Inhoud (vervolg) Hoofdstuk 5 Straf-, overgangs- en slotbepalingen Artikel Artikel Artikel Artikel Artikel Artikel Artikel Artikel Artikel 21 Verstrekken van inlichtingen en dergelijke 22 Kennisgeving van bijzondere omstandigheden Strafbepaling Opsporingsambtenaren 2 5 Betreden danwel binnentreden van gebouwen en terreinen 2 6 Nemen van monsters Inwerkingtreding Overgangsbepaling Aanhalingstitel 23 24 27 28 29 Besluit van Burgemeester en Wethouders, nadere regels ex. artikel 3, tweede lid, van de lozingsverordening Artikel I Aanwijzing categorieën inrichtingen Artikel II Nadere regels LOZINGSVERORDENING RIOLERING 1994 HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. afvalwater: te lozen water, waarin al dan niet afvalstoffen als bedoeld onder b voorkomen; b. afvalstoffen: afvalstoffen, verontreinigende of schadelijke stoffen, in welke vorm ook, als bedoeld in artikel 1 van de Wet verontreini ging oppervlaktewateren; c. riolering: het gemeentelijk rioolstelsel, met inbegrip van de daartoe behorende rioolgemalen en persleidingen en andere openbare werken en installaties van overeenkomstige aard, uitgezonderd straatkolken en particuliere aansluitingen; d. waterbeheerder: de beheerder van een rioolwaterzuiveringsinstallatie of van enig ander werk waarop de riolering is aangesloten, danwel het gezag dat bevoegd is tot het verlenen, weigeren, wijzigen of intrek ken van een vergunning als bedoeld in artikel 1 van de Wet verontrei niging oppervlaktewateren, tot het brengen van afvalstoffen, veront reinigende of schadelijke stoffen in het oppervlaktewater waarop de riolering uitkomt; e. werk: vast aanwezige voorziening, waarmee stoffen direct of indirect in de riolering kunnen worden gebracht; f. inrichting: elke door de mens bedrijfsmatig of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, ondernomen activiteit die binnen zekere begrenzing pleegt te worden verricht. Artikel 2 Verbod te lozen op een straatkolk 1. Het is verboden afvalwater of afvalstoffen met gebruikmaking van een straatkolk of een inspectieput te lozen op de riolering. 2. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op de lozing op een straatkolk die in het kader van normaal huishoudelijk gebruik op een straatkolk plaatsvindt. 3. Burgemeester en Wethouders kunnen van het verbod in het eerste lid ontheffing verlenen. HOOFDSTUK 2 Bepalingen ter uitvoering van de door de waterbeheerder aan de gemeente gegeven voorschriften Afdeling 1 Verbod zonder vergunning afvalwater of afvalstoffen te lozen Artikel 3 Vergunningplicht 1. Het is verboden een inrichting die door middel van een werk afval water of afvalstoffen op de riolering kan lozen of loost zonder een daartoe verleende vergunning van Burgemeester en Wethouders a. op te richten of in werking te hebben; 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1994 | | pagina 49