89
toelichting
op de
middelen
90
Toelichting op het resultaat
TOELICHTING De lagere kapitaallasten zijn een gevolg van uitstel van
OP DE investeringen.
MIDDELEN
De hogere opbrengst rioolretributie is grotendeels het
gevolg van voordelige afwikkelingsverschillen over 1994.
Tot de onderhoudskosten worden gerekend de kosten van
onderhoud van bemalingsinstallaties/riolering, de
kosten van het schoonhouden van goten, alsmede de kosten
van het ledigen van rioolputten en straatkolken. Het
onderhoud van bemalingsinstallaties en rioleringen leidde
tot een nadeel van f 93.000.
Door de afgelopen warme zomer kwamen ter plaatse van
de riolering veel verzakkingen onder het asfalt aan het
licht. Daarnaast moest een aantal activiteiten worden
gefinancierd, waarop geen uitstel mogelijk was, zoals:
- het plaatsen van een gemaal aan de Poppeweg;
- de aanleg van riolering in het Nauw om lozingen
op open water (met de bijkomende milieuproblematiek)
op te lossen;
- het bijstellen van koppen van inspectieputten
in verband met verkeersoverlast.
De hier bovengenoemde uitgaven waren niet in het
investeringsplan over 1995 opgenomen. Omdat het om
relatief kleine investeringsbedragen ging, zijn deze
kosten daarom in één keer ten laste van het resultaat
van 1995 gebracht.
Overigens sluit deze handelwijze aan op de beoogde
systematiek van het Gemeentelijk Rioleringsplan. Op
basis van dit plan zullen in de toekomst beheers- en
verbeteringsmaatregelen worden uitgevoerd, dat zal leiden
tot aanzienlijke investeringen. Er wordt van een in
vesteringsplan over 50 jaar uitgegaan, waarbij het bedrag
aan jaarlijkse investeringen in één keer ten laste van
het resultaat van dat jaar wordt gebracht (zgn. ideaal-
complex)Er wordt derhalve niet meer jaarlijks afge
schreven op deze investeringen.
De activiteit ledigen van beer-, vet- en afvalputten is
in principe kostendekkend. De laatste jaren is gebleken
dat het activiteitenniveau op rekeningsbasis achterblijft
bij de raming. Over 1995 ontstond hierdoor een voordeel
van f 11.000.
functie 723 Milieubeheer.
Op deze functie worden verantwoord de lasten en baten van
bestrijding bodemverontreining en geluidhinder, bedrijfs-
milieuzaken en overige milieuzaken (MUP-gelden)
Het resultaat op deze functie is met name ontstaan door:
- lagere kosten milieu-uitvoeringsplan f 177.000
- hogere apparaatskosten - f 94.000
- hogere opbrengst leges Wet Milieubeheer f 82.000
De lagere kosten MUP zijn gedeeltelijk veroorzaakt
door een hogere toerekening van apparaatskosten aan de
bestrijding bodemverontreiniging
Toelichting op het resultaat
De hogere apparaatskosten zijn voor een deel (f 43.000)
het gevolg van een intensivering bij de bodemsanering.
De hogere opbrengst leges Wet Milieubeheer wordt voor-
namenlijk veroorzaakt doordat er meer vergunningen zijn
aangevraagd dan verwacht
functie 724 Lijkbezorging.
Op deze functie worden verantwoord de lasten en baten van
de begraafplaatsen.
De lasten waren in 1995 hoger als gevolg van het aantal
begravingen. Daarnaast moesten er, als gevolg van ziekte,
grafdelvers worden ingehuurd. Tevens is noodzakelijk
groot onderhoud verricht aan het dak van de aula, de
opbaarruimte en de kantoorruimteIn totaal leidde dit
tot extra lasten van f 40.000.
Tegenover deze hogere lasten staat een hoger bedrag aan
baten van f 90.000 als gevolg van een toename van het
aantal begravingen en een toename van uitgiftes van
grafrechten.
Per saldo is dus sprake van een voordeel van f 50.000.
functie 730.0 Algemene gezondheidszorg.
Het resultaat op deze functie is ondermeer ontstaan door:
- een voordelig afwikkelingsresultaat over
oude dienstjaren
- niet geraamde inkomst wegens vergoeding
voor adviezen en visites
- hogere bijdragen aan de Regio
Noord-Friesland
f 186.000
f 30.000
- f 110.000
Het resultaat op deze functie wordt met name beïnvloed
door betalingen aan de Regio Noord-Friesland ten behoeve
van Algemene Gezondheidszorg en Jeugdgezondheidszorg. In
1995 is de tussentijdse bevoorschotting aangepast o.a.
omdat als gevolg van het vertrek van de regiosecretaris
een interimsecretaris moest worden aangesteld. Daarnaast
werd de gemeente een voorschot in rekening gesteld van
f 50.000 voor extra medische taken.
In de begroting staan de kosten van deze extra taken niet
geraamd. De hogere bevoorschotting leidde in 1995 tot een
overschrijding van f 110.000.
Dat er toch nog sprake was van een gunstig resultaat in
1995, is het gevolg van voordelige afwikkelingresultaten
in de bijdragen aan de Regio Noord-Friesland over oude
jaren. In feite is de bevoorschotting te hoog geweest.
In de vergadering over de conceptbegroting 1997 van de
Regio Noord-Friesland zijn naar aanleiding hiervan
opmerkingen gemaakt om in de begroting van de Regio
scherper te ramen.