2. Deze vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk han delende bestuursleden, waarvan ten minste één de functie van voorzitter, secretaris of penningmeester vervult. 3. De vertegenwoordigingsbevoegdheid als bedoeld in de leden 1 en 2 is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit. Op een statutaire beperking of voorwaarde zonder wettelijke grondslag kan tegenover een derde geen beroep worden gedaan. Een wettelijk toegelaten of voorgeschreven beperking of voorwaarde voor de be voegdheid tot vertegenwoordiging kan slechts door de stichting worden ingeroepen. 4. Het bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuursleden, alsook aan der den, om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen. BOEKJAAR, ADMINISTRATIE EN JAARSTUKKEN Artikel 11 1Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar. 2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting en van alles betreffende de werkzaamheden van de stichting, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de stichting kunnen worden gekend. 3. Per het einde van ieder boekjaar worden de boeken van de stichting afgesloten. Daaruit worden door de penningmeester een balans en een staat van baten en lasten over het geëindigde boekjaar opgemaakt, welke jaarstukken, vergezeld van een rapport van een register-accountant of van een accountant-administratieconsulent, binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan het bestuur worden aangebo den. 4. De jaarstukken worden door het bestuur vastgesteld. 5. Het bestuur is verplicht de in de leden 2 en 3 bedoelde boeken, bescheiden en ande re gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren. REGLEMENTEN Artikel 12 1Het bestuur is bevoegd één of meer reglementen vast te stellen, waarin die onder werpen worden geregeld, welke niet in deze statuten zijn vervat. 2. Een reglement mag niet met de wet of deze statuten in strijd zijn. Indien en voor zover een reglement een bepaling bevat, welke in strijd is met een ouder niet ingetrokken reglement, geldt de bepaling uit het nieuwe reglement. 3. Het bestuur is te allen tijde bevoegd een reglement te wijzigen of in te trekken. 4. Op de vaststelling, wijziging en intrekking van een reglement is het bepaalde in artikel 13 lid 1 van overeenkomstige toepassing. STATUTENWIJZIGING Artikel 13 1Het bestuur is bevoegd deze statuten te wijzigen. Besluiten tot wijziging van deze statuten kunnen slechts worden genomen in een (mede) tot dat doel uitgeschreven vergadering, waarin ten minste drie/vierde ge deelte van de zitting hebbende bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is, en met een meerderheid van tenminste drie/vierde van de geldig uitgebrachte stem men. Indien op deze vergadering het vereiste aantal bestuursleden niet aanwezig is, wordt binnen een maand, echter niet binnen veertien dagen, een tweede vergadering uitgeschreven, welke ongeacht het aantal aanwezigen bevoegd is omtrent wijziging van de statuten te besluiten met meerderheid van ten minste drie/vierde van het aantal geldig uitgebrachte stemmen. 2. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. 3. De bestuursleden die op grond van deze statuten bevoegd zijn de stichting te verte genwoordigen alsmede zij die eventueel in het besluit tot statutenwijziging door het bestuur als zodanig zijn aangewezen, zijn gemachtigd om ter uitvoering van het be 20 sluit tot statutenwijziging de akte van statutenwijziging te doen passeren en te on dertekenen, alles met de macht tot substitutie. 4. De leden van het bestuur zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging, alsmede de gewijzigde statuten neer te legen ten kantore van het handelsregister, gehouden door de Kamer van Koophandel en fabrieken, binnen het gebied waarvan de stichting haar zetel heeft. ONTBINDING EN VEREFFENING Artikel 14 1Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden. Op het daartoe te nemen besluit is het bepaalde in artikel 13 lid 1 van overeenkom stige toepassing. 2. Indien de stichting op het tijdstip van haar ontbinding geen baten meer heeft, houdt zij alsdan op te bestaan. Het bestuur doet hiervan opgaaf bij het register als bedoeld in artikel 13 lid 4. In alle andere gevallen vindt er een vereffening van het vermogen van de stichting plaats met inachtneming van de wettelijke regels te dien aangaande. 3De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. In stukken en aankondigingen die van de stichting uit gaan, moet aan de naam worden toegevoegd: "in liquidatie". 4. De vereffening geschiedt door het bestuur, tenzij bij het besluit tot ontbinding één of meer andere vereffenaars zijn aangewezen. 5. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten zoveel mogelijk van kracht. Een vereffenaar heeft dezelfde bevoegdheden, plichten en aansprakelijkheden als een bestuurder, voor zover deze verenigbaar zijn met zijn taak als vereffenaar. 6. Een eventueel batig saldo van de ontbonden stichting wordt zoveel mogelijk be steed overeenkomstig het doel van de stichting. 7. Na afloop van de vereffening blijven de boeken, bescheiden en andere gegevens dragers van de ontbonden stichting gedurende zeven jaren berusten onder de jong ste vereffenaar, tenzij door het bestuur of de vereffenaars een andere bewaarder is aangewezen. SLOTBEPALING Artikel 15 In alle gevallen, waarin zowel de wet, deze statuten of een reglement niet voorzien, beslist het bestuur. SLOTVERKLARINGEN Tenslotte verklaarden de comparanten dat, in afwijking van het bepaalde in artikel 4, de eerste bestuurders van de stichting zijn de navolgende personen: Bijlage III Concept bruikleenovereenkomst 21

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 390