Blad 2 B. Uit het raadsvoorstel blijkt niet dat er sprake is van een expliciete taakstelling tot de opvang van bevolkingsgroei die verder gaat dan de autonome groei van de gemeente. C. Toepassing van de Wvg is niet bedoeld voor een betere spreiding van de bevolking over de diverse gemeenten D. Er is, mede gelet op de bevolkingsgroei van Leeuwarden, disproportionaliteit tussen de grootte van het aangewezen gebied en de uitbreiding E. Terra verkeert in onzekerheid omdat tot voor kort wethouder P. den Oudsten heeft volgehouden dat de Bullepolder bestemd zou worden voor vogelgebied. B. en C. Het begrip uitbreidingscapaciteit in de Wvg staat er niet aan in de weg dat de gemeente ten behoeve van een bepaalde bevolkings spreiding om stedenbouwkundige en/of planologische redenen opvangcapaciteit krijgt. Verder blijkt uit Sjoch dizze Stêd en andere stukken dat Leeuwarden een opvangfunctie heeft ten behoeve van de woningbehoefte in de regio. Deze gaat verder dan de eigen groei van de gemeente. D. Het gaat om een gebied met een nauwe natuurlijke geografische samenhang. Daarbij spelen natuurwaarden een rol. Planologisch zullen de woonlocaties en het overige gebied waarschijnlijk zorgvuldig op elkaar moeten worden aangepast. De gronden van reclamant in de omgeving van de Miedwei of althans een deel daarvan zullen worden gebruikt ten behoeve de ontsluiting van de beoogde woonlocaties en het betreffende gebied. Verder vindt de commissie het niet onaannemelijk dat de gronden van Terra, gelet op de ligging daarvan, noodzakelijk zullen zijn voor verdere stedelijke uitbreiding E. In verband met het bestaande bestuurlijke krachtenveld in de laatste jaren heeft de provincie aan de gemeente Leeuwarden te kennen gegeven dat zij in woningbehoefte binnen de eigen gemeente grenzen moet voorzien. De gemeente moet i.e. slagvaardig kunnen opereren. Blad 3 De heer O. van der Meer te Lekkum A. De heer Van der Meer vindt het van slecht koopmanschap getuigen dat hij bij de door hem gewenste verkoop slechts kan onderhandelen met de gemeente Het voorkeursrecht is gevestigd op de gehele Bullepolder, terwijl het gaat om de bouw van slechts enkele honderden woningen. Daarvoor heeft de gemeente volgens hem al gronden in het gebied aangekocht. Op het perceel van de heer Van der Meer, ter grootte van 1756 m2, staat een woning. De toegedachte bestemming is reeds gerealiseerd. Het voorkeursrecht kan dan ook van dit perceel af. Dit heeft tot gevolg dat zij wel eens zal moeten afwijken van het eigen beleid. A. De commissie erkent dat de heer Van der Meer wordt belemmerd in de vrije verkoop van zijn perceel. Zij wijst er echter op dat de heer Van der Meer nog vrij is de zaak te vervreemden aan bloed- en aanverwanten in de rechte lijn of in de zijlijn tot in de tweede graad of aan een pleegkind. B. De situering van de beoogde woonlocatie zal plaatsvinden in een gebied met een nauwe natuurlijke en geografische samenhang. Dit zal waar schijnlijk planologisch, mede gelet op de nabijheid van het Wielengebied, goed op elkaar aangepast moeten worden. Om deze reden acht de commissie het niet onredelijk dat het voorkeursrecht gelegd is op de gehele Bullepolder C. Het is de commissie gebleken dat het niet ondenkbeeldig is dat het perceel geheel, dan wel deels, zal worden gebruikt ten behoeve van een ontsluitingsweg Om deze reden, hoewel zij meent dat het de voorkeur had verdiend dat bij de planologische onderbouwing een en ander wat meer was verduidelijkt, acht de Commissie het standpunt van de gemeente over de mogelijkheid dit perceel aan te wijzen niet in strijd met de regelgeving.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 277