i!
i;
I!
M
I il
Sector/Dienst-Begroting 1999
Bestuur en Concernstaf
3.3 Personeel en Organisatie
Zonder mensen bestaat een organisatie niet. Mensen zijn nodig om de bestuurlijke
doelen en ambities voor te bereiden en gestalte te (doen) geven.
Dit betekent dat de motivatie, de kwaliteiten en de kwantiteit van mensen afgestemd
moet zijn op het realiseren van die doelen en ambities. Op het terrein van Personeel zal
de aandacht de komende jaren dan ook met name gericht zijn op het in beeld brengen
van de benodigde kwantiteit (personeelsplanning), de benodigde kwaliteiten
(loopbaanplanning) en de gewenste cultuur (motivatie, prestaties). Dit afgezet tegen de
aanwezige kwaliteit, kwantiteit en cultuur levert de speerpunten voor de komende jaren:
ontwikkelen en implementeren van een mobiliteitsbeleid (personeels- en
loopbaanplanning);
realiseren van een toekomstgericht opleidingsprogramma;
het bevorderen van de communicatie tussen medewerkers en leidinggevenden, o.a.
door periodieke functionerings- en beoordelingsgesprekken;
r=> het stimuleren van "aanspreek'-gedrag en het probleemoplossend vermogen.
Ook zal het komende jaar gewerkt worden aan een nota waarin de samenhang, vorm en
inhoud van een integraal personeel- en organisatiebeleid voor de komende jaren wordt
vastgelegd
De resultaten van de discussie over de inhoud (LEVI 2030) en de bestuurlijke rol en
profilering (regisserend/innoverend) bij het besturen van de stad vandaag en in de
toekomst is, zoals reeds opgemerkt in paragraaf 3.1, maatgevend voor de inrichting en
omvang van de gemeentelijke organisatie, maar ook voor de benodigde kwaliteit en
kwantiteit van personeel en de gewenste cultuur. Dat is niet een eenmalige operatie,
maar een permanent punt van aandacht.
Daarnaast spelen externe ontwikkelingen; zowel beleidsinhoudelijk als op het terrein
van de verschillende bedrijfsvoeringscomponenten.
Op het terrein van personeelsbeleid valt o.a. uit het beleidsprogramma van het College
voor Arbeidszaken (de werkgeversvereniging van de VNG) af te leiden dat in
toenemende mate het personeelsbeleid mede een bijdrage dient te leveren aan een
adequate bedrijfsvoering van gemeentelijke organisaties. Nieuwe (eigen) regelgeving
zal daaraan worden getoetst en bestaande belemmerende regelgeving zal worden
aangepast.
De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt maken het noodzakelijk dat gemeenten zich in
toenemende mate profileren als aantrekkelijke werkgevers; anders is het op termijn
onmogelijk om voldoende kwalitatief personeel aan te trekken. Onderdeel van het
aantrekkelijk werkgeverschap vormen de arbeidsvoorwaarden. Er is al enige jaren een
ontwikkeling ingezet om die meer conform aan de markt te maken. Dat proces is zeker
nog niet afgerond: de (eenzijdige) ambtelijke aanstelling bestaat nog steeds en o.a. de
ziektekostenverzekering en de werkloosheidswetgeving zijn nog niet op ambtenaren
van toepassing. Dat gaat, zij het met horten en stoten en soms met forse vertragingen,
de komende jaren wèl gebeuren. Een vrij nieuwe ontwikkeling in gemeenteland is dat
gekeken gaat worden of er mogelijkheden zijn om op onderdelen van het
arbeidsvoorwaardenbeleid een zgn. cafetariamodel in te voeren: maatwerk in
6
Sector/Dienst-Begroting 1999
Bestuur en Concernstaf
arbeidsvoorwaarden. Dat wil zeggen dat personeelsleden keuzes kunnen maken in de
samenstelling van het arbeidsvoorwaardenpakket.
In januari 1999 zullen de onderhandelingen voor een nieuwe gemeentelijke "CAO" (de
huidige loopt per 1 april 1999 af) worden geopend en eerdergenoemde punten
(bedrijfsvoering, marktconformiteit en cafetariamodel) zullen daarbij onderwerp van
overleg vormen.
3.4 Organisatie en Informatie
Speerpunt binnen het O&I-beleidsterrein voor de komende jaren is het optimaal
benutten van de aanwezige Informatie en Communicatie- faciliteiten. Zeker na de
uitvoering van het MiKa-project (Migratie Kantoorautomatisering), waarbij de
werkplekken en het netwerk weer op een toekomstbestendig niveau zijn gebracht, zal
het IT-netwerk als infrastructuur voor communicatie en gegevensuitwisseling verder
uitgebouwd worden. (Internet, Intranet, Documentair Informatiesysteem). Daarbij zal
de nadruk op het gebruik worden gelegd, door opleiding van alle gebruikers en centraal
overeengekomen gebruiksafspraken. Ook worden de mogelijkheden tot aansluiting van
raadsleden op deze infrastructuur verder uitgewerkt. Hoge prioriteit zal echter worden
gegeven aan het op het netwerk beschikbaar stellen van managementinformatie,
bijvoorbeeld op het terrein van financiën en personeel. De ontwikkeling van de drie
projecten, MiKa, Millennium en Euro, zal in optimale afstemming plaatsvinden zodat
vraagstukken zoveel mogelijk integraal worden aangepakt en opgelost en er mogelijk
onderlinge versterking plaats kan vinden.
