Blad 2 1. de heer S.A. van der Zee, Willemskade 21, 8911 AX Leeuwarden, (brief van 16 december 1998); 2. het bestuur van de wijkvereniging de Toekomst- Vosseparkwij k, Postbus 925, 8901 BS Leeuwarden, (brief van 28 december 1998); 3. LDC (Expertisecentrum voor loopbaanvraagstukken), Lange Marktstraat 14, 8911 AD Leeuwarden (brief 16 december 1998) De brieven liggen voor u bij de stukken ter inzage. ad 1de heer S.A. van der Zee, Willemskade 21 De heer Van der Zee kan zich niet verenigen met het ontwerp-bes temmingsplanOp een vijftal onderdelen heeft de heer Van der Zee zijn zienswij ze geformuleerd. privacy verlies De heer Van der Zee acht het onjuist dat in de herziening van het bestemmingsplan het verlies van privacy niet als een bezwaar wordt gezien. Wij zijn van mening dat, gelet op de vrij grote afstand tussen het perceel Willemskade 21 en de kantoortoren aan de Willemskade hoek Sophialaan (ongeveer 90 m) en het feit dat deze tuin nogal is ingebouwd (begroeiing in de tuinen, bijgebouwen en erfafscheiding zorgen voor de nodige afscherming) van beperking van de privacy niet of nauwelijks sprake zal zijn. Ook het vigerend bestemmingsplan 'Lange Marktstraat-Noord' stond reeds de bouw toe van een kantoortoren aan de Sophialaan. Binnen het regime van dit plan van 1989 zou op de hoek Lange Marktstraat - Sophialaan een toren van 70 meter gebouwd mogen worden. Hoewel het onderhavige plan uitgaat van een grotere hoogte, kan niet worden aangetoond dat een groter aantal kantooretages gelijktijdig betekent dat een forser aantal personen inbreuk kan plegen op de privacytoestand van de heer Van der Zee. Overigens zal in een stedelijk gebied als hier het geval is, een zekere beperking van de privacy niet altijd kunnen worden voorkomen; wonen in de (binnen)stad impliceert o.a. een onderlinge nabijheid van diverse functies. Voorts gaat het om een kantoortoren en niet om een woontoren. Enkele van de hogere lagen in de toren zijn bestemd voor installaties Samenvattend zijn wij van mening dat de beperking van de privacy niet zodanig is dat geen medewerking zou kunnen worden verleend aan het bouwplan. minder licht en zonlicht De heer Van der Zee merkt verder op, dat zij in hun tuin en omgeving veel eerder het (zon)licht zullen gaan missen, dan Blad 3 in het rapport bij het bestemmingsplan staat aangegeven. Derhalve zal er een contra-expertise worden verricht. Naar aanleiding hiervan merken wij op, dat uit het bezonningsonderzoek van het onafhankelijk adviesbureau Peutz Associés B.V. blijkt dat de schaduwwerking in het gebied oostelijk van de toren slechts zeer beperkt is. Afname van daglicht moet marginaal worden geacht. Er is geen sprake van een in een stedelijk gebied onaanvaardbare situatie blijvend verlies van woongenot Ten aanzien van blijvend verlies van woongenot merkt de heer Van der Zee op, dat dit gegeven vanuit zijn visie evident lijkt. Om elke dag tegen een monstrum te moeten aankijkenis erg onplezierig Van een onevenredige afbreuk van het woonklimaat is naar onze mening geen sprake. Het feitelijk, dus objectief vast te stellen, verlies aan woongenot, blijft binnen de marges die nu eenmaal aan een binnenstadssituatie inherent zijn. De ergernis over de aanwezigheid van de toren is een subjectief aspect. Velen zullen de toren mooi vinden of anderszins de aanwezigheid ervan als positief ervaren. Wij wijzen erop dat onafhankelijke deskundigen zoals de vertegenwoordiger van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en de Welstandscommissie Hüs Hiem hieromtrent genuanceerde uitspraken hebben gedaan. De heer Van der Zee kan de toren niet appreciëren. Dit kan natuurlijk geen argument zijn om dan maar van het bouwplan af te zien. lawaaioverlast De heer Van der Zee noemt hierna lawaaioverlast door continu draaiende motoren van de airconditioningvalwinden e.d. Wat betreft eventuele geluidsoverlast tengevolge van airconditioning merken wij op dat het bouwen van een dergelijk gebouw (ook) vergunningplichtig is ingevolge de Wet milieubeheer. De milieuvergunning voor het bestaande complex gaat ervan uit dat het geluidniveau (LAeq) op 10 meter van de inrichting niet meer mag bedragen dan: 55 dB(A) tijdens de periode 7.00 - 19.00 uur; 50 dB(A) tijdens de periode 19.00 - 23.00 uur; 45 dB(A) tijdens de periode 23.00 - 7.00 uur. In de nieuwe milieuvergunning zal worden opgenomen dat het geluid afkomstig van de kantoortoren niet mag leiden tot een verhoging van de reeds vergunde geluidniveaus. Bovenstaande voorwaarden gaan uit van een geluidniveau op 10 meter van de inrichting. Langs de kortste lijn gemeten (de hypotenusa) bedraagt de afstand van de geluidsbron tot de woning van de heer Van der Zee ongeveer 135 meter.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1999 | | pagina 83