Blad 2 Huidige situatie De afgelopen jaren is er een tendens, niet in de laatste plaats ingezet en gevoed door de rijksoverheid, dat zorgin stellingen overgaan naar de private sector. Vorenstaande ontwikkeling heeft geresulteerd in een be stuurlijk akkoord, afgesloten in mei 1996, inzake de privatisering van ABP-zorginstellingen De partijen in dit akkoord zijn: Ministerie van VWS en BiZa, Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Nederlandse Zorgfederatie en de Woonzorgfederatie. Een aantal overwegingen is: 1. het aanbieden van intramurale zorg wordt niet langer beschouwd als een gemeentelijke kerntaak; 2. door overgang naar de CAO-ziekenhuiswezen verdwijnt het onderscheid tussen de gemeentelijke rechtspositie en de rechtspositie op grond van de CAO, waardoor de positie op de arbeidsmarkt van de ABP-instellingen gelijk wordt aan die van de CAO-instellingen; 3. door overgang naar de CAO-ziekenhuiswezen wordt een meer uniform bekostigingssysteem mogelijk; 4. voor de berekende incidentele meerkosten van privati sering een zekere compensatie wenselijk is. In het akkoord is overeenkomen dat met ingang van 1 januari 1997 ABP-instellingen een tijdelijke toeslag op het budget ontvangen. Deze toeslag, 21,6% van de loonkos tensom, wordt over een periode van 6 jaar verstrekt, onge acht of wel dan niet tot privatisering wordt overgegaan. Voorts is overeengekomen dat de VNG gemeenten zal wijzen op de inspanningsverplichting om de overgang naar de CAO-zie kenhuiswezen in financiële zin te ondersteunen. Beëindiging B 3-status Door de Raad van Bestuur van het MCL is aangegeven dat be ëindiging van de B 3-status, gezien in het licht van maat schappelijke ontwikkelingen dienaangaande en gelet op door het MCL noodzakelijk geachte bedrijfsvoering, een noodzake lijke stap is. Op ambtelijk en bestuurlijk niveau is hierover overleg ge voerd, welke heeft geleid tot overeenstemming op ambtelijk niveau over de inspanningsverplichting van de gemeente Leeuwarden inzake de privatisering van het MCL. De Raad van Bestuur neemt genoegen met de toezegging van het college om bij de in de komende jaren door het MCL te plegen investeringen de alhier ten dienste staande moge lijkheden ten aanzien van de stimulering van bedrijfsvesti gingen en werkgelegenheid zo ruim mogelijk te benutten. Op grond van het vorenstaande heeft de Raad van Bestuur ons derhalve verzocht om vóór 1 januari 1997 de hieruit voorvloeiende gewijzigde statuten ter goedkeuring aan u voor te leggen. Blad 3 Deze statutenwijziging behelst het schrappen van de verant woordelijkheid van de gemeente Leeuwarden voor eventuele exploitatietekorten, de verantwoordelijkheid van de gemeen te voor de rechtspositie van het personeel van het MCL en de goedkeuring van Raad en College ten aanzien van begro ting, statuten en dergelijke van de stichting. Met deze statutenwijziging komen alle wederzijdse aanspra ken, die voortvloeien uit of verbonden zijn aan de B 3-sta- tus, zoals garantstellingen en dekkingsverplichtingen met ingang van 1 januari 1997 te vervallen. Ook vrijwaart het bestuur van het MCL de gemeente Leeuwarden van alle aan spraken van derden die op grond van de B 3-status zijn of worden gedaan. Bij brief van 10 december 1996 hebben wij de bereikte over eenstemming bekrachtigd. Wij hebben de directeur van de dienst Welzijn gemachtigd om namens ons een overeenkomst terzake met de stichting MCL te sluiten. Onder vermelding dat de Commissie Bestuur en Middelen in haar vergadering van 11 december 1996 heeft geadviseerd met ons voorstel in te stemmen, stellen wij u voor om de wijzi ging van de statuten van de Stichting Medisch Centrum Leeuwarden goed te keuren en in te stemmen met bijgaand ontwerp-besluit Leeuwarden, 12 december 1996. Burgemeester en wethouders van Leeuwarden, drsH.H. Apotheker burgemeester. mr. F.M.J. Steijvers secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1996 | | pagina 324