Blad 4 27 november 1995) zal hierover op korte termijn plaatsvinden, met name de wijze waarop de Stichting de ingezamelde middelen aan de gemeente ter beschik king stelt, zal tijdig met het stichtingsbestuur moeten worden geregeld. Voorlopig wordt ervan uitgegaan, dat de stichting per 1/5/'97 het volledige bedrag ad f 550.000,- beschikbaar stelt, ad b. Op grond van art. 34, lid 1 van de Monumentenwet 1988 kan de minister subsidie uit 's Rijkskas ver strekken ten behoeve van het herstel van beschermde monumenten. Dit gebeurt op grond van een Algemene Maatregel van Bestuur, het Besluit Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten (BRRM)en met tussenkomst van de gemeente Leeuwarden. De gemeente Leeuwarden is een zogenoemde zelfstandige budgetgemeente en kan op grond van het BRRM elk jaar een meerjaren programma van restauraties bij de minister indienen met het verzoek om reservering van een subsidiebud get voor een volgend jaar. Op dit moment weet de gemeente hoeveel subsidie in beginsel klaar ligt voor de jaren tot en met 2002. Het opvoeren van nieuwe projecten in een meerjaren programma BRRM behoeft de goedkeuring van de gemeenteraad. Het aanbrengen van wijzigingen in een bestaand meerjarenprogramma is een bevoegdheid van het college. Bij het vaststellen van het meerjaren programma tot en met 2000 heeft u besloten om de restauratie van de Oldehove daar voorlopig in op te nemen. In het meest recente meerjarenprogramma, waarover u op 17 juni 1996 een besluit heeft genomen (nr. 7784)is de betaalbaarstelling van subsidie voor de Oldehove weliswaar in beginsel voorzien in het jaar 2001, doch er is sprake van een p.m.-post, in afwachting van een doortimmerd restauratieplan met een navenante begroting en van het resultaat van de inspanningen van de Stichting Restauratie Oldeho ve. Hierbij speelde de overweging mee, dat benutting van BRRM-middelen voor restauratie van de Oldehove ten koste gaat c.q. tot uitstel leidt van andere noodzakelijke restauraties op Leeuwarder grondge bied. Op basis van de nu geraamde restauratiekosten is het naar onze mening onontkoombaar geworden dat daadwer kelijk een beroep op de BRRM-middelen wordt gedaan. Uitgaande van een eerste beoordeling van de Oldehovebegroting kunnen de subsidiabele kosten con form het BRRM worden bepaald op f 1.400.000,-. Vol gens de regeling kan daarover maximaal 70% subsidie worden toegekend, dit is f 980.000,-. Rekening hou dend met reeds aangegane verplichtingen (toezegging en en feitelijke subsidiebeschikkingen) is in het Blad 5 budgetjaar 1999 nog ongeveer f 39.000,- beschikbaar, in 2000 het gehele jaarbudget van f 673.000,- en in 2001 eveneens het volledige jaarbudget van f 668.000,-. Wij stellen voor om het meerjarenpro gramma BRRM te wijzigen, voor de Oldehoverestauratie maximaal f 980.000,- subsidie aan te vragen bij de minister (i.e. de Rijksdienst voor de Monumenten zorg) en de betaalbaarstelling te spreiden over 1999 (f 39.000,-), 2000 (f 673.000) en 2001 (f 268.000,-) Besteding in 1997 betekent dat met voorfinancie- ringskosten rekening moet worden gehouden ter groot te van rond f 150.000,-, per saldo is dus als dek king beschikbaar f 830.000,- (mogelijk ontstaat hier enig voordeel indien van de extra door staatssecre taris Nuis landelijk beschikbaar gestelde 'ad hoc- middelen 1997' gebruik zou kunnen worden gemaakt, of van de nog te verkrijgen extra reguliere middelen in 1998/99) ad c. en d. Op dit moment is binnen de gemeentelijke reserve ringen een bedrag beschikbaar ad f 315.000,-, bestaande uit onderhoudsbudgetten f 42.000,- begroting 1996 f 150.000,- verkregen giften f 48.000,- Zadel/Bijlengafonds f 75.000,- Op grond van de hiervoor genoemde aannames is dus een voor lopige dekking aanwezig van totaal f 1.695.000,- als volgt samengesteld: -St. Restauratie Oldehove f 550.000,- -subsidie BRRM (-/- voorfinanc.) f 830.000,- -beschikbare reserveringen f 315.000,- Dit betekent dat een dekkingstekort bestaat van f 80.000,- zolang hiervoor geen invulling is, zullen voorshands de eerdergenoemde 'stelposten' nog niet kunnen worden besteed Een compleet en definitief dekkingsoverzicht wordt opge steld zodra de nadere afspraken met Stichting Restauratie Oldehove zijn gemaakt, het juiste BRRM-subsidie is vastge steld en zo mogelijk nog aanvullende middelen zijn verwor ven Uiteraard wordt dit definitief overzicht, met de eventueel financiële gevolgen opnieuw aan u voorgelegd. Resumerend stellen wij voor, onder de mededeling dat de Commissie voor Stadsontwikkeling in haar vergadering van 1

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 164