Blad 4
degene die in grote lijnen bepaalt wat er aan de hand is en
wat er moet gaan gebeuren.
Zo'n werkwijze houdt een andere rol in voor de
welzijnsinstellingen. Wat maatgevend wordt, is het
'product' en het vermogen om de door de politiek
geformuleerde resultaten te kunnen behalen. Dit te bereiken
resultaat wordt neergelegd in een contract, waarin de
instelling de rol van opdrachtnemer aanvaardt. Instellingen
nemen een klus aan waarvoor ze staan, en waarop ze worden
afgerekend. De beroepskrachten van zo'n instelling zullen
hun kwaliteiten en vaardigheden moeten ontplooien binnen de
kaders die de instelling zich door dit contract gesteld
heeft. Het betekent ook dat een langdurige relatie met één
subsidiënt - meestal de gemeente - niet zonder meer
vanzelfsprekend is, omdat door de marktwerking er andere
instellingen op dit werkterrein actief zullen zijn.
Omgekeerd geeft het de uitdaging om vanuit de eigen
instelling nieuwe markten te verkennen en relaties aan te
gaan met nieuwe opdrachtgevers, misschien zelfs buiten de
eigen stad of regio.
Lokaal sociaal beleid in ontwikkeling
In het lokaal sociaal beleid willen we zoals gezegd de
vraagkant centraal stellen. Daarbij beschouwt de
gemeentelijke overheid het als haar kerntaak om
maatschappelijke problemen te definiëren, vast te stellen
op welke sociale noden als eerste wordt ingezet, en te
bepalen welke politiek-maatschappelijke doelen moeten
worden bereikt.
Het betekent het begin van een proces van transformatie
een ommekeer waarmee voorgoed afscheid wordt genomen van
het verleden. In dit proces zullen de bestaande kaders van
het sociale beleid opnieuw worden gedefinieerd en wel
vanuit het enablingsperspectiefEen sleutelwoord dat dit
tot uitdrukking brengt is "activering"
De transformatie naar resultaatgericht werken, naar
samenhangende trajecten en naar 'empowerment' van kwetsbare
groepen houdt voor de welzijnsinstellingen in dat niet
langer kan worden volstaan met het ieder voor zich
definiëren van waar elk van de instellingen mee bezig wil
zijn. Want de meest hardnekkige problemen zitten nou juist
op het snijvlak van het bereik van al deze instellingen en
vooral net daarbuiten. Doordat ieder zijn eigen werkterrein
afbakent, los van een centrale regie, komt het maar al te
vaak voor, dat werkgebieden niet op elkaar aansluiten en er
achterpaden en brandgangen lopen door een grijs
schemergebied waarvoor niemand zich werkelijk
verantwoordelijk voelt. Instellingen moeten daarom
veranderen in netwerkorganisaties die bij voortduring zicht
houden op problemen en oplossingen, op medespelers en
Blad 5
opdrachtgevers. Zij moeten al naar gelang de omstandigheden
flexibel kunnen worden ingezet. Instellingen moeten het tot
hun handelsmerk maken om dienstbaar te zijn aan het
resultaat in plaats van aan de eigen identiteit in een
samenhangende aanpak met andere professionele organisaties.
Implementatie
Met Lokaal sociaal beleid willen we deze invalshoek van
individueel gericht maatwerk voor de volle breedte van het
welzijnsterrein gaan doorvoeren. Bovendien zal het tot
gevolg hebben dat scherper zal worden afgebakend welke
activiteiten van instellingen worden ondergebracht in wat
met 'achterstandsbestrijding' wordt aangeduid - de ketens
die passend maatwerk leveren voor individuen die op
achterstand staan of dreigen te raken - en wat tot het
reguliere takenpakket van algemene instellingen hoort
(basisvoorzieningen)Met andere woorden,
er komt een nieuwe positionering van activiteiten in de
sociale sector naar kernen (basisvoorzieningen) en ketens
(achterstandbestrijding)
De transformatie die ons voor ogen staat, betekent een
kanteling in de verhoudingen tussen overheid en
welzijnsinstellingen. Er doen zich nieuwe vraagstukken voor
en er liggen kansen voor het welzijnswerk om deze op te
lossen. Maar er zullen ook dingen niet meer gedaan worden.
Ook dat zal een breuk met het verleden inhouden om
prioriteiten te stellen op basis van het herschikken van
middelen in plaats van nieuw geld voor nieuwe projecten.
Samen met de instellingen slaat onze gemeente op deze
manier een nieuwe richting in die de inzet van de
ondersteunende sociale infrastructuur meer effectief,
meetbaar en controleerbaar maakt.
De structuur van de nieuwe aanpak hebben wij neergelegd in
het document Maatwerk in Lokaal sociaal beleid in
LeeuwardenDit laat zien dat we er vanuit de gemeente
klaar voor zijn om tot een nadere uitwerking - samen met de
instellingen - te komen. Daarvoor zullen gesprekken en
onderhandelingen worden gevoerd die moeten uitmonden in
nieuwe contracten die waar mogelijk al volgend jaar van
kracht worden. Over de resultaten daarvan zal aan de hand
van een Beslisdocument Contractering in de Commissie
Welzijn worden gesproken. De financiële consequenties van
het nieuwe Lokaal sociaal beleid zullen wij aan de raad
voorleggen tijdens de behandeling van de Begroting 2001 in
november
Er zal best nog een tijd overheen gaan voor dit proces in-
en extern is afgerond. Dat kan ook niet anders, want met de
doelstelling vernieuwing van het welzijnsbeleid is de lat
hoog gelegd. Het model dat nu wordt gepresenteerd geeft