Intentieovereenkomst Leeuwarden Gemeente leeuwarden Artikel4: Verevening 4.1 Indien de samenwerking door externe (buiten het planteam) of door interne omstandighe den beëindigd wordt, worden de verplichtingen aan derden door partijen ieder voor de helft gedragen. In het geval van interne omstandigheden geldt in afwijking van het vorenstaande dat de kosten voor onderzoeken, die nog bruikbaar zijn voor de gemeente in de verdere planont wikkeling, door de gemeente gedragen worden. De rest van het budget wordt in beide gevallen tussen partijen verdeeld. Artikel5: Verplichtingen 5.1 Partijen verplichten zich om ai datgene te doen, respectievelijk te laten, hetgeen het onderzoek zal kunnen bevorderen, respectievelijk belemmeren. 5.2 Partijen verplichten zich om, indien het onderzoek mocht worden vertraagd of verhinderd, of de dreiging daartoe aanwezig is, met elkaar in overleg te treden teneinde gezamenlijk te bezien op welke wijze het onderzoek doorgang kan vinden. Artikel6: Geschillen 6.1 Alle geschillen welke mochten ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst, dan wel van nadere pvereenkomsten die daarvan het gevolg mochten zijn, zullen worden beslecht overeenkomstig het Reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut. Artikel 7; Overdracht rechten 7.1 Partijen zijn niet gerechtigd hun positie uit hoofde van deze overeenkomst geheel of en dele aan derden over te dragen, behoudens voorafgaande schriftelijke toestemming van de andere partij. Artikel8: Rechtskeuze 8.1 Deze overeenkomst en eventuele verdere overeenkomsten ter uitvoering daarvan worden beheerst door Nederlands recht. Artikel 9: Duur en einde van de overeenkomst 9.1 Deze overeenkomst treedt in werking op de datum van ondertekening door partijen en kan worden beëindigd op een tweetal wijzen: a. op het moment van ondertekening van de in artikel 2 lid 8 bedoelde samenwerkingsover eenkomst, doch uiterlijk op 1 maart 1997. b. op het moment dat na afronding van het ontwikkelingsplan partijen, na redelijk overleg, besluiten de samenwerking niet te continueren. Artikel 10: Bijlagen 10.1 Bij deze overeenkomst behoren de volgende door partijen gewaarmerkte bijlagen: 1 werkdocument 'Herontwikkeling Harmoniekwartier', juli 1995; 2 organisatieschema; 3 planningschema; ifc Grontmij 4 Oldehoofsterkerkhof 2 Postbus 21000 8900 JA Leeuwarden Telefoon 058 233 88 33 Voorstel tot het invoeren van een gedifferentieerd tarief bij de afvalstoffenheffing. Bijlage nr. 81 Aan de gemeenteraad. Zowel in de samenleving als in de politiek is er al gedu rende een aantal jaren discussie gaande over tariefdiffe rentiatie (diftar) bij de afvalstoffenheffing. In veel ge meenten heeft dit geleid tot de invoering van een vorm van differentiatie, eventueel gepaard gaand met een andere vorm van inzameling. In Leeuwarden wordt nog uitgegaan van een uniform tarief. In de politiek leeft hier wel de wens om een vorm van tariefdifferentiatie in te voeren. In het ver lengde daarvan zijn door het Buro Nauta De Vogel onder zoeken verricht en rapporten opgesteld over de verschillen de vormen van tariefdifferentiatie. Daarnaast hebben de betreffende commissies zich ermee bezig gehouden. Alle aangevoerde argumenten tegen elkaar afwegend stellen wij u voor te besluiten tot invoering van tariefdifferenti atie bij de afvalstoffenheffing en wel naar grootte van de huishouding. De keuze voor dit systeem is voornamelijk in gegeven door de volgende overwegingen: a. het doet recht aan het principe "de vervuiler betaalt" b. de meerkosten van de invoering zijn beperkt; c. het is een beproefd systeem; d. het leidt niet tot meer zwervuil of tot afvaltoerisme e. het is op korte termijn in te voeren; f. het leidt niet tot extra arbeidsbelasting van de bela ders van de reinigingsauto's; g. het is zowel bij hoog- als bij laagbouw in te voeren. De vervuiler betaalt De hoeveelheid afval die iemand produceert neemt niet rechtevenredig toe met de grootte van zijn of haar huishou den. Wel is er sprake van een globaal verband. Om die reden wordt niet voorgesteld een gedetailleerd stelsel in te voe ren, waarbij het tarief per persoon toeneemt. Beter is het dan slechts onderscheid te maken tussen één- en meer-per- soonshuishoudens Voor alle duidelijkheid: De differentiatie geldt met name -voor het variabele deel van de kosten van de afvalinzame ling. Sjoch dizze stêd; sjoch wat der riinom bart - It aide spegelet hini yn wat de talromst hat - Piter Teipstra 13 Cr A

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1996 | | pagina 172