Blad 4 het project een nieuwe impuls nodig heeft om tot een goed einde te worden gebracht. In het rapport wordt o.a. voorgesteld: opnieuw een project organisatie in te stellen voor de rest van het project, te kiezen voor implementatie van beproefde bedrijfsvoerings methoden (BBI), en een grote inzet te plegen op het terrein van training en communicatie. Daarnaast is geconstateerd dat de organisatie op een aantal functies dringend blijvende versterking behoeft. Dit is een voorwaarde voor een structurele verbetering van de organi satie. De nadere onderbouwing hiervoor volgt nog. De dek king is in de begroting 1997 opgenomen als onderdeel van de herbezetting in het kader van de invoering van de 36-urige werkweek 4Nadere verkenning Als eerste stap in de heroriëntatie op het project is aan het bureau Bestuur en Management Consultants (BMC)licen tiehouder BBI, opdracht verleend de bedrijfsvoering te ana lyseren en een plan van aanpak tot invoering van een pas send systeem van planning en control op te stellen. BMC heeft hierover gerapporteerd. Uit die rapportage wordt duidelijk dat het project LIS op het terrein van de ontwik keling van planning en control te weinig voortgang heeft geboekt. Met name het ontbreken van een goede product- georiënteerde begroting en rekening en de daarop afgejstemde instrumenten, vormt een ernstige belemmering voor het door voeren van de gewenste veranderingen op het terrein van planning en control, zowel voor wat betreft structuren en instrumenten als de cultuur. BMC heeft daarom een stappenplan om tot invoering van een productbegroting per 1 januari 1998 gepresenteerd. De rapportage en aanbevelingen van BMC zijn in augustus in een werkconferentie met uw raad op hoofdlijnen doorgespro ken Tijdens die conferentie zijn de volgende conclusies getrok ken de draad van het LIS-project dient weer voortvarend op gepakt te worden; de raad wenst voorstellen die uitgaan van handhaving van het realiseren van de oorspronkelijke bestuursopdracht LIS per 1 januari 1998; er dienen heldere en controleerbare doelstellingen aan het vervolgtraject verbonden te worden; de eventuele meerkosten dienen in beeld gebracht te zx]n; het moet duidelijk zijn op welke wijze de raad bij de verdere voortgang van het project betrokken is. Blad 5 5Projectplan Op basis van deze vertrekpunten is een projectplan voor het vervolg-traject opgesteld. Conform het voorstel van BMC wordt daarbij de ontwikkeling van een productenbegroting als 'kapstok' gebruikt voor de verdere ontwikkeling van bestuur en management. Hiermee is echter niet gezegd dat wanneer de producten begroting per 1998 is gerealiseerd, alle knelpunten op het terrein van het bestuur en beheer van de organisatie voor bij zijn. Daarvoor zijn ook veranderingen van meer 'cultu rele' aard zowel binnen het ambtelijk management als binnen het politiekbestuurlijk systeem noodzakelijk. Een produc tenbegroting is immers 'slechts' een instrument. Net zo belangrijk is het hebben van overeenstemming over de wijze waarop de raad de beleidsontwikkeling stuurt en partici peert bij de ontwikkeling en realisatie van majeure projec ten. Maar ook aspecten als: marketing, kostenbewustzijn, vernieuwing-gezindheid, integraal management en klant gerichtheid behoeven in dit kader extra aandacht. In het vervolgtraject zal daarvoor in opleidings- en trai ningsactiviteiten ruimte geschapen dienen te worden. Bovendien moet er rekening mee gehouden worden dat het wer ken met een productbegroting ervaring behoeft. Met andere woorden; de verwachtingen van de kwaliteit van de over 1998 op te leveren productenbegroting dienen bij voorbaat enigs zins getemperd te worden. Voor optimalisatie van het ge bruik van een productenbegroting zal waarschijnlijk nog een aantal jaren van ervaring en trial and error nodig zijn. Daarnaast loopt nog een opsplitsingstraject van de dienst Stadsbeheer, een herstructurering van de dienst Algemene Zaken en de Concernstaf plus een reeks andere verbeterings trajecten. 5.1 Doelstellingen In het vervolgtraject zijn 3 samenhangende onderdelen te herkennen. Per onderdeel zijn doelstellingen geformuleerd. I De ontwikkeling van een producten-begroting inclusief daarop afgestemde perspectiefnota, maraps en jaarreke ning; doelstellingen: 1. In oktober/november 1997 wordt de begroting 1998 in de vorm van een productenbegroting aan de raad ter vaststelling aangeboden. 2. In april 1998 wordt een op de productenbegroting afgestemde perspectiefnota 1999-2003 ter vaststel ling aangeboden. 3. In het eerste kwartaal van 1998 worden de modellen voor de maraps en de jaarrekening vastgesteld.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1996 | | pagina 123