Sector/Dienst-Begroting 1999
Bestuur en Concernstaf
2.2. Taakclusters
De concernstaf is een stafafdeling die met name ondersteunend is voor lokaal bestuur
en ambtelijk management.
De stafafdeling kent de volgende taakclusters:
strategische beleidsontwikkeling en innovatie;
formuleren en coördineren middelenbeleid;
bestuursondersteuning;
concernplanning en -controlling;
consolidatie dienstresultaten en samenstellen concemresultaat;
doelmatigheids- en effectiviteitsonderzoeken;
bijzondere opdrachten.
4
Sector/Dienst-Begroting 1999
Bestuur en Concernstaf
3. VERANDERINGEN EN ONTWIKKELINGEN
3.1 Gemeentelijke organisatie
Nu de gemeentelijke financiën en de gemeentelijke organisatie goeddeels op orde zijn,
ontstaat de ruimte - naast het voortgaande reguliere proces van verbetering - voor een
meer externe oriëntatie en een toekomstgerichte benadering.
Dit betekent dat de resultaten met betrekking tot de toekomstvisie (LEVI 2030) zullen
worden omgezet in concrete activiteiten en dat de bestuurlijke en ambtelijke rol, stijl en
organisatie daarop zal worden afgestemd.
Het gedachte van een regisserende en innoverende lokale overheid is daarbij leidend,
maar ook nieuwe trends of varianten, zoals de vraaggestuurde en burgergerichte
overheid zullen daarbij worden betrokken.
Overigens vindt (het onderzoek naar) verzelfstandiging van gemeentelijke onderdelen
onverminderd voortgang. Hierdoor blijft het aantal zaken dat in eigen beheer wordt
uitgevoerd afnemen en zet de krimp van de gemeentelijke organisatie zich door. Het
aantal personen dat de gemeente zelf in dienst heeft zal het komende jaar derhalve
zakken. (Per 1-7-1998 zijn 980 personen bij de gemeente werkzaam.).
Het voortgaande proces van verbetering zal de komende jaren met name gericht zijn op
het vervolmaken van het model van integraal management, zowel in de richting van de
leidinggevenden als op het terrein van de hen ondersteunende (stafafdelingen.
Concentratie van ondersteunende (stafafdelingen zal een bijdrage leveren aan het
verbeteren en effectiever benutten van de aanwezige expertise en een antwoord geven
op het toenemende probleem van schaalgrootte en kwetsbaarheid van deze functies in
een decentrale constructie. Voorwaarde daarbij zal zijn dat het gemeentelijk
management optimaal wordt/blijft worden bediend.
Bij het realiseren van bestuurlijke doelen en integraal management hoort nadrukkelijk
het sturen op prestaties. Het gebruik maken en verder ontwikkelen van instrumenten
(zoals de productenbegroting) is daarbij cruciaal en zal de aandacht blijven krijgen.
3.2 Financiën
De acties die zijn ingezet voor verbetering van de beheersing van de financiën worden
in 1999 onverkort voortgezet. In 1998 is een uniform financieel informatiesysteem
ingevoerd. De pogingen om de mogelijkheden van dit systeem beter uit te nutten zullen
vanuit de Concernstaf breed worden ondersteund. Verder zal de actualisering van het
financiële beleid een periodiek terugkerende activiteit zijn. Daarbij moet worden
gedacht aan grond-, gebouwen-, belastingen- en tarievenbeleid, maar ook aan het
financieringsbeleid. Het treasurybeleid blijft hoge prioriteit houden. Terwille van een
betere planning van geldstromen zal in 1999 verplicht bij ieder omvangrijk project een
(maandelijkse) planning van geldstromen moeten worden gevoegd. In dit verband is
relevant dat er met een meerjareninvesteringsplan wordt gewerkt. Wij streven er naar
om een dergelijk meerjarenplan in de perspectiefnota 2000-2003 op te nemen alsmede
in de daarna volgende begrotingen.
5