Door de inzet van het instrumentarium "actief bodembeheer" wordt een reductie verwacht
van de totale kosten van 30% tot 50%, maar het probleem blijft omvangrijk. Het realiseren
van een structurele opslag-/verwerkingslocatie voor vervuilde bagger kan helpen om het
risico te reduceren, evenals experimenten met nieuwe technologieën en technieken.
Arbo-wetgeving
De wetgeving om het gebied van arbeidsomstandigheden wordt aangescherpt, zie
bijvoorbeeld de gang van zaken rondom theaters begin 1999. Onduidelijk is op dit moment
welke (financiële) consequenties dit concreet voor de gemeente zal hebben en of hiervoor
in bepaalde gevallen compensatie vanuit het Rijk beschikbaar zal komen.
2. OMBUIGINGEN EN NIEUW BELEID 2000 - 2003
2.1 Bestuurlijke prioriteiten
De bestuurlijke prioriteiten die voor ons een rol hebben gespeeld bij de afweging met
betrekking tot de extensiveringen en intensiveringen in 2000 - 2003 zijn de volgende.
Met het oog op een verantwoord financieel beleid is de beschikbare financiële ruimte in
meerjarenperspectief (structureel en incidenteel) natuurlijk randvoorwaardelijk en
uitgangspunt.
Ten eerste moeten de gekozen beleidsintensiveringen primair passen in de door ons
vastgelegde strategische ontwikkelingsrichting voor Leeuwarden in het kader van de
Toekomstvisie Leeuwarden 2030. Binnen de Toekomstvisie is door de Raad gekozen voor
een accent op een viertal thema's, die extra aandacht en een extra kwaliteitsimpuls zullen
moeten krijgen, te weten:
Financiële Servicesector
Kennis
Agri-nutri
Verzorgende Culturele hoofdstad
Overigens zijn nog niet alle vier de strategische projectclusters op dit moment voldoende
concreet uitgewerkt en ingevuld. Er wordt nog hard aan gewerkt.
Ten tweede, het MeerjarenOntwikkelingsProgramma (MOP) is een concrete vertaling van
de toekomstvisie voor de periode tot 2010. Wij hebben met betrekking tot het Meerjaren-
OntwikkelingsProgramma eveneens een aantal accenten gelegd (paragraaf 5 - deel I).
Centraal staat het consolideren en uitbouwen van de gunstige economische ontwikkeling in
Leeuwarden. Het zorgen dat mensen werk hebben is tegelijk zorgen dat sociale problemen
zoveel mogelijk worden voorkomen. Daarom zal er geïnvesteerd moeten worden in de
economische ontwikkeling en structuurversterking (in de brede zin, dus economie werk,
infrastructuur, kennis), in het versterken van een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor
bedrijven. Maar daarnaast willen wij ook de revenuen van de ontwikkeling en inspanningen
ombuigen naar Leeuwarden. Er moet meer draagvlak komen voor de voorzieningen in
Leeuwarden en voor onze activiteiten. Dit denken wij onder meer te kunnen bereiken door
een evenwichtiger bevolkingssamenstelling. Voor wat betreft welzijn en veiligheid, leggen
wij het accent in algemene zin op preventie, voorkomen is immers beter dan genezen.
Ten derde hebben zowel het Bestuursprogramma 1998 - 2002 (en dan met name de 10
topprioriteiten) als de door de verschillende diensten aangegeven prioriteiten met
betrekking tot de bedrijfsvoering een rol gespeeld. Gelet op de beschikbare financiële
ruimte, is het overigens duidelijk dat niet alle prioriteiten op dit moment kunnen worden
gehonoreerd.
Tot slot beseffen wij ons terdege dat het realiseren van de geformuleerde ambities en
daaruit voortvloeiende projecten en programma's een aanzienlijke belasting is voor onze
ambtelijke organisatie. De organisatie staat voor een ultieme uitdaging, daarom achten wij
een kwaliteitsslag noodzakelijk. Hieraan wordt gewerkt via een aantal lijnen. Ten eerste het
verbeteren van het bestaande potentieel via onder meer scholing/opleiding (vorig jaar is
daartoe een centraal opleidingsbudget ingesteld) en loopbaanplanning. Verder willen we de
mobiliteit bevorderen via het mobiliteitscentrum.
