1. INLEIDING De projectleider van de verbouw van de panden Raadhuisplein 23 en 25 ten behoeve van de huisvesting van het Instituut voor Kunstzinnige Vorming heeft bij nota van 14 maart 1997 Burgemeester en Wethouders gerapporteerd over de voortgang van dit project. Deze rapportage riep bij het college een tweetal vragen op, t.w. a. is in het kader van de uitvoering van achterstallig onderhoud twee maal een bedrag gevoteerd voor het verrichten van dezelfde werkzaamheden; b. zijn de aanbevelingen van de Onderzoekscommissie Stadskantoor en de naar aanleiding van deze aanbevelingen opgestelde rapportage "Gemeentelijke projecten" nageleefd. De directeur bedrijfsvoering a.i. is gevraagd door middel van dossieronderzoek en gesprekken met bij de verbouw betrokkenen antwoord te geven op deze beide vragen. In dit kader is gesproken met: mw. C. Brandsma, v.m. projectleider, mw. A. Veenstra, sinds januari 1997 projectleider, de heren C.J. Slotemaker, budgetbewaker, P. Broekhuis, VB-accountant, E. v.d. Beek, directeur van de dienst Welzijn, O. de Jager, controller van de dienst Welzijn, J.A.F. A. Timmermans, v.m. portefeuillehouder Cultuur, mw. A. Jacobs, architecte en mw. I. van Ammers, de huidige portefeuillehouder Cultuur. Wegens verblijf elders kon met de heer W. de Haan, technisch adviseur van het project, geen gesprek worden gevoerd. De onderhavige rapportage is het resultaat van het dossieronderzoek en de gevoerde gesprekken. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de vraagstelling over het achterstallig onderhoud, in het derde hoofdstuk komen de aanbevelingen van de Onderzoekscommissie Stadskantoor aan de orde. In de bijlage is het proces om te komen tot één Instituut voor Kunstzinnige Vorming beschreven. Het onderzoek werd bemoeilijkt door het feit dat de informatie van verschillende plaatsen moest komen. Vermoedelijk waren de werkdossiers niet in alle gevallen volledig. Overigens bestaat niet de indruk dat bij volledigheid van de dossiers andere conclusies zouden zijn getrokken dan die thans in de rapportage staan vermeld. De rapportage beperkt zich tot de bovenomschreven vraagstelling. Daarom wordt hierin niet ingegaan op het feit dat, tijdens het onderzoek bleek dat met de toekomstige gebruikers van de panden aan het Raadhuisplein nog geen overeenstemming is bereikt over de verdeling van de exploitatielasten van deze panden. Voorts bleek de dekking van de verhuiskosten van het Gemeentelijk Muziekinstituut en het Creativiteitscentrum "De Blauwe Stoep" nog een punt van discussie, waarover op korte termijn duidelijkheid moet komen. De dienst Welzijn zal over deze beide punten in de komende weken voorstellen aan Burgemeester en Wethouders voorleggen. Tot slot wordt een woord van dank en waardering uitgesproken voor de hierbovengenoemde personen, die allen welwillend en op zeer korte termijn hebben gezorgd voor de informatie die nodig was voor de totstandkoming van deze rapportage.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 304