Gemeente ^eeuwarden
Oldehoofsicrkcrlchot 2
Postbus 21000
8900 JA Leeuwarden
Telefoon 058 233 88 33
Voorstel tot invoering van een roerende-zaakbelasting met
ingang van 1 januari 1998.
Bijlage nr. 113
Aan de gemeenteraad.
0.0 Inleiding.
Met ingang van de invoering van de wet materiele belasting
bepalingen per 1 januari 1995 wordt de gemeente de moge
lijkheid geboden een belasting te heffen terzake van de
eigendom en het feitelijk gebruik van roerende zaken. In
het kader van de ombuigingsoperatie 1997-2000 heeft u be
sloten tot het invoeren, op grond van rechtsongelijkheid,
van een roerende-zaakbelasting. Vandaar dat wij u hierbij
dit voorstel presenteren.
In het kort zullen wij de volgende zaken nader belichten
zoals
-juridisch kader
-uitvoering
-financiën
-voorlichting
10 Juridisch kader
De belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten zijn
nieuwe belastingen in de Gemeentewet. De belastingen zijn
bij amendement in het wetsvoorstel opgenomen (Tweede Kamer,
vergaderjaar 1991-1992, 21 591, nr. 16)De achterliggende
gedachte is dat gebruikers en eigenaren van woonschepen,
woonwagens en andere roerende zaken die dienen tot woning,
en van roerende bedrijfsruimten ook belang hebben bij de
collectieve voorzieningen die de gemeente hun biedt. Arti
kel 221 van de Gemeentewet maakt het mogelijk de gebruikers
en eigenaren van die roerende ruimten te betrekken in een
heffing die vergelijkbaar is met de onroerende-zaakbelas-
tingen. Van belang daarbij is wel dat de roerende woon- en
bedrijfsruimten duurzaam aan een plaats gebonden zijn en
permanent worden bewoond of permanent worden gebruikt. Een
gemeente is overigens niet verplicht de belastingen op roe
rende woon- en bedrijfsruimten te heffen, ook niet als de
gemeente onroerende-zaakbelastingen heft. Daar staat tegen
over dat op grond van artikel 221, derde lid, van de Ge
meentewet de belastingen op roerende woon- en bedrijfsruim-
Sjoch dizze stêd; sjoch wat der mnom bart It aide spcgclet him yn wat de takomst hat Pita TerpsUa
13