DEEL III - MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA
1. MEERJARENINVESTERINGSPROGRAMMA 37
2. STRATEGISCH INVESTERINGS- EN ONTWIKKELINGS
FONDS 37
2.1 Inleiding 37
2.2 Doel 38
2.3 Criteria 38
2.4 Voeding 39
2.5 Treasury 41
2.6 Richtlijnen 41
3. MEERJARENPROGRAMMA 2000 43
SEP ARA TE BIJLAGEN
Bijlage A: Financiële Gegevens en Formulieren
(ombuigingen, voorstellen nieuw beleid, voorstellen investeringsfonds)
Bijlage B: Informatieraster
(10 topprioriteiten en begrotingsbenchmarks)
VOORWOORD
Hierbij bieden wij u de Perspectiefnota Plus 2000 - 2003 - 2010 aan, een Perspectiefnota
Nieuwe Stijl. Deze Perspectiefnota bevat nog steeds een overzicht van de
beleidsextensiveringen en -intensiveringen voor een 4-jarige periode (deel II). De
Perspectiefnota is ten opzichte van vorig jaar echter uitgebreid met een Meerjaren-
OntwikkelingsProgramma (deel I) en MeerjarenlnvesteringsProgramma (deel III). Tevens
is een nieuw informatie-instrument toegevoegd, te weten "informatieraster".
Het MeerjarenOntwikkelingsProgramma (MOP) is een concrete vertaling van de
Toekomstvisie Leeuwarden 2030 voor de periode tot 2010 (met een accent op de periode
tot en met 2003). Op basis van een analyse worden strategische en operationele doelen
geformuleerd, evenals een werkwijze c.q. visie, hoe Leeuwarden deze doelen wil bereiken.
Het MeerjarenOntwikkelingsProgramma (MOP) is een integraal plan over de ontwikkeling
van de stad. De sociale, economische en fysieke structuurversterking worden hierin met
elkaar in verband gebracht.
Het MOP heeft een functie tussen de Toekomstvisie 2030 en de Perspectiefnota Oude Stijl
plus het MeerjarenlnvesteringsProgramma (MIP), en is een afwegings-, prioriterings- en
sturingsinstrument voor de middellange termijn waarin verschillende in- en externe
geldstromen gekoppeld worden.
Wij hebben ervoor gekozen dit instrument volledig in te bedden in de planning control-
cyclus. Het MeerjarenOntwikkelingsProgramma vervult een belangrijke poortwachter
functie in onze planning control-cyclus en daarmee voor de Perspectiefnota en het
MeerjarenlnvesteringsProgramma. Voor onderdelen die nu geen plaats hebben gekregen in
het MOP wordt dus (vooralsnog) niet gekozen. Voorstellen voor ombuigingen of nieuw
beleid en projecten in het kader van de Perspectiefnota Plus zullen ontwikkeld en gewogen
moeten worden in het licht van de strategische doelen die in elk van de pijlers van het
MeerjarenOntwikkelingsProgramma zijn vastgelegd.
Ook extern wordt gevraagd om een MeerjarenOntwikkelingsProgramma (Grote Steden
Beleid en Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing). Op basis van het MOP zullen
maatwerkconvenanten per stad worden afgesloten en middelen worden toegekend. In de
vorm van de vastgestelde, overeengekomen operationele doelen gaat Leeuwarden
resultaatverplichtingen aan met onder meer het Rijk.
Het tot stand brengen van een MeerjarenOntwikkelingsProgramma vergt natuurlijk tijd.
Bovendien dient het afgestemd te worden op de eisen van het Rijk ten behoeve van het
afsluiten van maatwerkconvenanten (deze zijn nu nog niet volledig bekend). Aan een meer
uitgebreid MOP ten behoeve van het Grote Steden Beleid en Investeringsbudget Stedelijke
Vernieuwing wordt thans nog gewerkt. Hier wordt in feite een samenvatting c.q. de basis
weergegeven. Het uitgebreide MOP is, voor zover thans gereed, als werkdocument ter
inzage gelegd. Het behalen van de doelen in het MOP is mede afhankelijk van de
hoeveelheid beschikbare middelen. De finale confrontatie van de doelen aan de beschikbare
middelen dient overigens nog plaats te vinden. Omdat wij op dit moment nog geen zicht
hebben op de omvang van de geldstromen, die in het kader van het Grote Steden Beleid, het
Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing, het convenant met de provincie en de Europese
Structuurfondsen beschikbaar komen, heeft een volledige confrontatie tussen doelen en
middelen nog niet voldoende kunnen plaats vinden. Immers indien er extern minder of
meer middelen beschikbaar komen, kan dat van invloed zijn op het behalen van de doelen.
Dit kan derhalve nog leiden tot aanpassingen van de operationele doelen uit het MOP.
Het MeerjarenlnvesteringsProgramma (MIP) richt zich primair op de gemeentelijke
investeringen, die tot nu toe in feite buiten de Perspectiefnota bleven en in verschillende,
separate meerjarenprogramma's aan u werden voorgelegd. Er is gekozen voor een
groeimodel. In de onderhavige Perspectiefnota Plus is het meerjarenprogramma voor het
nieuwe Strategisch Investerings- en OntwikkelingsFonds opgenomen. Met ingang van de
Perspectiefnota Plus 2001- 2004 - 2010 zullen naast het Meerjarenprogramma voor het
Strategisch Investerings- en OntwikkelingsFonds, ook andere, resterende
"meerjarenprogramma's" voor investeringen (stapsgewijs) worden opgenomen.
Perspectiefnota Plus 2000 - 2003 - 2010
