Blad 4
b. ten aanzien van de maatvoering voor grootschaligheid in
de binnenstad per vestiging niet het minimum van 1500 m2
bruto vloeroppervlak te hanteren, maar de maatvoering
in relatie tot het gemiddelde in de binnenstad te be
oordelen;
c. een nieuwe bouwaanvraag van de projectontwikkelaar van
De Centrale te beoordelen op aspecten van hoogwaardig
heid en uitstraling (de gepresenteerde plannen worden
daarvoor nog niet voldoende geacht) en afspraken c.q.
beoordelingscriteria vast te leggen in een privaatrech
telijke overeenkomst met de projectontwikkelaar;
d. naast de publiekrechtelijke regeling betreffende de
branchering in het bestemmingsplan Kanaalweg/De Centra
le, met de projectontwikkelaar een privaatrechtelijke
overeenkomst te sluiten waarin de toegelaten GDV-bran-
chering (met daaraan gekoppeld een vereiste meerwaarde
ten opzichte van hetgeen in de regionale markt aanwezig
is) en de minimumeis van 1500 m2 b.v.o. per vestiging is
opgenomen alsmede het recht tot koop van winkelvloerop
pervlakte door meubelzaken.
e. de privaatrechtelijke overeenkomsten in concept voor te
leggen aan de Commissies Stadsontwikkeling en Economi
sche en Sociale Zaken.
Samenvattend
Gelet op de beperkte GDV-mogelijkheid voor Leeuwarden en
derhalve de noodzaak aan te sluiten bij bestaand winkelge
bied, biedt de locatie De Centrale een goede invullingsmo
gelijkheid voor de GDV-variant Leeuwarden. Voor een kans
rijke ontwikkeling vraagt de bebouwing een hoogwaardige
uitstraling en de branche-invulling een duidelijke meer
waarde ten opzichte van bestaande winkelformules. Hierdoor
zal De Centrale een bijdrage leveren aan het herwinnen van
het aandeel in de koopkracht uit de regio dat - onder ver
wijzing naar het BRO-rapport - past bij het stedelijk
knooppunt Leeuwarden.
Wij stellen u voor in te stemmen met het bijgevoegde
concept-raadsbesluit
Leeuwarden, 3 april 1997.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
drsH.H. Apotheker burgemeester.
mr. F.M.J. Steijvers secretaris.
Nummer 4123
FDH/JG
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
3 april 1997 (bijlage nr. 49)
BESLUIT:
1. vast te stellen de beleidsnota "PDV-/GDV-ruimte binnen
de verzorgingsregio van Leeuwarden en de afweging van
locaties", gedateerd maart 1996, met aanpassing van het
op pag. 17 gestelde ten aanzien van de eventuele inpas
sing in de westelijke stadsrandzone van een concentra
tie van meubelzaken, namelijk met dien verstande dat
dit pas na vijf jaar aan de orde kan komen;
2. in te stemmen met de Reactie- en Antwoordnota behorende
bij voornoemde beleidsnota;
3. de maximaal toegestane 15.000 m2 bruto vloeroppervlakte
(bestaande uit 12000 m2 GDV-vloeroppervlakte plus aan
vulling met solitair gevestigde grootschalige zaken) te
verdelen als volgt
3500 m2 bruto winkelvloeroppervlakte voor grootscha
lige detailhandelszaken (met branches vallend onder
de GDV-variant-Leeuwarden) te reserveren voor de
binnenstad, waarvan de invulling en de te kiezen
locaties in overleg met LOV plaatsvindt en binnen
het project "Binnenstad nieuwe stad" wordt
ingebracht
maximaal 11.500 m2 bruto winkelvloeroppervlakte voor
GDV-branches (behorend tot de GDV-variant-Leeuwar
den) en te verplaatsen solitair gesitueerde groot
schalige vestigingen (niet noodzakelijk behorend tot
de branches opgenomen in de GDV-variant-Leeuwarden)
te realiseren op de locatie de Centrale;
4ten aanzien van de maatvoering voor grootschaligheid in
de binnenstad per vestiging niet het minimum van 1500
m2 te hanteren, maar de maatvoering in relatie tot het
gemiddelde in de binnenstad te beoordelen;
5. een nieuwe bouwaanvraag van de projectontwikkelaar van
De Centrale te beoordelen op aspecten van hoogwaardig
heid en uitstraling en afspraken c.q. beoordelingscri
teria vast te leggen in een privaatrechtelijke over
eenkomst met de projectontwikkelaar;