Blad 18
herbeplanten overeenkomstig de door hen te geven aan
wijzingen binnen een door hen te stellen termijn.
2. Wordt een verplichting als bedoeld in het eerste lid
opgelegd, dan kan daarbij tevens worden bepaald op
welke wijze en binnen welke termijn niet-geslaagde
beplanting moet worden vervangen.
3Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen als
bedoeld in deze afdeling van toepassing is, in het
voortbestaan ernstig wordt bedreigd kunnen burgemees
ter en wethouders aan de zakelijk gerechtigde van de
grond waarop zich de houtopstand bevindt, dan wel aan
degene die uit andere hoofde tot het treffen van voor
zieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om over
eenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen
een door hen te stellen termijn voorzieningen te tref
fen, waardoor die bedreiging wordt weggenomen.
Artikel 4.5.11 Schadevergoeding
Burgemeester en wethouders beslissen op een verzoek om
schadevergoeding op grond van artikel 17, juncto artikel 13
vierde lid, van de Boswet.
Artikel 4.5.12 Afstand van de erfgrenslijn
De afstand als bedoeld in artikel 5:42 Burgerlijk Wetboek
wordt vastgesteld op 0,5 meter voor bomen en op nihil voor
heggen en heesters
Artikel 4.5.13 Bestrijding van iepziekte
1. Dit artikel verstaat onder:
a. iepziekte: de aantasting van iepen door de schim
mel Ophiostoma ulmi (Buism.) Nannf(syn.
Ceratocystis ulmi (Buism.) C. Moreau)
b. iepenspintkeverhet insect, in elk ontwikkelings
stadium, behorende tot de soorten Scolytus scoly-
tus (F.) en Scolytus multistratus (Marsch) en
Scolytus pygmaeus
2Indien zich op een terrein één of meer iepen bevinden
die naar het oordeel van burgemeester en wethouders
gevaar opleveren voor verspreiding van de iepziekte of
voor vermeerdering van de iepenspintkeversis de
rechthebbende, indien hij daartoe door burgemeester en
wethouders is aangeschreven, verplicht binnen de bij
aanschrijving vast te stellen termijn:
a. indien de iepen in de grond staan, deze te vellen;
b. de iepen te ontbasten en de bast te vernietigen;
c. de niet ontbaste iepen of delen daarvan te vernie
tigen of zodanig te behandelen dat verspreiding
van de iepziekte wordt voorkomen.
Blad 19
3. a. Het is verboden gevelde iepen of delen daarvan
voorhanden of in voorraad te hebben of te vervoe
ren;
b. het verbod is niet van toepassing op geheel ont
bast iepenhout en op iepenhout met een doorsnede
kleiner dan 4 centimeter;
c. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing ver
lenen van het onder a. van dit lid gestelde ver
bod
Artikel 4.5.14 Monumentale en waardevolle bomen
1. Burgemeester en wethouders stellen een lijst met waar
devolle bomen en houtopstanden vast. De raad stelt een
lijst met monumentale bomen en houtopstanden vast.
2 Op het vaststellen en actualiseren van de in het
eerste lid bedoelde lijst is de openbare voorberei
dingsprocedure ingevolge afdeling 3.4 van de Algemene
wet bestuursrecht van toepassing.
3Op het voornemen een kapvergunning te verlenen voor
monumentale en waardevolle bomen en houtopstanden is
de openbare voorbereidingsprocedure, als bedoeld in
het vorige lid, eveneeens van toepassing.
Artikel 4.5.15 Bescherming bomen
1. Het is verboden om bomen en houtopstanden, die openbaar
eigendom zijn:
- te beschadigen, te bekladden of te beplakken of
- daaraan snoeiwerk te verrichten behoudens door
daartoe bevoegde deskundige boomverzorgers ter
uitoefening van de hun opgedragen boomverzorgende
taak
2Het is verboden om een of meer voorwerpen in of aan
een openbare houtopstand of boom aan te brengen of
anderszins te bevestigen, behoudens vergunning van
burgemeester en wethouders
W. Artikel 4.7.1 Opslag bromfietsen, motorvoertuigen,
caravans, afvalstoffen, mest, ingekuilde
landbopuwproducten e.d.
a. In het eerste lid, onder d vervalt het woord, "afval".
b. In het eerste lid wordt na d toegevoegd:
e. afvalstoffen.
c. In het tweede lid wordt het woord "Wegenverkeerswet"
vervangen door: Wegenverkeerswet 1994.