Concept versie:
5 november 1996
PvD/AvdS
Code: PFUSMCL2
Raad van Toezicht geschiedt om redenen ontleend het
belang van de stichting met Inachtneming van het bepaalde
In artikel 9 lid 11. De Raad van Toezicht ls bevoegd het -
betreffende lid van de Raad van Bestuur te schorsen in af
wachting van ontslag.
De Raad van Toezicht is verplicht zo spoedig mogelijk doch
in ieder geval binnen drie maanden na aanvang van een
schorsing te beslissen omtrent het aanblijven of ontslag -
van het geschorste lid van de Raad van Bestuur bij gebreke
waarvan de schorsing vervalt.
BESTUURSBEVOEGDHEID EN VERTEGENWOORDIGING
artikel 5
1.De Raad van Bestuur is belast met het besturen van de --
stichting.
2.De Raad van Bestuur is bevoegd besluiten tot het aangaar
van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren
van registergoederen.
De Raad van Bestuur is tevens bevoegd te besluiten tot he
aangaan van overeenkomsten, waarbij de stichting zich als
borg of (hoofdelijk mede-) schuldenaar verbindt, zich voc
een derde sterk maakt, of zich tot zekerheidstelling voor
een schuld van een derde verbindt.
3.Aan de Raad van Bestuur zijn ondermeer voorbehouden de
besluiten inzake:
a.realisatie van de doelstelling van de stichting, zoals
omschreven in artikel 2 van de statuten;
buitbreiding of beperking van het aantal binnen de stic.
ting uit te oefenen specialismen;
cbouwkundige voorzieningen;
dvaststelling van het personeelsbeleid van de stichting
ede vaststelling van het jaarverslag;
fhet aangaan, wijzigen of beëindigen van overeenkomste:
8e bi
5 november 1996
PvD/AvdS
Code: PFUSMCL2
tot samenwerking met andere Instellingen In de gezond-
g.de toelating van medische specialisten, hetgeen naast d
feitelijke toelating tevens Inhoudt, dat de Raad van Be
stuur beslist over de voorwaarden waaronder zij toegela
ten kunnen worden, alsmede de procedure die daarvoor
geldt;
h.het aangaan van dadingen en het optreden in rechte,
waaronder het voeren van arbitrale en bindende advies
procedures;
i.de vaststelling van de begroting;
j.de vaststelling van de strategische beleidsplannen;
k.de vaststelling van de overige beleidsplannen.
4.De Raad van Bestuur is belast met de leiding van de doe
de stichting geëxploiteerde in artikel 2 lid 2 sub a ge
noemde inrichtingen.
De leiding omvat al die taken, die redelijkerwijze hiert
geacht kunnen worden te behoren.
De Raad van Bestuur is met name belast met:
a.het waarborgen van een verantwoorde patiëntenzorg;
b.het opstellen van een sociaal jaarverslag;
c.de zorg voor de ontwikkeling en uitvoering van een ver
antwoord personeelsbeleid;
d.de zorg voor een goede coördinatie tussen de binnen de
door de stichting geëxploiteerde instellingen werkzamt
groeperingen en een goede afstemming van de activitei
ten, zowel per locatie als tussen de locaties onderli.
e.de behartiging van de belangen van de stichting binne
de gezondheidszorg;
fde overige externe contacten;
g.het aanstellen, schorsen en ontslag van alle personee
leden, het vaststellen van de arbeidsvoorwaarden van
9e c
