Blad 2
Nadere regels door het college van burgemeester en
wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere
regels geven met betrekking tot de heffing en de
invordering van de roerende-zaakbelastingen.
Artikel IV
Artikel 1, lid 2, letter a, wordt de zinsnede "het college
van burgemeester en wethouders" vervangen door:
"de in artikel 231, lid 2, onderdeel b, van de Gemeentewet
bedoelde.ambtenaar"
Artikel V
1.Deze verordening treedt in werking met ingang van de
achtste dag na die van de bekendmaking.
2De datum van ingang van de heffing is 1 januari 1399.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris
Nummer 14282
JV/PM/DW
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
22 oktober 1998 (bijlage nr. 163);
gelet op artikel 226 Gemeentewet;
BESLUIT:
vast te stellen:
VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING OP DE HEFFING
EN DE INVORDERING VAN HONDENBELASTING 1995
Artikel I
Artikel 5 wordt gewijzigd en als volgt gelezen:
1. De belasting bedraagt per belastingjaar:
a. voor een eerste hond f 110,40
b. voor een tweede hond f 162,--
c. voor iedere hond boven het aantal van twee f 223,20
2. In afwijking in zoverre van de voorgaande leden
bedraagt de belasting voor honden, gehouden in kennels
die zijn geregistreerd bij de Raad van Beheer op Kyno-
logisch gebied in Nederland, per jaar f 272,40
Artikel II
De volgende artikelen vervallen:
artikel 8 "Aangifte"
artikel 11 "Machtiging tot overdracht van
bevoegdheden"
artikel 12 "Verzending van aanslagbiljetten";
artikel 13 "Nakoming van verplichtingen"
artikel 14 "Toepasselijkverklaring renteregels
Invorderingswet 1990"