Blad 2
Het winkelvloeroppervlak zal enigszins toenemen, terwijl
het assortiment grotendeels ongewijzigd blijft. Wij achten
een verkoopgebouw van 125 m2 in overeenstemming met ons
detailhandelsbeleid; gelet op de aanwezigheid van een
koffie-/snackhoek in het gebouw en het feit dat een groot
deel van het gebouw niet voor het publiek toegankelijk is
(balie, magazijn, berging, pantry, kantoor, e.d.), heeft
het winkelvloeroppervlak toelaatbare afmetingen. In ieder
geval nemen wij in een voorwaarde bij de bouwvergunning op,
dat de vloeroppervlakte voor het kruideniersassortiment
maximaal 50 m2 zal bedragen. Hiermee past de bouwaanvraag
binnen ons beleid.
Uit planologisch en stedenbouwkundig oogpunt achten wij de
uitbreiding van de verkoopruimte op deze locatie
aanvaardbaar
Blijkens een advies van de commissie voor welstands-
advisering en monumentenzorg Hüs en Hiem van 6 mei 1999
voldoet het bouwplan aan redelijke eisen van welstand.
Het bouwplan is gepubliceerd als binnengekomen bouwplan en
heeft in het kader van de artikel 19 WRO-procedure twee
weken ter inzage gelegen.
Tegen het bouwplan zijn geen bedenkingen ingebracht.
Teneinde aan dit bouwplan medewerking te kunnen verlenen,
is het noodzakelijk, dat voor het perceel een voorberei-
dingsbesluit wordt genomen. Hierdoor ontstaat de moge
lijkheid vrijstelling te verlenen van het geldende bestem
mingsplan. Wel dienen Gedeputeerde Staten van Fryslan
vooraf te hebben verklaard geen bezwaar tegen het verlenen
van de vrijstelling te hebben.
Onder mededeling, dat de Commissie Stadsontwikkeling u in
haar op 23 november 1999 gehouden vergadering heeft
geadviseerd met het vorenstaande in te stemmen, stellen wij
u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp
besluit
Leeuwarden, 2 december 1999.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
L.B.M. van Maaren-van Balen, burgemeester,
mr. F.M.J. Steijvers, secretaris.
Nummer 19067
PJ/JG
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
overwegende, dat het wenselijk is ten behoeve van een
bouwaanvraag een voorbereidingsbesluit te nemen;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
2 december 1999 (bijlage nr. 169);
gelet op artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening,
BESLUIT:
1. te verklaren, dat een partiële herziening van het
bestemmingsplan "Buitengebied" wordt voorbereid voor
een gebied, nader aangegeven met een zwarte stippellijn
op de bij dit besluit behorende tekening nr. 37-A1;
2. te bepalen, dat genoemd voorbereidingsbesluit in
werking treedt met ingang van de dag volgend op die van
de bekendmaking.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
voorzitter
secretaris
