Blad 2
De procedure van de herziening was zover gevorderd dat de
voorbereiding voor de vaststelling in de raad kon plaats
vinden. Het plan had de inspraak doorlopen, was ingebracht
in het overleg ex art. 10 van het Besluit op de Ruimtelijke
Ordening van 1985 met als resultaat slechts kleine aan
passingen
Evenwel was inmiddels de GDV-discussie gestart, waarbij
bleek dat "De Centrale" als locatie zou kunnen gaan spelen.
Voor ons college was dit aanleiding de procedure niet te
vervolgen in afwachting van meer duidelijkheid rond de GDV-
mogelijkheden voor Leeuwarden. Gezien de ligging en de
reeds aanwezige detailhandelsactiviteiten op het terrein
aan de Kanaalweg lag het voor de hand dit terrein als
potentiële locatie in de locatiediscussie mee te nemen.
De discussie in uw raad over de GDV-mogelijkheden voor
Leeuwarden en het daaraan ten grondslag liggende onderzoek,
resulteerde in het beleidsrapport "PDV-/GDV-ruimte in de
verzorgingsregio van Leeuwarden en afweging locaties" van
maart 1996, waarin de GDV-variant-Leeuwarden is uitgewerkt
en de principe keuze is gemaakt voor de locatie "De
Centrale"
De behandeling in de raadscommissies Stadsontwikkeling en
Economische Sociale Zaken alsmede de inspraak (met daar
uit naar voren komende alternatieve locaties) leidden tot
nader onderzoek naar de geschikte locatie voor GDV. Dit
resulteerde in het rapport "Afweging locaties voor gecon
centreerde grootschalige detailhandel" van februari 1997.
Op basis van voornoemde rapporten heeft uw raad op 14 april
1997 de keuze gemaakt voor "De Centrale" en heeft deze
locatie bestemd als de PDV-/GDV-locatie voor de eerst
komende j aren
Dit betekende een geheel nieuwe en andere herziening van
bestemmingsplan "Kanaalweg" dan die welke er lag. De nieuwe
herziening houdt in dat het gehele terrein (inclusief het
achterliggende weideterrein) tot aan Kleyenburg wordt
bestemd tot winkelgebied ten behoeve van PDV/GDV. In de
PDV-sfeer wordt gekoerst op 15.000 tot 20.000 m2 bruto
vloeroppervlakte voor de meubel-/woninginrichtingsbranche
In de GDV-sfeer wordt voorshands overeenkomstig het
raadbesluit ingezet op 11.500 m2 winkelvloeroppervlakte.
Daarnaast zal de mogelijkheid geboden worden voor een
aantal ondersteunende activiteiten in beperkte omvang.
Blad 3
Met het oog op bedoelde planherziening achten wij het
wenselijk, dat voor dit plangebied een voorbereidings-
besluit wordt genomen. Dit teneinde medewerking te kunnen
verlenen aan (bouw) initiatieven die niet passen in het
vigerende bestemmingsplan, doch wel voldoen aan het ontwerp
i.e. aan de voorgestelde herziening van het bestemmings
plan.
Gezien de fase waarin de herziening van het bestemmingsplan
verkeert achten wij een termijn van één jaar voldoende.
Onder vermelding dat de Commissie Stadsontwikkeling u in
haar vergadering van 8 september 1998 heeft geadviseerd met
het vorenstaande in te stemmen, stellen wij u voor te
besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit
Leeuwarden, 17 september 1998.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
P.E.J. den Oudsten loco-burgemeester.
mr. F.M.J. Steijvers
secretaris
