Blad 4 Ook voor 1997 geldt een gunstige afrekeningssystemathiek in die zin dat bij een feitelijke bezettingsgraad van 75% of meer de fictie zal worden gehanteerd dat deze plaatsen voor 1001 zijn bezet en de subsidie 100% zal bedragen. Voor 1998 en volgende jaren zal er een (andere) oplossing voor boven genoemde knelpunten moeten worden gevonden. Overigens zal er wel tijdig op de veranderingen in de afrekeningssystema thiek moeten worden geanticipeerd, teneinde te voorkomen dat de regeling niet binnen de door het Rijk beschikbaar gestelde financiële middelen kan worden uitgevoerd. De definitieve subsidie zal achteraf worden vastgesteld op basis van een gespecificeerde jaaropgaaf van het feitelijk gerealiseerde aanbod van kinderopvangplaatsen welke is voorzien van een accountantsverklaring. Voorzover het aan tal gerealiseerde kinderopvangplaatsen lager uitkomt dan het in 1996 geschatte aantal, zullen de teveel verstrekte voorschotten moeten worden terugbetaald. Doelgroep subsidieregeling Doelgroep van de regeling zijn alleenstaande ouders met een of meer ten laste komende kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 12 jaar en (voorheen) een bijstandsuitkering die uitstromen naar werk, of waarvan is vastgesteld dat een bepaalde opleiding of scholing noodzakelijk is als voortra ject voor de arbeidsbemiddeling. Voor deze groep kan de zorg voor kinderen een belemmering vormen om te gaan werken of om een opleiding te gaan volgen. Per 1 januari 1997 bestond deze groep binnen de gemeente Leeuwarden uit 799 personen, waarvan 351 met een of meer kinderen jonger dan 5 jaar. Dit betekent dat de doelgroep van de regeling aan wie de arbeidsverplichting kan worden opgelegd uit 448 alleenstaande ouders bestaat. Opvallend is dat van deze groep, in het kader van de categorisering (de gehanteerde methode om de afstand tot de arbeidsmarkt te bepalen)ruim twee derde in fase 4 (vooralsnog niet/niet meer bemiddelbaar) is ingedeeld. Wellicht houdt een en an der verband met het feit dat deze groep in verband met de verzorging van kinderen reeds geruime tijd geen arbeid bui tenshuis meer verricht. Blad 5 De gemeentelijke kinderopvangregeling alleenstaande ouders. De gemeentelijke kinderopvangregeling alleenstaande ouders is gebaseerd op de Rijksregeling Kinderopvang en Buiten schoolse opvang alleenstaande ouders 1996. De regeling is opgesteld in overleg met de Stichting Kinderopvang Leeuwar den en bevat regels ten aanzien van de door de gemeente Leeuwarden aan de (voormalige) alleenstaande cliënten van de Sociale Dienst ter beschikking gestelde kinderopvangfa- ciliteiten De regeling bevat de voorwaarden waaraan moet worden vol daan om gebruik te kunnen maken van de kinderopvangrege ling, geeft aan welke procedure voor inschrijving en plaat sing wordt gehanteerd en bevat regels omtrent het aangaan en het beëindigen van de opvangovereenkomst tussen gemeente en cliënt. Nadere uitwerking Een aantal punten dient nog nader te worden uitgewerkt en eventueel te zijner tijd in de gemeentelijke kinderopvang regeling alleenstaande ouders te worden opgenomen. Het be treft hier onder meer de navolgende punten: In artikel 2 van de rijksregeling is bepaald dat de ge meente zelf dient te beoordelen in hoeverre het bekosti gen van kinderopvang voor alleenstaande ouders die geen Abw-uitkering meer ontvangen omdat zij zojuist zijn uitgestroomd naar betaald werk nog steeds noodzakelijk is om die uitstroom te kunnen continueren. Deze bepaling omtrent het gemeentelijk oordeel is volgens de toelich ting op de rijksregeling opgenomen omdat een persoon die uitstroomt naar een goed betalende baan zelf in de be kostiging van kinderopvang kan voorzien en de financiële ondersteuning door Rijk en/of gemeente niet nodig heeft. Het vorenstaande betekent dat de gemeente dient te bepa len boven welke inkomensgrens er geen gebruik meer kan worden gemaakt van de gemeentelijke kinderopvangregeling alleenstaande ouders. In de toelichting op de rijksrege ling wordt hierover opgemerkt dat de hoogte van deze grens onder meer kan afhangen van de omvang van de doel groep van de regeling en een evenwichtige verdeling van de beschikbare middelen. Bij de nadere uitwerking van dit punt speelt een rol dat er voor betrokkene op korte termijn waarschijnlijk geen alternatief voornar. .en is aangezien er bij de gesubsidieerde kinderopvang sprake is van lange wachtlijsten.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 157