4.9 SAMENVATTING 4.9.1 Ruimteschepping 4.9.2 Werkgelegenheid 4.9.3 Minimabeleid 4.9.4 Subsidiebeleid 4.9.5 Onderhoud fysieke leefomgeving en gebouwen 4.9.6 Ruimtelijke ontwikkeling 4.9.7 Organisatie Gezien de financiële positie en het nog lopende verbeteringsproces in de bedrijfsvoering, hebben wij zodanige sturing aan deze perspectiefnota gegeven dat eerst de huidige mogelijk heden ontwikkeld en benut dienen te worden. Uiteraard blijven er dan nog wensen voor nieuw beleid. Uitgaande van de landelijk vergelijkbare norm van 10 miljoen gulden als algemene reserve, ontstaat er pas in 2000 daadwerkelijk ruimte voor beleidsintensivering of nieuw be leid. Die ruimte ontstaat alleen als voldaan is aan twee punten: 1. de in paragraaf 4.5 genoemde bedrijfsvoeringsaspecten worden gerealiseerd 2. het selctiever en scherper prioriteren bij zowel de organisatie als bij de zorggebieden schept ten minste de volgende ruimte: 1998 1999 2000 2001 Totaal 0,5 1 3 5 9,5 Kunt u instemmen met de ruimtescheppende voorstellen? Gelet op de inspanning die reeds bij de voorgaande perspectiefnota tot stand is gebracht, ach ten wij het verantwoord om eerst de huidige mogelijkheden te ontwikkelen en ten volle te benutten Voorstel: Geen extra middelen, wel huidige mogelijkheden ten volle benutten. Zoals in paragraaf 3.1.2. staat wordt er ook in financiële zin een aanzienlijke inspanning gepleegd met betrekking tot het minimabeleid. De middelen en mogelijkheden die wij nu hebben willen wij nu eerst optimaal benutten. Voorstel: Geen extra middelen, yvel de in paragraaf 3.1.2 geschetste mogelijkheden ten volle benutten Gezien onze bestuurlijke analyse zoals wij die beschreven hebben in paragraaf 3.1.3 willen wij het komende jaar eerst benutten om de subsidiemogelijkheden die er zijn. zorgvuldig analyseren en op basis daarvan in de volgende perspectiefnota met voorstellen komen voor een nieuw subsidiebeleid; een beleid dat meer richtlijn dan toetssteen zal zijn. Voorstel: Geen extra middelenwel subsidiebeleid ontwikkelen op basis van de in para~ graaf 3.13 genoemde uitgangspunten 48 perspectiefnota 1998-2001 a)Fvsieke leefomgeving Nu wij een second opinion gevraagd hebben op de technische aanamen en resultaten van onze eigen registratie, kunnen wij op dit moment nog niet een bestuurlijk eindoordeel geven over de wens om middelen uit te trekken voor het achterstallig onderhoud. Dit laat onverlet dat onze bestuurlijke insteek, afhankelijk van het verloop van de algemene reserve, allereerst gericht is op het stabiliseren van het onderhoudsniveau, om vervolgens structurele dekking te vinden voor het onderhoud van de fysieke leefomgeving. Voorstel: Voorshands nog geen extra middelen vrijmaken voor het onderhoud. b)Gebouwen Wij wachten eerst het businessplan Vastgoedbchccr af alvorens besluiten te nemen over voor stellen m.b.t. het onderhoud van de gemeentelijke gebouwen. Voorstel: Voorshands nog geen extra middelen vrijmaken voor het onderhoud De kern van de voor de korte termijn waargenomen beperkingen ligt in het gebrek aan midde len voor de planvoorbereiding van woonlocaties. In paragraaf 3.1.5. hebben wij aangegeven dat hieraan tegemoet gekomen kan worden als hiervoor ook het investeringsfonds voor inge zet kan worden. Eerder hebben wij een beeld geschetst van het personeelsbeleid dat wij voorstaan. Om daar een optimale sturing aan te kunnen geven zal het intern arbeidsbureau uitgebouwd dienen te worden tot een mobiliteitsbureau. Een voorstel hiervoor zullen wij u nog in 1997 Omdat wij op dit moment nog onvoldoende zicht hebben op de consequenties daarvan, hebben wij nu nog niet de v rijheid om daarvoor middelen vrij te maken. Daarom stellen wij u voor om een malig middelen vrij te maken voor de continuering van het intern arbeidsbureau. Voorstel: Voor de continuering van het Intern Arbeidsbureau wordt eenmalig f300.000,- - uitgetrokken. perspectiefnota 1998-2001 49

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 348