24
Perspectiefnota Plus 2000 - 2003 - 2010
Daarnaast rust echter op te weinig mensen al teveel werk en op hen wordt al te lang een te
grote wissel wordt getrokken. Dat is uit het een oogpunt van zorgvuldig personeelsbeleid en
zorgvuldig werkgeverschap niet verantwoord, maar ook los daarvan brengt het de realisatie
van de bestuurlijke ambities en plannen in gevaar. Daarom willen wij tevens de capaciteit
en kwaliteit verder versterken door in een aantal gevallen formatie-uitbreiding te realiseren.
Eventuele formatie-uitbreidingen worden primair gekoppeld aan het realiseren van de
belangrijkste ambities en plannen van Leeuwarden. Hierdoor komt een accent te liggen bij
Stadsontwikkeling en in mindere mate bij Algemene Zaken. In deze Perspectiefnota Plus
wordt hiervoor de nodige ruimte gecreëerd.
Informatieraster: 10 topprioriteiten en begrotingsbenchmarks
"Meten is weten", daarom hebben wij in de Perspectiefnota Nieuwe Stijl een zogenaamd
"informatieraster" opgenomen (separate bijlage B). Dit raster heeft tot doel een aantal
relevante en betrouwbare basisgegevens te presenteren ten einde een goede afweging van
beleidsintensiveringen en extensiveringen te faciliteren. Jaarlijks kan worden vastgesteld
hoe het staat met het realiseren van de 10 topprioriteiten uit het Bestuursprogramma 1998-
2002. Ook zijn benchmark-gegevens opgenomen, gekozen is voor vergelijkende cijfers uit
Arnhem, Maastricht, Zwolle en Groningen. Daarnaast is een tabel met begrotings
benchmarks opgenomen, waardoor een vergelijking mogelijk is van de bestedingen van
Leeuwarden met andere steden met een centrumfunctie en een zwakke sociale structuur én
met gemeenten tussen de 50.000 - 100.000 inwoners.
2.2 Ombuigingen en overige voorstellen
Naast de structurele en incidentele ombuigingen, hebben wij ook nog enkele andere
maatregelen meegenomen in het meerjarenperspectief, die zijn opgenomen in tabel II-4-a
en II-4-b. De ombuigingsvoorstellen worden overigens nog verduidelijkt in de separate
bijlage A (pagina 22 t/m 34 - deel 2).
Nr.
OMBUIGINGEN
1999
2000
2001
2002
2003
O 1
Samenvoegen repro, postkamer, magazijn
80
O 2
Opheffen knipselkrant
16
03
Milieu-educatie
15
5
04
Stoppen met milieu-voorlichting
93
O 5
Secr. commissie milieu stadsbeheer
11
06
Herziening reclamecontracten abri's
28
2
O 7
Schuldhulpverlening t.l.v. bijzondere bijstand
309
O 8
Betere afstemming scholingsaanbod WlW-volw.educatie
20
30
O 9
Invoering ouderbijdrage leerlingenvervoer
50
OIO
Vermindering gemeentelijke bijdrage WIW
200
011
Omzetten opstapplaatsen in activeringstrajecten
200
012
Eenmalige vermindering fonds WVG
4.100
-4.100
013
Eenmalige vermindering fonds vluchtelingenhulp
1.500
-1.500
Tabel II-4-a
Nadere uitwerking/onderbouwing wordt voorgelegd bij de Productbegroting 2000.
In het meerjarenperspectief zijn daarnaast de volgende voorstellen meegenomen.
Nr.
OVERIGE VOORSTELLEN
1999
2000
2001
2002
2003
a.
Verlagen stelpost tegenvallers
574
700
700
700
b.
Behoedzaamheidreserve verminderen tot 50%
1.500
c.
Inkooptaakstelling SO en Welzijn
330
d.
Rente-fixatie (stelpost)
600
1.000
Tabel II-4-b
25
Perspectiefnota Plus 2000 - 2003 - 2010
