6
7
Hoofdlijnen van beleid
Prioriteiten van beleid
De uitdaging waar wij voor staan is een samenhangend beleid te ontwikkelen. Een
beleid waarmee we onze kemvoorzieningen in stand kunnen houden en tevens een
vangnetfunctie vervullen voor degenen die daarop zijn aangewezen. Een beleid
waarmee we niet alleen problemen aanpakken, maar dat tevens een groot effect heeft
op andere terreinen. Dat wil zeggen dat het niet alleen het financieel herstelproces
ondersteunt en versnelt, maar ook ruimte vrijmaakt voor het uitvoeren van de
hoofdprioriteiten van het collegeprogramma: werkgelegenheid, sociaal beleid, milieu
en leefbaarheid.
In deze perspectiefnota leggen wij een beleid aan u voor, waarin we voorrang geven
aan:
Werkgelegenheid
Grote Stedenbeleid
Bij werkgelegenheid nemen acquisitie, waaronder maatregelen die een versnelde
verkoop van beleidsterreinen moeten bevorderen en infrastructuur om het productie
milieu te versterken, een belangrijke plaats in.
Willen we met een doelmatig beleid de uitdagingen aangaan de kracht van Leeuwar
den verder uit te bouwen, maar vooral ook onze bovenlokale functie en trekkersrol
te kunnen waarmaken, dan moeten onze financieel-economische positie en onze
organisatie verbeterd worden. Om het door ons voorgestelde beleid effectief te
ontwikkelen en uit te voeren, is een open en flexibele bestuurlijke organisatie nodig.
Daarom is het in onze ogen belangrijk om LIS met voortvarendheid uit te voeren.
Financiële effecten beleidsintensivering
In hoofdstuk 2 gaan we verder in op de wijze waarop wij de twee zaken die
hoofdprioriteit hebben in ons beleid willen invullen. Een krachtige aanpak van dit
beleid vraagt, naast de reeds beschikbare middelen voor bestaand beleid, een extra
inzet van gemeentelijke middelen. Zowel structureel als incidenteel zijn gelden nodig
voor het werkgelegenheidsbeleid, de verbetering van de infrastructuur, acquisitie en
andere maatregelen om een versnelde verkoop van bedrijfsterreinen te bevorderen en
het Grote Stedenbeleid.
Gezien de omvang van de prioriteiten en de daarmee gepaard gaande uitgaven
denken wij voor de incidentele uitgaven aan de vorming van een fonds van ongeveer
f 50 miljoen, waarvan f 20 miljoen bestemd is voor het sneller kunnen verkopen van
bedrijfsterreinen op de Hemrik.
Voor de dekking denken wij aan de opheffing van de rentereserves Frigem en
Telekabel. Hierdoor komt f 47,3 miljoen beschikbaar. Door opheffing van deze
beide rentereserves verminderen de rente-inkomsten in de beleidsperiode met f 3,5
miljoen (na 2000 met f 0,6 miljoen).
De inzet van gemeentelijke gelden is ondermeer bedoeld als aanvulling op van
derden te verkrijgen bijdragen. Daarbij wordt zowel gedacht aan andere overheden,
als ook particuliere investeerders.
Voor de structurele uitgaven in het kader van het Grote Stedenbeleid en het ontwik
kelingsbudget ramen we een bedrag van f 1,85 miljoen gulden.
Hoofdlijnen van beleid
Strategische visie Leeuwarden 2030
Een duidelijke visie op de maatschappelijk situatie van Leeuwarden op de lange
termijn is nodig voor het maken van de juiste keuzes voor het te voeren beleid. In de
afgelopen periode hebben we in diverse nota's en rapporten onze deelvisies op papier
gezet voor de middellange termijn: de Structuurschets "Leeuwarden open stad", het
Grote Stedenbeleid, het stedelijke knooppuntprofiel, het Collegeprogramma 1995-
1998 en de Perspectiefnota 1996-1999.
Een belangrijke volgende stap is het ontwikkelen van een integrale strategische visie
voor de lange termijn. Een visie die in de eerste plaats een instrument moet zijn voor
de realisering van het toekomstbeeld van de samenleving.
Een visie die ook een instrument is om onze middellange visies te evalueren en deze
in een langer perspectief te plaatsen. Onlangs zijn wij gestart met een traject om een
strategische visie Leeuwarden 2030 te ontwikkelen.
Bestuurlijke organisatie
Om een politiek-bestuurlijke visie te kunnen verwerkelijken, is een goede organisatie
van het bestuur een belangrijke voorwaarde. De bestuurskracht (effectiviteit,
doelmatigheid en democratische legitimatie) van dat bestuur wordt sterk bepaald door
de rol die een gemeente vervult.
Als centrumstad met vele voorzieningen vervult Leeuwarden een belangrijke rol voor
Friesland en het primaire verzorgingsgebied. Naast de verzorgende- en beheerstaken
(onderhoud van infrastructuur) voor de eigen gemeente, is het van belang dat
ontwikkelings- en sturingstaken en bevoegdheden adequaat kunnen worden uitge
voerd. Ontwikkelingen die voortvloeien uit sturingsbesluiten hebben gevolgen voor
een groter gebied dan Leeuwarden zelf. Andersom geldt ook dat te nemen stu
ringsbesluiten of geplande ontwikkelingen beïnvloed worden door besluiten uit de
omgeving.
Het Rijk herkent deze situatie al veel langer en heeft geprobeerd oplossingen te
vinden voor deze regionale sturingsproblematiek. Het kabinet-Kok heeft daarbij
gekozen voor een aantal speerpunten, waaronder de versterking van de centrumge
meenten. Het kabinet gaat er voorlopig van uit dat een onder andere op maat
gesneden samenvoeging van (delen) van gemeenten een adequaat instrument is om de
bestuurskracht van centrumgemeenten te versterken. Samenvoeging zal ook de
samenhangende ruimtelijke en economische problemen van de betreffende centrum
gemeente en haar naaste omgeving oplossen. Wij kunnen ons vinden in deze analyse.
In Friesland is door het College van Gedeputeerde Staten inmiddels het zogenaamde
open overleg - in het kader van de Wet ARHI - met de zes stadsgewest-gemeenten
begonnen. Dit overleg vindt plaats op basis van de provinciale notitie "Leeuwarden
hoofdstad, bestuurlijke hoofdzaak". In dit overleg hebben wij de hierboven omschre
ven analyse en visie naar voren gebracht. We wachten nu een vervolgvoorstel van
Gedeputeerde Staten af.