Blad 2
Politiek-bestuurlijke accenten worden besproken in het ka
der van de vaststelling van de perspectiefnotaDe functio
nele discussie -bijvoorbeeld over kwaliteit van uitvoering
en/of doelmatigheidsaspecten- zal meer bij de behandeling
van de begroting worden gevoerd.
In het belang van de inwoners van onze gemeente, maar, ze
ker gezien de rol die Leeuwarden in de provincie te vervul
len heeft, ook in het belang van de regio en de gehele pro
vincie, blijven wij opteren voor een redelijk hoog ambitie
niveau. Doen we dat niet dan geldt hier letterlijk dat
stilstand achteruitgang is.
Wat onze ambities zijn op lange termijn en als afgeleide
daarvan op middellange termijn, is terug te vinden in res
pectievelijk de hoofdstukken 1 en 3 van de perspectiefnota
Niet voor niets staat het Financieel kader in hoofdstuk 2.
Wat we willen en wat wij financieel aankunnen heeft in be
langrijke mate te maken met de beschikbare middelen. Daar
bij moeten we verder kijken dan het sluitend krijgen van de
eerste jaarschijf. Als uw raad instemt met de ambitie die
wij u in deze perspectiefnota voorleggen dan zal er eerst
financiële ruimte geschapen dienen te worden om daarna onze
ambitie te kunnen realiseren.
In uw raad en in de samenleving zijn er mensen die de
financiële situatie zorgelijk noemen. Van de ene kant is
dat terecht in het bijzonder als we kijken naar de proble
matiek van het achterstallig onderhoud. Van de andere kant
is het zo dat het reserveren van te veel geld ook niet ge
tuigt van wijs beleid als er nog zoveel problemen zijn op
te lossen en structuurversterkende maatregelen genomen moe
ten worden. Er moet een nieuwe juiste balans gevonden wor
den tussen een gezond financieel weerstandsvermogen, de
lasten van de burgers en het vinden van financiële ruimte
om te kunnen oppakken wat voor de leefbaarheid en de ver
dere ontwikkeling van de gemeente nodig is.
Onze financiële situatie is in de afgelopen periode met
name verbeterd dankzij de betere informatievoorziening.
Daardoor zijn wij en dus ook u steeds beter in staat om zo
adequaat mogelijk te kunnen afwegen. Dit wil niet zeggen
dat we er nu al zijn. Maar wij zijn nu wel zo ver gevorderd
dat er slechts in een beperkt aantal jaren ruimte geschapen
dient te worden. Ruimte die nodig is om verantwoord te kun
nen investeren. Dit betekent dat ons nog een paar jaar
wachten met voor de samenleving pijnlijke beslissingen op
een aantal beleidsvelden. Eerst zal er f 2 miljoen bezui
nigd moeten worden om de meerjarenraming structureel slui
tend te krijgen om vervolgens f 7,5 miljoen ruimte te vin
den voor nieuwe investeringen die wij noodzakelijk achten
voor adequaat onderhoud en voor het verder ontwikkelen van
de gemeente.
Blad 3
De suggestie uit uw raad om inzicht te geven in de afgewe
zen bezuinigingsvoorstellen uit de afgelopen jaren hebben
wij in de tijd die daarvoor beschikbaar was zo goed moge
lijk geïnventariseerd en weergegeven op de bij deze raads-
bnef behorende bijlage.
Blijkbaar wekt de tekst van de perspectiefnota bij een aan
tal raadsleden de indruk dat de niet door ons gehonoreerde
voorstellen 'nieuw beleid' definitief afgewezen zijn. Niets
is minder waar. Gezien de onderhoudssituatie van de fysieke
leefomgeving en van de gebouwen die ons eigendom zijn en
de onzekerheid die er op dit moment nog bestaat over de
benodigde budgetten om die onderhoudssituatie weer op een
aanvaardbaar niveau te krijgen, achten wij het niet oppor
tuun om u de eerste tijd voorstellen te doen voor nieuw
beleid. Wij gaan er overigens van uit dat u tijdens de be
grotingsbehandeling over het onderhoud concrete besluiten
kan nemen. Nu u bij de vaststelling van de perspectiefnota
de hoofdrichting aangeeft, zullen wij u bij de begrotings
behandeling een zodanig afgerond pakket aan bezuinigings
voorstellen en voorstellen voor nieuw beleid voorleggen,
dat er dan ook, zoals het provinciaal toezicht dat van ons
verlangt, een sluitende meerjarenraming ligt.
Een belangrijk element dat een rol speelt bij de begro
tingsvoorstellen, is de hoogte van de minimale stand van de
algemene reserve. In algemene zin willen wij daarover twee
opmerkingen maken:
1. hoe betrouwbaarder onze begroting is en hoe groter ons
vermogen is om ontwikkelingen te prognotiseren en risi
co's beter beheersbaar te maken, hoe dichter de stand
van de algemene reserve bij f 10 miljoen kan liggen;
2. het aanpakken van het achterstallig onderhoud heeft wat
ons betreft de eerste prioriteit; uit een oogpunt van
goed financieel beleid is het benutten van dat deel van
de algemene reserve dat uitgaat boven het niveau van
f 10 miljoen voor het terugdringen van het achterstal
lig onderhoud verantwoord; immers het in stand houden
van onze kapitaalgoederen draagt evenzeer bij aan een
vergroting van onze financiële weerbaarheid als het
vergroten van de algemene reserve; in het tweede deel
van de raadsbnef komen wij nader terug op het achter
stallig onderhoud.
Dit neemt niet weg dat het voor mensen pijnlijk blijft om
te merken dat de lokale overheid activiteiten gaat beëindi
gen of verminderen. En dan niet omdat het om zinloze acti
viteiten gaat, integendeel, maar omdat het geld voor andere
activiteiten nodig is. Andere activiteiten die na een poli
tieke weging door uw raad, als gekozen vertegenwoordiger
van de Leeuwarder samenleving, belangrijker gevonden wor
den