Blad 2 a. voor de eerste af te voeren hoeveelheid tot en met 1000 m3 f 193,75; b. voor elke af te voeren hoeveelheid boven 1000 m3 tot en met 2500 m3 f 177,50; c. voor elke af te voeren hoeveelheid boven 2 500 m3 tot en met 5000 m3 f 160,--; d. voor elke af te voeren hoeveelheid boven 5000 m3 tot en met 10.000 m3 f 143,50; e. voor elke af te voeren hoeveelheid boven 10.000 m3 tot en met 25.000 m3 f 125,--; f. voor elke af te voeren hoeveelheid boven 25.000 m3 tot en met 100.000 m3 f 105,--; g. voor elke af te voeren hoeveelheid boven 100.000 m3 en meer f 86,--. 3 Het bedrag van de belasting wordt per belastingaanslag naar beneden afgerond op gehele guldens Artikel III Artikel 9, lid 2 vervalt. Artikel IV Artikel 15 wordt gewijzigd en als volgt gelezen: Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat voor de toezending of uitreiking van aanslagbiljetten, in gevolge artikel 8, eerste lid van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) voor de met de invordering van gemeentelijke be lastingen belaste gemeenteambtenaar een andere gemeenteamb tenaar in de plaats treedt Artikel V Artikel 16 wordt gewijzigd en als volgt gelezen: De verplichting bedoeld in de artikelen 47, 49, en 50 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb, 1959, 301) en in de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990, dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246a van de Gemeen tewet (Stb. 1994, 762)gelden mede jegens de door het col lege van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteamb tenaren belast met de heffing of de invordering van gemeen telijke belastingen. Blad 3 Artikel VI 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking. 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 1998. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van voorzitter. secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 273