I Kadernotitie vorming van Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) in Leeuwarden De activering en controle van de fase-1 uitkeringsgerechtigden dienen de uitkerende instanties op locatie van het CWI uit te voeren. Het zogenaamde 'casemanagement' over de uitkeringsgerechtigden in de overige fasen kunnen de uitkerende instanties op de eigen locatie blijven uitvoeren. Bedrijfsverzamelgebouw Op zich is deze scheiding tussen publieke en private organen heel duidelijk. Toch krijgt de klant meestal met minimaal 2 en meestal meer organisaties te maken, in ieder geval met het CWI en de betreffende uitkerende instantie, meestal ook met een reïntegratiebedrijf en trajectuitvoerders. De nieuwe organisatiestructuur krijgt het karakter van ketendienstverlening door allereerst de publieke organisaties CWI en uitkerende instelling, vervolgens in opdracht door private partijen zoals reïntegratiebedrijven, trajectuitvoerders, uitzendbureaus. Uit oogpunt van optimale dienstverlening aan de klant en een effectieve en efficiënte bedrijfsvoering pleit de regering er voor te komen tot bedrijfsverzamelgebouwen voor werk en inkomen, waar iedere organisatie onder eigen verantwoordelijkheid maar onder optimaal afgestemde dienstverlening de diensten de klant kan aanbieden. Het op te richten LIWI krijgt tot taak om met de gemeenten en de nieuwe UWV te overleggen over de totstandkoming van bedrijfsverzamelgebouwen. De veranderorganisatie Alvorens dit SUWI-2-besluit kan worden uitgevoerd, moet eerst nogal wat aan wetgevende arbeid worden verricht. Zo dienen de nieuwe UWV en LIWI een wettelijke basis te verkrijgen. Alle relevante sociale wetten dienen te worden aangepast. Vervolgens dienen reorganisaties worden doorgevoerd. Met name de omvorming van de huidige 5 UVI's tot de UWV is een mega-operatie. De arbeidsvoorzieningsorganisatie dient te worden opgesplitst in een privaat reïntegratiebedrijf en een (kemorganisatie-) onderdeel voor het CWI. De minister heeft een veranderingsorganisatie ingericht om deze grote ombouw gestalte te geven. Een begin van invoering is voorzien in 2002. Tot die tijd blijft zoals het er nu naar uit ziet de eerder genoemde AMvB-SWI van kracht, op grond waarvan per 2001 CWI's als samenwerkingsverband operationeel dienen te zijn. Gevolgen voor de gemeente Zo op het oog lijkt SUWI-2 voor de gemeente niet de grootste organisatorische gevolgen met zich mee te brengen. Slechts een gering deel van de huidige gemeentelijke taken moet worden overgedragen aan het CWI: een deel van de informatie- adviesfunctie en een deel van de gegevensverzameling voor bijstandsuitkering. De invulling van de opdrachtgeversrol voor reïntegratie heeft in onze gemeente al vergaand vorm gekregen in de vorm van raamcontracten met reïntegratiebedrijven voor fase 2/3 en fase 4 uitkeringsgerechtigden. De sector Sociale Zaken is in 1999 gestart met een organisatie-ontwikkelingstrajectDe experimentele inrichting en ook de uitoefening van het casemanagement passen heel goed in het landelijke besluit. Echter, met name het pleidooi van de regering voor de inrichting van bedrijfsverzamelgebouwen voor werk en inkomen betekent wel het één en ander voor de gemeente. De lijn die onze gemeente voor staat wordt in het volgende hoofdstuk uitgewerkt. 4 Kadernotitie vorming van Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) in Leeuwarden 3. KADER VOOR CWI-LEEU WARDEN Ogenschijnlijk een relatief eenvoudige operatie Zoals reeds gezegd zou op basis van het SUWI-2-besluit volstaan kunnen worden met de overdracht van een deel van de informatie- en adviesfunctie en een deel van de gegevensverzameling voor een bijstandsuitkering aan het CWI. Daarmee zou voor onze gemeente ongeveer 2 tot 3 full-time medewerker mee overgedragen dienen te worden. Door de deels flexibele inrichting van de sector Sociale Zaken behoeft dit niet gepaard te gaan met het feitelijk overdragen van gemeentelijke werknemers aan de CWI- organisatie. Op basis van vrijwilligheid kunnen werknemers opteren voor het volgen van de werkzaamheden naar het CWI, doch dit behoeft niet te worden opgelegd. Bij ontbreken van vrijwilligheid kan het bedrag gemoeid met deze geringe overdracht worden bezuinigd op de sector Sociale Zaken en op de door het rijk voorgeschreven wijze worden overgedragen aan het CWI. Tot zover een relatief eenvoudige organisatorische operatie. De keus voor een bedrijfsverzamelgebouw Echter, bij de totstandkoming van de samenwerkingsovereenkomst eind 1998 hebben wij reeds aangegeven met het CWI te willen komen tot verhoging van de effectiviteit en efficiency op het beleidsterrein van werk en inkomen en last but not least de dienstverlening aan de klant te willen verbeteren. Dit zijn precies de redenen voor het pleidooi van de regering om te komen tot de inrichting van bedrijfsverzamelgebouwen. Onder een bedrijfsverzamelgebouw wordt in dit verband verstaan: de fysieke verzameling van dienstverleners en hun activiteiten met als basis het Centrum voor Werk en Inkomen met als doel de bundeling van klantencontacten en te komen tot afstemming van werkprocessen in de keten van werk en inkomen. Wil de nieuwe op zich heldere structuur voor werk en inkomen niet verworden tot een nieuw kastje-muur-model dan is naar onze mening de inrichting van een bedrijfsverzamelgebouw een noodzaak. Ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is een hier een warm voorstander van. Mogelijke varianten Een dergelijke fysieke verzameling van dienstverleners op het terrein van werk en inkomen is niet van vandaag op morgen vorm te geven. Bovendien moet dit op dit moment nog ingericht worden in samenwerking met reorganiserende instellingen. Daarnaast is een bedrijfsverzamelgebouw met verschillend ambitieniveau denkbaar. 1Een eerste niveau is een bedrijfsverzamelgebouw met als kern het CWI en daarnaast de uitvoering van het vaststellen van het recht op uitkering door gemeenten en UVI's op deze locatie. Om het motto 'werk boven inkomen' te accentueren wordt ook huisvesting geboden aan private bemiddelingspartijen 5

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 373