Blad 2 Korte toelichting op de procedure De verdere procedure is als volgt: De raden van de deelnemende gemeenten besluiten tot opheffing; hiertoe is een tweederde meerderheid vereist op grond van artikel 40, lid 1 van genoemde regeling. Het Algemeen Bestuur besluit tot liquidatie en stelt - nadat de gemeenten daarover zijn gehoord - het liquidatieplan vast; er is ter bekorting van de procedures voor gekozen deze parallel te laten verlopen. Het is derhalve de bedoeling dat de gemeentebesturen besluiten tot opheffing en tevens zich uitspreken over het concept-liquidatieplan. Wanneer de raden van twee derde van het aantal deel nemende gemeenten daartoe besluit is de opheffing een feit Onder vermelding dat de Commissie Bestuur en Middelen in haar vergadering van 16 april 1997 heeft geadviseerd in te stemmen met dit voorstel, stellen wij u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp besluit. Leeuwarden, 1 mei 1997. Burgemeester en wethouders van Leeuwarden, drs. H.H. Apotheker burgemeester. mr. F.M.J. Steijvers secretaris. Nummer 5193 PdW/BSK DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 1 mei 1997 (bijlage nr. 57); BESLUIT: 1. in te stemmen met de opheffing van de Gemeenschappe lijke Regeling Centrum voor Automatisering Noord-Neder land 1988; 2. in te stemmen met het concept-liquidatieplan; 3. het college van burgemeester en wethouders te machti gen, de benoeming te regelen bij vacatures in het Col lege van Vereffenaars. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van voorzitter. secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 198