Blad 2
2.2. Budget Besluit Locatiegebonden Subsidies (BLS)
Bij het BLS is de provincie de budgethouder. Door de
provincie Fryslan is voor 1999 een bijdrage beschikbaar
gesteld van f 785.172,-. Voor wat betreft de toekenning
geldt een provinciale BLS-subsidieverordening
3. De verdeling van de budgetten over 1999
3.1. Verdeling budget Besluit Woninggebonden Subsidies
(BWS)
3.1.1. Algemeen
Het BWS-budget is bedoeld voor stimulering van woningbouw
en verbetering van vooroorlogse particuliere huurwoningen.
Bijdragen worden verstrekt in de vorm van eenmalige
bedragen (geen exploitatiebijdragen meer)
Voor de toekenning en besteding van BWS-middelen geldt
binnen de gemeente Leeuwarden de in 1995 vastgestelde
"Verordening Woninggebonden Subsidies". In deze verordening
is een drietal categorieën onderscheiden, waarop de BWS-
subsidiëring zich met name zou moeten richten. Deze zijn:
- het treffen van ingrijpende voorzieningen
(woningverbetering) aan particuliere huurwoningen;
de bouw van koopwoningen in de sector tot de maximale
stichtingskosten van f 171.000,- (inmiddels geïndexeerd
naar f 183000,-
- de bouw van c.q. verbouw tot huurwoningen in stads
vernieuwingsgebieden, met maximale (geïndexeerde)
stichtingskosten van f 183.000,-.
In de gemeentelijke verordening is ook de hoogte van de
subsidie vastgelegd. Voor het ingrijpend verbeteren van
(vooroorlogse) particuliere huurwoningen is het subsidie
bedrag per woning vastgesteld op een eenmalige bijdrage van
f 15.000,-. Bij nieuwbouw dan wel verbouw tot woningen
bedraagt de (éénmalige) bijdrage maximaal f 10.000,- (zowel
voor koop- als huurwoningen)
Opmerking 1
De gemeentelijke verordening is qua toekenningskader
gebaseerd op het BWS 1995. Het BWS is nadien op essentiële
onderdelen gewijzigd. Zo gelden geen vaste subsidiebedragen
(normbedragen) meer en zijn ook maximale stichtingskosten
niet meer aan de orde. Een en ander betekent dat de budget
houder meer bestedingsvrijheid heeft gekregen bij de
toekenning van budgetten. Hoofddoelstelling van het BWS
blijft echter wel dat het geld ingezet wordt daar waar dit
strikt noodzakelijk is en gericht wordt op het oplossen van
specifieke lokale volkshuisvestingsvraagstukken.
Opmerking 2
Het BWS hanteert het systeem van maximale spaargrenzen
(geld wat de budgethouder vanuit het lopende budgetjaar mag
overhevelen/sparen naar het volgende jaar)
Blad 3
Voor het jaar 1999 geldt dat de spaargrens ultimo 2000 is
vastgesteld op het niveau van 100% van het toegekende
budget voor 1999. Indien echter het budget voor 1999 lager
is dan dat van 1998, dan geldt als spaargrens het niveau
van 100% van het toegekende budget 1998.
Vertaald naar de Leeuwarder situatie:
- toegekend budget 1998 f 796.000,-;
- toegekend budget 1999 f 274.791,-.
Een en ander betekent dat, overeenkomstig de spelregels van
het BWS, een bedrag van f 796.000,- gespaard mag worden (of
wel er zal in 1999 minimaal een bedrag van f 594.806,- aan
bijdragen gegund moeten worden)
3.1.2. Verdeelvoorstel BWS-middelen
Nieuwbouw
Ook in 1999 is sprake van een gering planaanbod in de
goedkope sector, de categorie waarop de gemeentelijke
verordening zich, qua financiële bijdrage, met name richt.
Het geringe planaanbod geldt voor zowel huur als koop.
Dit beeld strookt met de huidige woningmarkt, waarbij
nauwelijks behoefte is aan nieuwe (dure) sociale huur
woningen, dan wel aan goedkope (kleine) koopwoningen
(behoudens appartementen)
Hieruit zou de conclusie getrokken kunnen worden dat
Leeuwarden het toegekende BWS-budget niet of nauwelijks zou
hoeven/kunnen te besteden.
Het voorstel is om deze gedachtelijn niet te volgen.
Inzet BWS-middelen 1999
Voorgesteld wordt om de beschikbare BWS-gelden breder in te
zetten en om daarbij de huidige beperkingen in de gemeente
lijke BWS-verordening te verruimen.
Zoals bekend kiest de gemeente Leeuwarden op dit moment
voor het creëren van een evenwichtige, concurrerende
woningmarkt met een voldoende kwantitatief, maar vooral
kwalitatief en gedifferentieerd aanbod van woonmilieus en
woningtype. Dit proces van kwaliteitsverbetering van de
woningmarkt voltrekt zich langs twee sporen, te weten die
van de stedelijke vernieuwing en die van het bouwen van
woningen op aantrekkelijk gelegen nieuwe uitleglocaties.
Het college van burgemeester en wethouders heeft te kennen
gegeven om dit proces te versnellen, waarbij in de komende
jaren tot 2010 ca. 8.800 woningen gebouwd moeten worden
(zowel binnenstedelijk als in de nieuwe uitleg).
In stadsgewestelijk verband zijn, als onderdeel van het
Ontwikkelingskader Leeuwarden (OKL)tussen de zes
gemeenten afspraken gemaakt over de fasering van de woning
bouwproductie tot 2010.
