Blad 4
Wij zijn van mening, dat het CJIB en de gemeente binnen de
mogelijkheden zoveel mogelijk tegemoet zijn gekomen aan de
wensen van de omwonenden. Daarna is de bouwaanvraag
ingediend en gepubliceerd als binnengekomen bouwplan.
Vervolgens heeft het verzoek in het kader van de artikel 19
WRO-procedure twee weken ter inzage gelegen.
Tegen het bouwplan zijn geen bedenkingen ingebracht.
De Commissie voor welstandsadvisering en monumentenzorg Hüs
en Hiem heeft bij advies van 7 april 1999 enige bedenkingen
ten aanzien van het bouwplan geuit. De commissie consta
teert dat het bouwplan in grote lijnen het voor dit gebied
geldende masterplan volgt. Verder vindt zij dat de openheid
en het parkachtige karakter langs de Marnixstraat te zeer
zal worden aangetast. Ook is de commissie van mening dat de
bebouwing langs de Heliconweg onvoldoende lengte heeft,
waardoor een te grote open ruimte in de bebouwing langs
deze stedelijke route zal ontstaan. Tenslotte vindt de
commissie de architectonische uitwerking van het gebouw te
hard, zeker aan de noord- en oostzijde tegenover de woon
bebouwing.
Inmiddels heeft er nader overleg plaatsgevonden met de
welstand. Er is ten aanzien van het wegnemen van de
'hardheid' van de gevels nagenoeg overeenstemming bereikt.
Bij de eerstvolgende uitbreiding van het kantoor zal de
bebouwing langs de Heliconweg 25 meter worden doorgetrok
ken, waardoor de ongewenste open ruimte zal verdwijnen. Ten
aanzien van de aantasting van het parkachtige karakter zal
de architect bij de planaanpassing duidelijk aangeven, dat
bij de inrichting van het terrein veel 'groen' zal worden
toegepast. Dit is onvoldoende gebleken bij het eerste
ontwerp
Gelet op het vorenstaande achten wij het zeer aannemelijk,
dat de welstandscommissie op korte termijn met het bouwplan
zal kunnen instemmen. De eventueel nog door te voeren
aanpassingen zullen niet meer dan marginaal zijn.
Teneinde aan dit bouwplan medewerking te kunnen verlenen is
het noodzakelijk, dat voor het bovengenoemde perceel een
voorbereidingsbesluit wordt genomen. Hierdoor ontstaat de
mogelijkheid vrijstelling te verlenen van het geldende
bestemmingsplan. Wel dienen Gedeputeerde Staten van
Friesland vooraf te hebben verklaard geen bezwaar tegen het
verlenen van de vrijstelling te hebben.
Blad 5
Onder mededeling, dat de Commissie Stadsontwikkeling u in
haar op 18 mei 1999 gehouden vergadering heeft geadviseerd
met het vorenstaande in te stemmen, stellen wij u voor te
besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-besluit
Leeuwarden, 3 juni 1999
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,^
mevrouw L.B.M. van Maaren-van Balen, burgemeester.
mr. F.M.J. Steijvers secretaris.