Gemeente Jeeuwarden
c
Nummer 7 782
vHS/JG
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
6 juni 1996 (bijlage nr. 96)
gelet op artikel 3 van de Verordening behandeling bezwaar-
en beroepschriften;
BESLUIT:
1. te benoemen in de Sociale Zekerheidskamer van de Commis
sie van advies voor de Bezwaar- en beroepschriften:
tot lid mevrouw mr. J.F. Rouwé-Danes, Foswerterstraat
29, 9172 PR Ferwerd;
tot plaatsvervangend lid de heer mr. J.J. Beswerda,
Verlengde Schrans 77, 8 932 NL Leeuwarden;
tot plaatsvervangend lid de heer mr. T. Hoekstra,
Bagijnestraat 45, 8 911 DN Leeuwarden;
2te benoemen tot plaatsvervangend lid in de Algemene
Kamer van de Commissie van advies voor de Bezwaar- en
beroepschriften
- mevrouw mr. M.A. Veneberg, Valkstraat 18, 8917 EH
Leeuwarden
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
voorzitter.
secretaris.
OMehoofsierkerkhof 2
Poschus 21000
8900 JA Leeuwarden
Telefoon OS8 233 88 33
Meerjarenprogramma restauratie rijksmonumenten
Bijlage nr. 97
Aan de gemeenteraad.
Het Besluit Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten
(B.R.R.M.) uit 1990 biedt gemeenten de mogelijkheid om bij
de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
verantwoordelijk voor monumentenzorg, een meerjarenplanning
van restauraties van ingevolge de Monumentenwet beschermde
monumenten in te dienen. Een dergelijke planning wordt
ingediend met het oog op reservering door het Rijk van
financiële middelen in de vorm van jaarbudgetten en in
verband met mogelijke voorfinancieringsaanvragen van
opdrachtgevers bij het Nationaal Restauratiefonds. Er
kunnen geen aanspraken op subsidie of voorfinanciering uit
volgen
In een meerjarenplanning zet de gemeente uiteen welke
rijksmonumenten de eerstvolgende periode van zes jaar
gerestaureerd zullen worden, welke kosten daarmee gemoeid
zijn en op welke subsidiebijdrage op grond van het B.R.R.M.
de opdrachtgevers mogen rekenen. Zo'n planning mag elk jaar
geactualiseerd worden, indien de noodzaak daartoe zich doet
gevoelen, en moet telkens met een volgend budgetjaar worden
uitgebreid: thans 2002. De planning houdt immer een
voorwaardelijk karakter - burgemeester en wethouders zijn
bevoegd om tussentijds tot wijzigingen te besluiten, doch
alleen voor zover het gaat om verschuivingen van in een
bestaande planning opgenomen projecten. Het opvoeren van
nieuwe projecten behoeft altijd de goedkeuring van de
gemeenteraad
Zich baserend op het aantal en de aard van de in de
gemeente Leeuwarden aanwezige rijksmonumenten (34 grote en
406 kleine objecten) heeft de Minister van O.C. en W.
inmiddels objectieve sleutelbudgetten toegekend voor de
jaren 1996 tot en met 2001 en wel tot een totaalbedrag van
f 3.271.348,-. Het budget voor 2001, te weten f 668.224,-,
is de gemeente door de Minister toegezegd bij schrijven van
27 oktober 1995. Verwezen zij naar de ter inzage gelegde
brief van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg.
Nu wenst de Minister alleen te worden geïnformeerd over de
financieringsbehoefte voor het budgetjaar 2002 (Bijlage 2)
In het afgelopen jaar hebben zich echter zodanige ontwik
kelingen voorgedaan dat burgemeester en wethouders meerma
len hebben moeten besluiten tot wijzigingen in de bestaande
meerjarenplanning. Om het overzicht te behouden en ook om-
Sjoch dizze stêd; sjoch wat der ninom bart - It aide spegelct him yn wat de taiomst hat - Piter Terpstni