Belastbaar felt Artikel 2 Onder de naam "parkeerbelastingen" worden de volgende be lastingen geheven: a. een belasting ter zake van het parkeren van een voer tuig op een bijdanwel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het College van Bur gemeester en Wethouders te bepalen plaats, tijdstip en wij ze b. een belasting ter zake van een van gemeentewege ver leende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze. Belastingplicht Artikel 3 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven van de degene die het voertuig heeft gepar keerd 2Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt a degene die de belasting voldoet, danwel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen vodoen b zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het voertuig, met dien verstande dat le indien een voor ten hoogste drie maanden aangega ne huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze over eenkomst de huurder van het voertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd; 2e indien blijkt dat een ander in het kentekenregis ter had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft gepar keerd. 3. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voor komen 4. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd. Blad 3 Maatstaf van de heffing, belasting tarief en belastingtijdvak Artikel 4 De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belas tingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening beho rende en daarvan deel uitmakende tarieventabel Ontstaan van de belastingschuld Artikel 5 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is ver schuldigd bij de aanvang van het parkeren. 2. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, is ver schuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend Wijze van heffing en termijnen van betaling Artikel 6 1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet worden betaald bij de aanvang van het parkeren. 2. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend. 3. Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald. Vaststelling formulier aangiftebiljet Artikel 7 Het formulier van het aangiftebiljet wordt bij afzonderlij raadsbesluit vastgesteld. Machtiging tot overdracht van bevoegdheden Artikel 8 1. Het College van Burgemeester en Wethouders is bevoegd tot het verlenen van schriftelijke toestemming met be trekking tot het verdagen van de uitspraak op het be zwaarschrift voor ten hoogste een jaar.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1994 | | pagina 280