn gebracht van
de voorgestelde beleidswijziging, heeft de gemeente in dezen onzorgvuldig
gehandeld
Reclamanten zien de noodzaak in dat de komende jaren een deel van de
subsidie ingeleverd moet worden. Zij vragen om een fasering voor het
afbouwen van de subsidie, zodat zij in de gelegenheid gesteld worden om de
bezuiniging op te vangen. Zij verzoeken de Raad om het resterende budget,
in plaats van over bepaalde groeperingen, over alle groeperingen, die
binnen het verband van vrijwillig jeugd- en jongerenwerk momenteel binnen
de gemeente op een bijzondere wijze bezig zijn, te verdelen. Dit met in
achtneming van de bezuiniging. Op deze wijze wordt de bezuiniging verdeeld
over alle groeperingen, in plaats van enkelen op een goede financiële basis
voort te zetten en een grote groep slecht achter te laten.
1