3. De secretaris draagt zorg voor de verslaglegging van de
vergaderingen van het algemeen bestuur en het dagelijks
bestuur en ondertekent mede alle stukken die van het
algemeen bestuur en het dagelijks bestuur uitgaan.
4 Het algemeen bestuur regelt de vergoeding en de vervanging
van de secretaris en kan een instructie voor hem vast
stellen
5. Voor het overige zijn de artikelen 102, 103, 104, 106 en
107 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
6. De functie van secretaris kan worden uitgeoefend door de
regionaal commandant.
HOOFDSTUK VII COMMISSIES
Artikel 17.
1. Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voor
zitter kunnen commissies van advies instellen, zulks met
inachtneming van artikel 24 van de Wet gemeenschappelijke
regelingen
2. a. Het algemeen bestuur kan commissies instellen met het
oog op de behartiging van bepaalde belangen, na het
verkrijgen van toestemming van de raden,
b. Het algemeen bestuur regelt met inachtneming van
artikel 25 van de Wet gemeenschappelijke regelingen hun
bevoegdheden en samenstelling.
3. Een commissie als bedoeld in lid 2, onder a., wordt in elk
geval - tot het moment dat een Regionale Ambulance Voor
ziening (RAV) tot stand is gekomen in Fryslan - ingesteld
ter behartiging van de belangen van de alarmcentrale.
Artikel 18.
1. De organen van de Regionale Brandweer/Centrale Post
Ambulancevervoer Fryslan worden bij de uitvoering van hun
taak bijgestaan door het college van brandweercommandanten
bestaande uit brandweercommandanten van gemeenten.
2. De commandant van de Regionale Brandweer/Centrale Post
Ambulancevervoer Fryslan is ambtshalve voorzitter, tevens
lid van het college.
3. Het college adviseert het algemeen bestuur en het dagelijks
bestuur, gevraagd of ongevraagd, over onderwerpen die de
Regionale Brandweer/Centrale Post Ambulancevervoer Fryslan
aangaan. Het is in het bijzonder belast met de advisering
omtrent taken en werkzaamheden, die de Regionale Brandweer
centrale Post Ambulancevervoer Fryslan krachtens deze
regeling heeft te verrichten en legt voorstellen daartoe
voor aan het dagelijks bestuur.
4. Het college adviseert tevens de commissie als bedoeld in
artikel 17, lid 3, gevraagd of ongevraagd, over brand
weeraangelegenheden van de alarmcentrale. Bij de voor
8
bereiding en vaststelling van een dergelijk advies wordt
het hoofd van de alarmcentrale betrokken.
4 Het algemeen bestuur kan nadere regels geven met betrekking
tot de samenstelling, het functioneren en de werkwijze van
het college.
Hij bepaalt tevens de onderwerpen waarover het college
voorafgaande aan de besluitvorming, verplicht wordt
gehoord
5. Als secretaris van het college treedt op de secretaris van
de Regionale Brandweer/Centrale Post Ambulancevervoer
Fryslan of een door hem aangewezen ambtenaar.
HOOFDSTUK VIII INLICHTINGEN EN VERANTWOORDING
Artikel 19.
1. Het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur verstrekken
aan de raden, uiterlijk binnen een maand, alle inlichtingen
die door één of meer leden van die raden worden verlangd.
2. De leden van het dagelijks bestuur geven - tezamen dan wel
afzonderlijk - aan het algemeen bestuur, wanneer dit alge
meen bestuur of één of meer leden daarvan hierom vragen,
schriftelijk en - indien daartoe wordt verzocht - monde
ling, uiterlijk binnen een maand, alle gevraagde inlich
tingen
3. Een lid van het algemeen bestuur verschaft aan de raad die
hem heeft aangewezen schriftelijk en - indien daartoe wordt
verzocht - mondeling, uiterlijk binnen een maand, alle
inlichtingen die door die raad, of één of meer leden daar
van, worden verlangd.
4. Het college van elke gemeente verstrekt aan het algemeen
bestuur, het dagelijks bestuur dan wel de voorzitter of de
door deze organen aangewezen ambtenaren alle inlichtingen
die deze organen of ambtenaren nodig achten voor de uit
voering van de in artikel 5 genoemde taken.
5. De leden van het dagelijks bestuur zijn, tezamen en ieder
afzonderlijk, aan het algemeen bestuur verantwoording
verschuldigd voor het door hen gevoerde beleid.
6. Het algemeen bestuur kan een door hem aangewezen lid van
het dagelijks bestuur ontslaan als dit het vertrouwen van
het algemeen bestuur niet meer bezit. Daarbij wordt
gehandeld overeenkomstig de bepalingen van de Gemeentewet
terzake
7Een lid van het algemeen bestuur is verantwoording ver
schuldigd aan de raad die hem heeft aangewezen, voor het
door hem in het algemeen bestuur gevoerde beleid, op een
wijze zoals dat in het artikel 20 benoemde reglement van
orde is bepaald.
8. De raad kan een door hem aangewezen lid ontslaan als dit
het vertrouwen van de raad niet meer bezit. Daarbij wordt
gehandeld overeenkomstig de bepalingen van de Gemeentewet
terzake
9