Blad 2 Op basis van de ingekomen reacties heeft het GCO-bestuur de plannen voor een deel aangepast. Met name is daarbij inge gaan op de volgende onderdelen: - de samenstelling en taak van de Raad van Toezicht; - de positie van de Stichting GCO t.o.v. de voorgestelde (nieuwe) Gemeenschappelijke Regeling; - de rol en de positie van de Programmaraad en de Overleg platforms; - de positie van de BVRaadschap; - de financiering van het Transformatieproject en van de (start van de) Stichting GCO. De gewijzigde en aanvullende voorstellen verschenen eind 1995: "Transformatieproject GCO Nadere Uitwerking". In onze vergadering van 20 februari 1996 hebben wij ons standpunt over deze herziene voorstellen bepaald. Wij ver wijzen ook hierbij naar de ter inzage gelegde stukken (met name B&W-nota nr. 2435, d.d. 12 februari 1996). Het stand punt van ons college is mondeling ingebracht in de vergade ring van gemeenten van 22 februari 1996. In deze vergadering bleek dat tussen de vertegenwoordigers van de verschillende gemeenten t.a.v. enkele aspecten van de voorstellen verschil van inzicht bestond. Met name gold dat voor de positie van de BVRaadschap, de Gemeenschappe lijke Regeling, de financiering van de plannen en de taken, bevoegdheden en samenstelling van de Raad van Toezicht. Het GCO-bestuur heeft vervolgens opnieuw met betrokkenen (gemeentebesturen en besturenorganisaties bijzonder onder wijs) overlegd over de gesignaleerde knelpunten. Een en ander heeft geleid tot een definitieve versie van de nadere uitwerking, die op 27 maart 1996 in het Algemeen Bestuur van het GCO is vastgesteld, en in april aan de participan ten beschikbaar is gesteld. Deze definitieve voorstellen zijn vervolgens op 27 juni jl. in de vergadering van gemeenten toegelicht en besproken. Bedoelde voorstellen liggen thans ter besluitvorming voor. Het huidige GCO is een Gemeenschappelijke Regeling. Op ba sis van artikel 32 van deze Regeling kan de regeling worden opgeheven, wanneer tenminste tweederde deel van de deelne mende rechtspersonen en de raden van de aangesloten gemeen ten zulks besluiten. Naast besluitvorming over beëindiging van de huidige Gemeenschappelijke Regeling GCO is besluit vorming nodig over de volgende aspecten: - advisering over toetreding tot de nieuwe Gemeenschappe lijke Regeling; - de verstrekking van een kredietgarantie; - het beschikbaar stellen van een eenmalige bijdrage; Blad 3 - het fungeren als medeoprichter van de Stichting GCO Fryslan en het verlenen van een machtiging aan de VFG. Wij stellen u voor in te stemmen met het beëindigen van de huidige Gemeenschappelijke Regeling, de gevraagde krediet garantie te verlenen en in te stemmen met het oprichten van de Stichting GCO. Ter toelichting op de voorstellen moge de volgende para graaf dienen. 3. Samenvatting van en opmerkingen over de voorstellen van het GCO. In deze paragraaf gaan wij kort in op de belangrijkste voorstellen rond het Transformatieproject en op de (moge lijke) consequenties voor de gemeente. Het gaat daarbij met name om de Raad van Toezicht, de Gemeenschappelijke Rege ling, de BVRaadschap en de financiële aspecten. Voor uitge breide informatie verwijzen wij u naar de ter inzage geleg de stukken en het bij de B&W-nota behorende AVM rapport "Voorlopige risico-beoordeling structuurwijziging GCO". 3.1. Achtergronden transformatievoorstellen In april van dit jaar heeft het Kabinet bij de Tweede Kamer ingediend het wetsontwerp voor de Regeling Schoolbegelei ding. Deze Regeling dient ter vervanging van de onderdelen in de Wet op de Onderwijsverzorging (WOV)die betrekking hebben op de schoolbegeleiding. Op grond van de Regeling worden de gemeenten met ingang van 1 januari 1998 verant woordelijk voor het in stand houden van schoolbegeleidings diensten. Met ingang van die datum ontvangen gemeenten voor dit doel jaarlijks van het Rijk een specifieke uitkering. Tussen de gemeente(n) en de schoolbegeleidingsdienst(en) gaan dus andere verhoudingen ontstaan. Daarnaast krijgen de gemeenten ook mogelijkheden om ten behoeve van het lokale onderwijsbeleid middelen voor de schoolbegeleiding ten be hoeve van specifieke doelen in te zetten. Dit alles maakt het naar de mening van het GCO-bestuur ge wenst de huidige structuur van het GCO (een gemeenschappe lijke Regeling) te wijzigen. Daarnaast spelen ook andere overwegingen een rol, zoals een veranderende vraagstelling van schoolbesturen, de versterking van de concurrentieposi tie en de ervaringen met het functioneren van het GCO in de achterliggende jaren. Zoals in de inleiding is aangegeven, is het uiteindelijke Transformatievoorstel tot stand gekomen in samenspraak met de VFG en na uitvoerige raadpleging van alle betrokkenen,

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1996 | | pagina 302