Begroting 1998 Concern Tabel 7 - Meerjarenperspectief f 1000,00 in absolute cijfers) nr. Omschrijving 1998 1999 2000 2001 Incidenteel: tabel 2 perspectiefnota -7.003 - 3.777 - 1.341 -310 tabel 5 uitzettingen/inkrimpingen na perspectiefnota 1998 - 1.025 - 827 -580 - 158 Startpositie begroting/meerjarenramingen - 8.028 - 4.604 - 1.921 -468 Desondanks is de geprognotiseerde ontwikkeling van de algemene reserve zoals wij u die presenteren in de laatste paragraaf in tabel 16, positief te noemen. 3.5 Reserves en voorzieningen Tabel 8 - Meerjarenperspectief f 1000,00 in absolute cijfers) exclusief algemene reserve Omschrijving Reserves Voorzieningen Totaal Stand per ultimo 1997 114.394 7.818 122.212 vermeerderingen 1998: -bijboeken rente 4.695 4.695 -overige stortingen 15.326 2.386 17.712 Sub-totaal 134.415 10.204 144.619 onttrekkingen 1998: 19.291 3.174 22.465 Stand per ultimo 1998 115.124 7.030 122.154 In de perspectiefnota 1998 is aangegeven dat een eerste opschoningsslag met betrekking tot de reserves en voorzieningen is afgerond. Dit heeft er in geresulteerd dat een stringentere scheiding tussen reserves en voorzieningen is aangebracht. Het tweede effect is geweest dat verschillende "potjes" zijn opgeruimd, waardoor 3.7 miljoen (bruto) aan financiële middelen is vrij gevallen en toegevoegd aan de Algemene Reserve. Eveneens is in de Perspectiefnota in het kader van het aanscherpen van het financiële beleid een tweede opschoningsslag aangekondigd. Uit een door ons aan de commissie van Bestuur en Middelen in oktober 1997 gericht schrijven dat voor u ter inzage is gelegd, blijkt dat het vervolgonderzoek dient te geschieden op basis van scherpere voorwaarden, waardoor een rechtvaardiging van een reserve of voorziening dient te worden aangetoond. Hierbij wordt uitgegaan dat zowel een beleidsmatige- als een kwantitatieve onderbouwing wordt gegeven. 15 Begroting 1998 Concern 4. VERDERE INVULLING PERSPECTIEFNOTA 1998-2001 4.1 Algemeen Na de koersvaststelling door uw raad op 16 juni jl. gaat het niet alleen maar om het sluitend krijgen van de begroting in meerjarenraming, maar het gaat ook om een forse stap verder. Om zo langs de weg die bekend staat als "nieuw voor oud", te komen tot een zodanige budgettaire ruimte dat in financiële zin invulling gegeven kan worden aan de ambities. Ambities die enerzijds liggen op het vlak van het stabiliseren en verbeteren van de onderhoudstoestand van de openbare ruimte en de gemeentelijke gebouwen, en anderzijds in het doen van investeringen in het belang van de toekomstige duurzame ontwikkeling. Daarbij zijn de aanbevelingen van de commissie Langman een grote steun in de rug. Vermoedelijk zal het beschikbaar stellen door het Rijk van grote bedragen voor regionale steun ook een groot beroep doen op ons cofinancieringsvermogen. De bovengenoemde steun is op de derde dinsdag van september onderstreept met uitspraken van de minister-president die ondubbelzinnig liet weten dat Noord-Nederland extra aandacht dient te krijgen. Bijna Kamerbreed is dit bevestigd. Dit betekent dat de inspanningsverplichting waartoe impliciet door uw raad besloten is, nog meer financiële discipline zal gaan vereisen. Die discipline was al nodig in het belang van onze burgers en de bedrijven die in onze gemeente gevestigd zijn, maar is zeker ook nodig om voldoende middelen te blijven houden om daadwerkelijk gestalte te kunnen blijven geven aan onze beleidsdoelen met betrekking tot het bestrijden van de nog steeds te hoge werkloosheid en het sociale activeringsbeleid. In het belang van dit alles willen wij met kracht het deze collegeperiode gevoerde beleid voortzetten. Daartoe zal het tempo en de inzet waarin gewerkt wordt aan het realiseren van een gezonde bedrijfsvoering, stevig voortgezet moeten worden. Er zullen bezuinigings- en ombuigingsmaatregelen genomen moeten worden die direct hout snijden. Maatschappelijk en dus politiek makkelijke en eenvoudige bezuinigingen op taken of taakonderdelen zijn er niet of nauwelijks meer. Verder is gebleken dat waar nader onderzoek moet komen, doorgaans meer tijd nodig is dan een paar weken om te komen met een reëel haalbare invulling. 4.2 Aanvullende ombuigingsvoorstellen Het gegeven dat door de beperkte tijd het niet mogelijk gebleken is de taakstelling oplopend tot 9,5 miljoen in te vullen met reële, goed onderbouwde voorstellen, heeft ons doen besluiten u een aantal generieke (algemeen geldende) bezuinigingen voor te leggen. In de volgende paragrafen worden deze maatregelen beschreven. De tweede reden om één of meer generieke bezuinigingen op te leggen heeft te maken met de zogenaamde perspectivische vertekening. Anders gezegd: oude taakstellingen waarvan besloten is dat die in een benoemd jaar gerealiseerd moeten worden, blijken om meerdere redenen niet in dat aangegeven jaar gerealiseerd te kunnen worden. Overigens merken wij op dat deze oude taakstellingen blijven bestaan; het daadwerkelijke resultaat zal alleen later ingeboekt worden dan oorspronkelijk geraamd was. Hoewel generieke maatregelen in zichzelf strijdig zijn met de systematiek en de uitgangspunten van een productenbegroting, vinden wij het maatschappelijk belang zoals wij dat in de vorige paragraaf geschetst hebben belangrijker dan de systematiek. 16

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1997 | | pagina 12