Blad 2
2) In een aanwijzing als in het eerste lid bedoeld, kan door
de burgemeester worden bepaald, dat de voorschriften 2.1
tot en met 2.6 uit bijlage I van het Besluit niet gelden.
3) De burgemeester publiceert tenminste vier weken voor het
begin van een nieuw kalenderjaar in één of meer huis aan
huis-bladen welke festiviteiten binnen de gemeente of
binnen een deel van de gemeente worden aangemerkt als
collectieve festiviteiten in het nieuwe kalenderjaar.
4) De burgemeester kan wanneer een collectieve festiviteit
redelijkerwijs niet te voorzien was, een festiviteit ter
stond als collectieve festiviteit als bedoeld in het eer
ste lid aanwijzen.
Artikel 4.1.3 Kennisgeving incidentele festiviteiten
1) Het is een horeca-inrichting toegestaan maximaal 7 inci
dentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij
de voorschriften 2.1 tot en met 2.6 uit de Bijlage van
het Besluit niet van toepassing zijn.
2) De houder van een horeca-inrichting die voornemens is een
incidentele festiviteit te houden is verplicht tenminste
acht weken voor de aanvang van de festiviteit de burge
meester daarvan in kennis te stellen.
3) De burgemeester stelt een formulier vast voor het doen
van de in het tweede lid bedoelde kennisgeving.
4) De in het tweede lid bedoelde kennisgeving wordt geacht
eerst dan gedaan te zijn wanneer het in het derde lid be
doelde formulier, volledig en naar waarheid ingevuld,
tijdig is ingeleverd op de plaats op dat formulier ver
meld
5) Een kennisgeving als bedoeld in het tweede lid wordt te
vens geacht te zijn gedaan wanneer de burgemeester op
verzoek van de houder van een horeca-inrichting een inci
dentele festiviteit, die redelijkerwijs niet te voorzien
was, terstond toestaat.
Artikel 4.1.4. Verboden incidentele festiviteiten
Het is verboden een incidentele festiviteit te organiseren,
toe te laten, feitelijk te leiden of daaraan deel te nemen
indien
a) de kennisgeving daarvan niet overeenkomstig het bepaalde
in artikel 4.1.3. is gedaan;
b) gehandeld wordt in afwijking van de gegevens die bij de
kennisgeving als bedoeld in artikel 4.1.3 zijn verstrekt;
c) de houder van de horeca-inrichting verzuimt te doen of na
te laten hetgeen redelijkerwijs gevergd kan worden om
overmatige hinder te voorkomen;
Blad 3
d) de burgemeester het organiseren van een incidentele fes
tiviteit verboden heeft, hetzij op grond van het over
schrijden van het maximum van 7 incidentele festivitei
ten, hetzij wanneer naar zijn oordeel de woon- en leefsi
tuatie in de omgeving van de horeca-inrichting en/of de
openbare orde op ontoelaatbare wijze worden beïnvloed.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
voorzitter.
secretaris.