KONCEPT
UITGANGSPUNTEN VOOR HET PROJEKT "STADSKANTOOR LEEUWARDEN"
Herkenbaarheid en hoofdvorm
Gestreefd wordt naar een stadskantoor dat als zodanig herkenbaar is.
De ontwerper moet aangeven op welke wijze naar zijn mening de herkenbaar
heid als stadskantoor wordt bepaald en dat te ervaren is dat het niet
gaat om een willekeurig bedrijfskantoor.
Status en luxe worden niet verlangd, maar wel moet worden gestreefd naar
het bereiken van een specifieke sfeer zowel in- als uitwendig.
De ontwerper moet deze sfeer definiëren.
Het gebouw moet zowel van binnen als van buiten blijk geven van eenvoud
en efficiency.
De uitwendige verschijning moet extrovert en uitnodigend zijn en tot
uitdrukking brengen dat de in het complex gehuisveste diensten werkzaam
zijn ten behoeve van de inwoners van de stad.
De verschillende diensten die in het gebouw worden gehuisvest mogen als
clusters of blokken herkenbaar worden gemaakt, zonder evenwel geweld te
doen aan de samenhang tussen de diensten.
Opgemerkt wordt dat de omvang van de clusters in de loop van de tijd zal
wij zigen
Het projekt moet niet zodanig modieus zijn dat al snel van een gedateerd
gebouw sprake is.
De omringende bebouwing laat niet toe dat wordt uigagaan van hoogbouw.
De Dienst Stadsontwikkeling heeft als voorstel: 3 tot 5 bouwlagen.
Op toekomstige uitbreiding behoeft niet te worden gerekend. Wel moet
herindeling in de toekomst mogelijk zijn zonder dat daarvoor ingrijpende
verbouwingen nodig zijn.
Behoudens het Burmaniahuis en de vleugel tussen de Torenstraat en het
voorplein mag -indien gewenst- worden uitgegaan van volledige sloop van
alle opstallen op de bouwlokatie.
De sloop van de genoemde vleugel zal slechts dan worden overwogen indien
daardoor een gaver totaalplan ontstaat.
Het Burmaniahuis moet worden opgenomen in het projekt. Het leent zich
wellicht voor bijzondere funkties (restauratieve voorzieningen, vergader-
akkommodatie?
Rekening moet worden gehouden met het opnemen van publieksfunkties in het
plan. De ruimten hiervoor, die in omvang nog moeten worden bepaald,
moeten gemakkelijk toegankelijk zijn.
Enkele feitelijke gegevens
Ir. het complex moeten 600-650 personeelsleden worden gehuisvest.
De looproutes dienen logisch, duidelijk en kort te zijn en de oriëntatie
in het gebouw moet eenvoudig zijn.
Op eigen terrein moet een parkeergelegenheid van 150-200 auto's worden
gemaakt, benevens een stalling van 200-250 fietsen.
De ontwerper is vrij om de parkeergelegenheid in één of meer lagen onder-
of bovengronds te realiseren. De keuze moet kort worden toegelicht.
De bereikbaarheid van de parkeerakkommodatie moet bij voorkeur geschieden
via het Oldehoofsterkerkhof en/of de Torenstraat.
Voor de restauratieve verzorging moet een ruimte voor ca 150 personeels
leden in het complex worden opgenomen.
Voor vergaderingen, waaraan meer dan zes personen deelnemen, moet worden
uitgegaan van een nader in omvang aan te geven vergaderakkommodatiedie
op één plaats in het complex wordt geconcentreerd.
Overwogen kan worden om een (beperkt) aantal winkels in het complex op te
nemen ter verlevendiging van de lokatie.
Uitgegaan mag worden van twee entree's voor personeelsleden en van één
goederenentree.
Rekening moet worden gehouden met een beperkt budget.
De werkplek
In hoofdzaak zal sprake zijn van een cellenkantoorafgewisseld met
enkele grotere ruimten.
De kleinste breedte van een kantoorvertrek, langs de gevel gemeten, moet
ca 3,50 m zijn. In diepte kunnen de vertrekken variëren van ca 3,50 m,
ca 5,50 m, ca 7,50 m tot ca 12,50 m.
De werkplekken moeten zo veel mogelijk gelijkwaardig zijn.
Het uitzicht naar buiten moet ruim zijn, ramen moeten kunnen worden ge
opend, relatie met groenvoorzieningen zou plezierig zijn.
De werkplekken moeten vanzelfsprekend voldoen aan de in 1990 in te voeren
Arbo-wet
Op voor iedere gemakkelijk bereikbare plaatsen koffie- en kopieerhoeken
situeren.