Blad 2 Onder vermelding dat de Commissie Bestuur en Middelen is gehoord en deze commissie u adviseert in te stemmen, stel len wij u voor de Uitkerings- en pensioenverordening wet houders te wijzigen conform bijgevoegd ontwerp-besluit. Leeuwarden, 14 augustus 1997. Burgemeester en wethouders van Leeuwarden, drsH.H. Apotheker burgemeester. mr. F.M.J. Steijvers secretaris Nummer 11184 WR/JG DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelet op de Wet van 6 juni 1996 (Stb. 1996, 317) gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 augustus 1997 (bijlage nr. 100); BESLUIT: I Vast te stellen de "Uitkerings- en pensioenverordening wet houders van de gemeente Leeuwarden" als volgend luidende: MODEL-UITKERINGS- EN PENSIOENVERORDENING WETHOUDERS (bijgewerkt tot en met de negende wijziging) AFDELING I DE UITKERING Het recht op uitkering Artikel 1 1 Hij die ophoudt wethouder te zijn heeft, tenzij hij zonder onderbreking weer als zodanig optreedt, met ingang van de dag van aftreding, voorzover hij alsdan niet de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt, recht op een uitkering op de voet van de volgende artikelen. 2 De raad kan beslissen dat geen uitkering wordt toege kend aan een gewezen wethouder: a die zich in vreemde krijgsdienst of in vreemde overheidsdienst heeft begeven en naar zijn oordeel zich daardoor uit Nederlands nationaal oogpunt be schouwd, onwaardig heeft gedragen; b die wegens enig strafbaar feit is veroordeeld waar uit naar zijn oordeel blijkt dat hij zich uit Nederlands nationaal oogpunt beschouwd onwaardig heeft gedragen; c die overeenkomstig artikel x8 van de Kieswet van het lidmaatschap van de raad vervallen verklaard is d wiens ontslag voortvloeit uit het feit dat hij zich aan kennelijk wangedrag of grove verwaarlozing van zijn taak heeft schuldig gemaakt.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 407