Blad 2
van beide objecten zijn zodanig, dat niet kan worden ge
sproken van een wederzijdse negatieve beïnvloeding. De com
missie voor Welstandsadvisering en monumentenzorg Hüs en
Hiem heeft ons op 9 mei 1997 bericht, dat het bouwplan vol
doet aan redelijke eisen van welstand.
Aanvrager heeft op 14 augustus 1996 bij ons college bezwaar
aangetekend tegen de geweigerde vergunning en de daarbij
gevolgde procedure. Wij hebben de bezwaren vervolgens voor
gelegd aan de Commissie van advies voor de beroep- en be
zwaarschriften. Tot een behandeling is het tot nu toe niet
gekomen. De bezwaren richten zich met name op het ontbreken
van een openbaar gemaakt en consistent reclamebeleid en op
de rechtsongelijkheid in vergelijking tot de wel verleende
vergunning voor een roterende reclame aan een gevel op de
hoek van de Oostergoweg en het Zuiderplein. Ten aanzien van
het ontbreken van een consistent reclamebeleid merken wij
op, dat een nota over het te voeren reclamebeleid in
Leeuwarden in een vergevorderd stadium van voorbereiding
is. Aan het ontwerp van die nota kunnen op dit moment niet
zodanige rechten worden ontleend, dat wij aan de hand daar
van aanvragen zouden kunnen weigeren. Er zullen in dit sta
dium inhoudelijk, aan de locatie ontleende zwaarwegende
argumenten moeten zijn om geen vrijstelling te verlenen van
het geldende bestemmingsplan en de gevraagde vergunning te
weigeren. Die zwaarwegende argumenten hebben wij niet. Wij
achten de bezwaren van aanvrager op dit punt dan ook ge
grond. Daarmee is de noodzaak van een voortgezette behande
ling door genoemde commissie komen te vervallen.
Wij hebben het bouwplan met ingang van 13 februari 1997 14
dagen voor belanghebbenden ter inzage gelegd. Er zijn bin
nen deze periode geen bewaren bij ons binnengekomen.
De gevraagde bouwvergunning kan slechts op korte termijn
worden verleend na toepassing van de artikel 19 procedure.
Daartoe is het noodzakelijk dat de gemeenteraad een voorbe-
reidingsbesluit treft. Een dergelijk voorbereidingsbesluit
biedt de grondslag om vrijstelling te verlenen van de voor
schriften van het geldende bestemmingsplan.
Wij stellen u dan ook voor te besluiten conform bijgevoegd
ontwerp-besluit
Blad 3
Onder mededeling, dat de Commissie Stadsontwikkeling in
haar op 27 mei 1997 gehouden vergadering heeft geadviseerd
in te stemmen met het nemen van een voorbereidingsbesluit
voor genoemd perceel, stellen wij u voor te besluiten con
form bijgevoegd ontwerp-besluit.
Leeuwarden, 5 juni 1997.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
drsH.H. Apotheker burgemeester.
mr. F.M.J. Steijvers
secretaris.