g <D ÖD go Ê3 a <L) CD <D Oj -4-> o 4-> GO H 0j GO H u O 9 Hoofdstuk 2 BELEIDSONTWIKKELING In algemene zin houden alle taken van Stadsbeheer het beheren c.q. exploiteren van de openbare ruimte in, zeker als men bijvoorbeeld een zwembad ook tot de openbare ruimte rekent. Beleidsontwikkeling van Stadsbeheer betreft daardoor altijd beleidsontwikkeling van het beheer. Beleidsontwikkeling kan dan intern, maar ook extern gericht zijn. Gelet op de huidige situatie zijn de beide hoofdrichtingen (externe en interne ontwikkelingen) van belang en de wisselwerking die ze op elkaar hebben. Hieronder volgt een toelichting per onderdeel wat de stand van zaken is en welke ontwikkelingen in gang worden gezet. A. Extern gerichte ontwikkeling Op 9 oktober 1995 heeft de Raad besloten Stadsbeheer niet als geheel te verzelfstandigen, maar middels deeltrajecten in kwalitatieve zin te ontwikkelen. Daarbij is tevens besloten het sectorenmodel ook voor Stadsbeheer te laten gelden en de organisatie zodanig uit te rusten dat deze meer marktgericht kan werken. Vervolgens is gestart met de opbouw van de sectororganisatie en nu deze organisatie naar verwachting eind 1996 operationeel is, kan er aan de slag worden gegaan met de marktgerichte benadering. Voor Stadsbeheer is 1997 een belangrijk jaar om de resultaten van de diverse onderzoeken die de afgelopen periode zijn gedaan, te implementeren. Het gaat daarbij met name om de implementatie van de marktplannen voor de afzonderlijke delen(sectoren) en de implementatie van het bedrijfsplan voor het geheel. Daarbij zal het accent eerst liggen bij die sectoren, die al bepaalde deelmarkten bewerken, zoals de sectoren van het bedrijfsafval en bepaalde sportvoorzieningen. In het kader van de marktgerichte ontwikkeling is het daarnaast belangrijk om andere werkmethoden te ontwikkelen. In het recente verleden is voor het wijkgericht werken een bepaalde vorm gevonden, daar blijft de dienst mee doorgaan. Met name binnen de nieuwe sector Beheer Openbare Ruimte zullen wijkploegen een prominente plaats innemen. Bij het opstellen van uitvoeringsprogramma's zal de inbreng vanuit het wijkoverleg naast de technische eisen worden gelegd, opdat een afgewogen keuze wordt gemaakt. Wijkgericht werken is daarmee niet alleen een organisatorisch andere manier van werken, maar vooral een andere benadering van de materie. Er dient meer geluisterd te worden naar de burger, zonder dat de technische voorwaarden/eisen uit het oog verloren worden. Daaruit voortvloeiend is het belangrijk de regelgeving op bepaalde terreinen te verbeteren. Als gemeentelijke dienst bevinden wij ons regelmatig in het spanningsveld tussen handhaving/toepassing van de algemene regelgeving en de specifieke wensen van een klant/burger. De inzet is erop gericht met de burger te overleggen waarbij de algemene regelgeving richtlijn blijft. De maatschappelijke omgeving wijzigt snel, de regelgeving dient daarom minder star, meer flexibel te worden. Zo blijkt de vastgestelde beleidslijn voor standplaatsen en ligplaatsen moeilijk toe te passen bij wijzigingen van de vergunninghouders. Er wordt daarom een voorstel voorbereid om het standplaatsenbeleid en het ligplaatsenbeleid een andere basis te geven. Ook wordt gewerkt aan de invoering van een vaarwegenverordening, daar die binnen de gemeente ontbreekt. Verder betreft het meer aanpassingen van diverse regels zoals een wijziging van de APV.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1996 | | pagina 381