Blad 4 Geraamd wordt een jaarlijkse uitstroom naar de reguliere arbeidsmarkt van 15% van de gemiddelde bezetting van de Wiw-werknemers op een detacheringsbaan De wijze van heffing van een gedifferentieerde inleenver- goeding voor Wiw-dienstbetrekkingen geschiedt aan de hand van een nader te ontwikkelen instrumentarium dat eerst met ingang van 2000 wordt geëffectueerd. Bij het te ontwikkelen instrumentarium zullen ook de uitgangspunten worden opgenomen voor het beleid voor ontheffing van betaling van inleenvergoeding Voor 1999 wordt uitgegaan van de volgende inleenvergoedin- gen die werkgevers betalen voor zowel de reeds gedetacheer de als de nieuwe Wiw-werknemers: Groep Sector Jongeren Markt f 4500, Collectief f 1.000, Langdurig werklozen Markt f 11.000, Collectief f 4.500, Tot 2000 wordt het vrijstellingenbeleid voor betaling van de inleenvergoeding gehandhaafd. Dit beleid houdt in dat de uitvoeringsorganisatie voor de Wiw-dienstbetrekkingen kan besluiten tot het verlenen van vrijstellingen tot een maximum van 15% van de begrote inleenvergoedingen voor langdurig werklozen. Vanaf 1999 zullen alle organisaties die beschikken over een bemiddelingsvergunning in staat worden gesteld om werkerva ringsplaatsen in het kader van de Wiw te realiseren. Voor iedere gerealiseerde werkervaringsplaats zal een bedrag van maximaal f 15.000,- aan loonkostensubsidie beschikbaar worden gesteld. In het kader van de realisering van detacherings- en werk ervaringsplaatsen zal niet afgewogen worden of bepaalde vormen van bedrijvigheid wel of niet als wenselijk moeten worden aangemerkt. Deze afweging dient plaats te vinden bij de besluitvorming over bestemmingsplannen en vergunning verlening. Mocht komen vast te staan dat een werkgever zich in strijd met een bestemmingsplan of vergunning heeft ge vestigd en tot sluiting moet worden overgegaan, dan vervalt automatisch de detacherings- of werkervaringsplaats. Wiw-instrumentsociale activering en scholing Er wordt een onderzoeks- en reïntegratieprojeet voor bijstandsgerechtigden in fase 4 uitgevoerd in de wijk Heechterp/Schieringen Blad 5 Op basis van de resultaten van dit project zal worden beoordeeld of een vergelijkbaar project ook in andere wijken uitgevoerd gaat worden. In dit project wordt onderzoek gedaan naar de oorzaken van werkloosheid en de aanwezige mogelijkheden voor activering. De resultaten van dit project zullen worden betrokken bij de verdere beleidsontwikkeling op het terrein van sociale activering. Over de vraag naar de inhoud en reikwijdte van de gemeente lijke verantwoordelijkheid op het terrein van zorg wordt een discussie voorbereid. Van belang is de rol van de ge meente als regisseur die inhoud moet krijgen door de vraag naar het veld helder te formuleren, relevante partners bij elkaar te brengen en zo goed mogelijk te zorgen voor een sluitend aanbod van zorg- en welzijnsvoorzieningen. Scholing vormt in toenemende mate een belangrijk onderdeel van het arbeidsmarktbeleid. Het is daarom van belang dat er afspraken worden gemaakt tussen gemeente, scholingsinstel lingen en Arbeidsvoorziening over een gerichte inzet van alle voor scholing beschikbare middelen. In 1999 wordt een voorstel ontwikkeld om te komen tot een samenhangende inzet van de diverse (gemeentelijke) budgetten voor scholing, arbeidsmarkttoeleiding, educatie en beroepsonderwijs. Financiën Voorgesteld wordt de in enig jaar niet bestede middelen van het rijksbudget, met inachtneming van de richtlijnen van het Rijk, vooralsnog gedurende de lopende raadsperiode te storten in een bestemmingsreserve Rijksmiddelen Wiw. Voorgesteld wordt om overschotten op de gemeentelijke bijdrage Wiw gedurende de lopende raadsperiode te reserveren in verband met de in de kadernota geraamde financiële risico's, voorzover deze niet gedekt kunnen worden uit de bestemmingsreserve Rijksmiddelen Wiw. Voor de bestemmingsreserve Gemeentemiddelen Wiw zal gedurende de lopende raadsperiode een plafond gelden van f 1.000.000,-.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1998 | | pagina 191