Blad 8
budgetfinanciering.
Het ligt in de bedoeling dat de gemeente in de toekomst een
subsidiecontract afsluit met de nieuwe instelling voor de
kunstzinnige vorming. In geval van de ROC-optie sluit de
gemeente zo'n contract af met het ROC. De Blauwe Stoep ont
vangt van de gemeente momenteel al een budgetsubsidie. Bin
nen bepaalde marges is het de Blauwe Stoep toegestaan even
tueel resterende financiële middelen te behouden en aan te
wenden voor nieuwe activiteiten op het gebied van de kunst
zinnige vorming.
Een unit ROC zal zich moeten conformeren aan het financiële
beleid van het ROC. Dat betekent dat in het algemeen de
resterende middelen van de units terugvloeien naar het cen
traal beheer (gezamenlijke beleggingsconstructie)maar dat
units de middelen voor specifieke activiteiten mogen behou
den, mits ze worden aangewend voor uitbreiding van activi
teiten of de tarieven worden verlaagd.
3. Gevolgen van de onderzochte opties voor het personeel.
Bij het opgaan van het GML in de ex. art. 82 constructie,
of bij een unit Kunstzinnige Vorming bij het ROC, wordt
ervan uitgegaan, dat de muziekdocenten het werk volgen. Het
is daarentegen reëel te veronderstellen, dat dit niet het
geval is voor de directie en het onderwijs ondersteunend
personeel (OOPers
de ROC-optie:
Het ROC heeft ten behoeve van zijn units ondersteunende
afdelingen, waarvan de units gebruik moeten maken
('gedwongen winkelnering'). Afhankelijk van de diensten
die de ondersteunende afdelingen van het ROC leveren,
kan eventueel personeel meegaan. Er zou dan moeten wor
den onderhandeld met het ROC over de vraag öf er onder
wij s -ondersteunend personeel mee gaat, en zo ja om
wélke functies het dan gaat;
daarna kan hieraan personele invulling worden gegeven,
de ex art. 82 constructie:
Er wordt een nieuwe stichting opgericht waarbij mini
maal de docenten van de Blauwe Stoep en de directie in
dienst zijn. Zo mogelijk dient deze stichting al het
onderwijs-ondersteunend personeel in dienst te nemen
(conciërge, administratie)
Indien tot de optie ex artikel 82 wordt besloten, moet
met de Blauwe Stoep in onderhandeling nader vastgesteld
worden
1) welke onderwijs-ondersteunende taken het samenwer
kingsverband Blauwe Stoep/GML intern nodig heeft,
2) wat de precieze omvang van formatie daarin dient te
zijn,
Blad 9
3) de personele invulling van de eerder vastgestelde
formatieruimte
Eerst dan kan voor het ondersteunend personeel van
beide instituten en voor de gemeente nader worden
vastgesteld wat de exacte personele consequenties
hiervan zijn.
Vanuit twee afdelingen van de dienst Welzijn worden werk
zaamheden verricht voor het GML. Voor wat betreft de werk
zaamheden die voor het GML worden verricht binnen de dienst
Welzijn kan niet het principe 'personeel volgt werk' worden
gehanteerd (er zijn bij deze twee afdelingen niet concreet
medewerkers aan te wijzen die uitsluitend voor het GML
werkzaamheden verrichten)maar kunnen beide opties slechts
leiden tot boventalligheid. Inmiddels zijn binnen de Dienst
Welzijn overigens vacatures ontstaan die hiervoor compensa
tie bieden.
Een zelfstandig instituut voor de KV kan zelf bepalen welke
taken het intern in eigen beheer uitvoert, welke taken het
eventueel uitbesteedt en waar. Het is mogelijk dat het
nieuwe instituut zelf alle taken wil uitvoeren, maar het is
waarschijnlijker dat het instituut de salarisadminstratie
en de betreffende financiële werkzaamheden gedeeltelijk zal
willen uitbesteden, bijv. aan OSAB/ASBO (de Blauwe Stoep
heeft een deel van haar administratie momenteel extern on
dergebracht)
De mogelijkheden tot uitbesteding van (geïntegreerde) admi
nistratie ten behoeve van de kunstzinnige vorming aan OSAB
worden momenteel nog onderzocht door de beide instituten en
de dienst Welzijn. Daarnaast zijn er nog onderhandelingen
gaande over de vraag of er behalve van de afdeling Onder
wijs ook nog van andere afdelingen (FIA en P&O) personeel
over kan gaan naar OSAB
Tenslotte dient te worden opgemerkt dat voor het onderwijs
ondersteunend personeel van het GML, wanneer het zoals
hiervoor is bedoeld het werk niet kan volgen, de gemeente
lijke regelingen inzake wachtgeld en flankerend beleid con
form het sociaal convenant van toepassing zijn. De finan
ciële consequenties zijn op dit moment weliswaar niet pre
cies aan te geven, maar het hiermee eventueel gemoeide be
drag is te overzien; het gaat hier om maximaal 3,4 forma
tieplaats
Naar aanleiding van een pakketvergelijking inzake de
arbeidsvoorwaarden kan het volgende worden opgemerkt
Indien tot de optie ROC wordt besloten, valt het personeel
dat overgaat van het GML naar het ROC, onder de Rechtsposi
tieregeling Onderwijzend Personeel bij het ROC. Deze
rechtspositie wijkt niet of nauwelijks af van de rechtspo
sitieregeling R.A.K.V. waaronder het GML personeel nu valt.