Artikelsgewijze toelichting bi] Verordening loonkosten
subsidie werkervaringsplaatsen Wiw.
Artikel 1
De definitie van subsidie is niet in de verordening
opgenomen. De reden hiervoor is dat de Awb in artikel 4:21
een dwingende en algemeen geldende begripsomschrijving van
subsidie geeft. Op grond van artikel 4:21 is een subsidie:
"de aanspraak op financiële middelen, door een bestuurs
orgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van
de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het
bestuursorgaan geleverde goederen en diensten".
Artikel 2
De Wiw en het Buf dragen de uitvoering van de taken op aan
de gemeente (dit is de gemeenteraad)In dit artikel legt
de raad de bevoegdheid om over subsidieaanvragen te
beslissen neer bij burgemeester en wethouders.
Artikel 3
De inhoud van dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 4
In dit artikel is in lid 1, sub C, bepaald dat bij de
aanvraag een afschrift van de Wiw-verklaring moet worden
overhandigd. Deze bepaling is opgenomen om vooraf zeker te
kunnen stellen dat de werknemer Wiw-er is en dat de werk
gever gerechtigd is de aanvraag voor een loonkostensubsidie
te doen.
Artikel 5
De Wiw en het Buf laten gemeenten vrij om zelf de hoogte
van de subsidie vast te stellen die aan werkgevers wordt
verstrekt. De gemeenten krijgen een basisbedrag van
f 17.498,- (basis 1999) uitgekeerd. Gemeenten kunnen uit
dit bedrag ook allerlei andere zaken bekostigen, zoals de
kosten van toeleiding en opleiding en de kosten voor
bemiddeling, overhead en dergelijke.
In het eerste lid van dit artikel wordt geregeld dat
burgemeester en wethouders jaarlijks de hoogte van de
loonkostensubsidie vaststellen. Er wordt in dit artikel
uitgegaan van een werkweek van 32 uur. Dit betekent niet
dat er niet meer uren gewerkt mogen worden. Alleen zal de
subsidie niet (evenredig) toenemen. Daarmee wordt aange
sloten bij de bekostiging door het Rijk die ook uitgaat van
een werkweek van maximaal 32 uur.
In het tweede lid is de mogelijkheid van een uitstroom-
incentive opgenomen.