Blad 10
7Advies
Het rioolrecht heeft voor een groot deel een algemeen
karakter. De capaciteit van het rioolstelsel is afgestemd
op het transport van hemelwater. Hemelwater is niet alleen
een belasting van het riool door de particuliere eigendom
men maar ook een belasting door publieke eigendommen zoals
wegen. Dit betekent dat alle heffingswijzen op basis van
het waterspoor niet geschikt zijn. Grote en kleine eigen
dommen, met een gelijk waterverbruik, worden bij deze
heffingswijze voor een gelijk bedrag in de heffing betrok
ken terwijl de belasting voor het riool in werkelijkheid
vele malen groter is bij dat grotere object.
In deze nota is aangegeven dat er een relatie is tussen de
waarde van een pand en de belasting voor het rioolstelsel.
Door het rioolrecht volledig (alternatief 5) op te nemen in
de OZB wordt dan ook het meest tegemoet gekomen aan het
doel van het rioolstelsel. Tevens wordt het algemene
karakter benadrukt. Zoals mr. J.A. Monsma in zijn verdedi
ging van zijn proefschrift ("Toetsing belastingverorde
ningen en gemeentelijke autonomie") aangeeft:
"Riolering is een collectief goed. Daarvoor behoort geen
rioolrecht te worden geheven maar een rioolbelasting
Dit proefschrift is ter inzage gelegd. Aangezien in de
Gemeentewet deze mogelijkheid niet is opgenomen is de OZB
een goed alternatief.
Belangrijk is dat uitsluitend met dit alternatief alle
juridische risico's worden weggenomen (zie de vertrouwelijk
ter inzage gelegde brief van de VNG) en dat het op korte
termijn kan worden ingevoerd. Er is dan sprake van een
stabiele inkomstenstroom.
Het enige nadeel is dat huurders van duurdere woningen
zwaarder worden belast. Daarbij moet wordt opgemerkt dat
samen met alternatief 3 deze verzwaring het geringst is.
Wij: stellen dan ook voor te kiezen voor alternatief 5.
7.1 Uitwerking
Met als uitgangspunt de in de bijlage opgenomen actuali
sering van kostendekkingsplan van het Gemeentelijk
RioleringsPlan (hierna GRP 1997-2001) is de tariefsver
hoging van de OZB 26,53%. Hier is rekening gehouden met de
jaarlijkse tariefsverhoging van f 25,-- voor een periode
van acht jaar zoals deze is bepaald bij de vaststelling van
het GRP 1997-2001. Het toegepaste rentepercentage is 5,5%
en de verhogingen eindigen in 2005. Daarna wordt uitslui
tend het prijsindexcijfer toegepast.
Blad 11
7.1.1 Tarief OZB
Het tarief voor de OZB wordt:
Tarief eigenaar 22,16 (was 17,01)
Tarief gebruiker 17,80 (was 14,53).
In bovenstaande opzet is de verhouding tussen het eige
naarstarief en gebruikerstarief opgerekt van 1:1,17 tot
1:1,25 om de huurders van woningen tegemoet te komen
waarbij rekening is gehouden met leegstand.
7.1.2 Ontwikkeling OZB-tarieven tot 2005
Doordat de jaarlijkse verhogingen, zoals die zijn
vastgelegd in het GRP, niet meer kunnen worden verrekend
met het rioolrecht moet het OZB-tarief deze derving aan
inkomsten dekken. In onderstaand overzicht is weergegeven
de tariefstijgingen voor de OZB tot en met 2004.
2000
2001 2002
2003 2004
26,53%
2, 85%
2,81%
2,78%
2, 74%
7.1.3 Ontwikkeling woonlasten
Vorenstaande heeft de volgende effecten voor woonlastendruk
in 2000, zoals die jaarlijks wordt vastgesteld door het
ESBL (Erasmus Studiecentrum Belastingen Lokale overheden)
in het "Belastingoverzicht grote gemeenten" in opdracht van
het Belastingoverleg grote gemeenten.
Omschrijving
1999
2000
Voordeel 2000
t.o.v. 1999
OZB
Riool
546
205
698
53
OZB
Riool
546
236
Voordeel 2000 t.o.v. huidig
stelsel
84
het rioolrecht is fictief vastgesteldhierin is rekening gehouden met f 25,--
verhoging en naar rato het gebruikerstarief
het rioolrecht vervalt