Blad 2
In de laatste stuurgroepvergadering van 8 mei 1998 is
afgesproken dat de provincie deze structuur in het op dat
moment in ontwikkeling zijnde Provinciaal Verkeers- en
Vervoersplan (PVVP) opneemt en dat inspraak en definitieve
besluitvorming in dat kader plaatsvinden. Daarnaast is
afgesproken dat de gemeenten duidelijkheid zouden
verschaffen over hun bijdrage aan de financiering.
In het kader van de besluitvorming over het PVVP in maart
1999 hebben Provinciale Staten een motie en een amendement
aangenomen die betrekking hebben op de ontsluitings
structuur van Noordoost Fryslan. De strekking hiervan was:
Er moet een MER/tracéstudie komen voor de gehele centrale
as. De terugvaloptie, gebruik maken van de oostflank
(Dokkum - Kollum/Buitenpost -Al) en de westflank
(Aldtsjerk - Leeuwarden)dienen volwaardig te worden
meegenomen, om geen tijdsverlies op te lopen.
De ontsluitingsstructuur moet in samenhang met de
ontsluitingsstructuur van Leeuwarden worden beschouwd.
Binnen twee jaar moet hierover duidelijkheid zijn
(1 april 2001)
Er moet een gemeenschappelijk voorstel komen van de
betrokken gemeenten inzake cofinanciering.
Gedurende de zomer van 1999 bleek dat de uitwerking van
deze besluitvorming op praktische bezwaren stuitte. Naar
aanleiding hiervan is in de Statencommissie Waterstaat en
Milieu in oktober 1999 de volgende aanpak afgesproken:
"In feite bieden de gebiedsstudie Noordoost Fryslan en de
studie Rondom Leeuwarden voldoende informatie om een
besluit te nemen over de meest gewenste ontsluitings
structuur
Daarom is er voor gekozen om de beschikbare informatie nog
eens goed in rij en gelid te zetten als grondslag voor de
definitieve keuzes. Dit moet tot besluitvorming leiden over
de volgende punten:
De gewenste wegenstructuur voor Noordoost Fryslan.
De prioriteitsvolgorde bij de voorbereiding en uitvoering
van de investeringen.
Een eerste aanzet tot financiering van de centrale as.
Met de statencommissie is afgesproken om voor de zomervakantie
in 2000 met voorstellen te komen."
De voorgestelde aanpak heeft de provincie opgepakt samen
met de zeven betrokken gemeenten, te weten Leeuwarden,
Ferwerderadiel, Dongeradeel, Dantumadeel,
Tytsjerksteradiel, Kollumerland en Achtkarspelen, en de
noordelijke directie van Rijkswaterstaat en heeft deze
aanpak verder uitgewerkt.
Blad 3
Het opnieuw in rij en gelid zetten van de informatie heeft
niet tot andere conclusies geleid dan destijds bij de besluit
vorming over het PWP. Aan Provinciale Staten is daarom
voorgesteld om te kiezen voor een wegenstructuur in Noordoost
Fryslan waarbij de centrale as als ruggengraat fungeert. In
deze wegenstructuur dient een volwaardige centrale as te
worden gerealiseerd. Het maatregelenpakket op het overige
provinciale wegennet in Noordoost Fryslan (waaronder de
flanken) maakt onderdeel uit van het vigerende beleid zoals
dat is neergelegd in het PWP en inmiddels deels geprogram
meerd in het provinciale MPI 2001 - 2005.
Bij dit raadsvoorstel is gevoegd de notitie "Wegenstructuur in
Noordoost Fryslan" waarin deze keuze wordt uitgelegd. In deze
notitie is een deel A opgenomen waarin de keuze voor de
centrale as wordt gemotiveerd. In deel B staan de prioriteits
volgorde, de gedachte financiering van deze keuze en de
vervolgstappen die met deze keuze annex zijn.
De conclusies ten aanzien van de keuze zijn grofweg:
1. de centrale as (Dokkum - Burgum - N31) is een belangrijke
bundelende wegverbinding in Noordoost Fryslan en biedt een
oplossing voor de problematiek in het hele gebied. Het
verbeteren van deze as betekent dat een meer knelpunt
gerichte benadering op de flanken mogelijk is conform de
aanpak van "Duurzaam Veilig" (rubriek C in het PWP) De
centrale as biedt hierdoor de meest kosteneffectieve keuze
voor de terugvaloptie, de wegenstructuur over de flanken
(langs Leeuwarden en langs Buitenpost -Al), lost de
problematiek langs de centrale as niet op. Een knelpunt-
gerichte benadering op de verbinding Dokkum - N31 biedt
slechts deels en tijdelijk een oplossing. Binnen de
planperiode zal er in ieder geval een structurele
oplossing moeten komen voor het wegdeel tussen Quatrebras
en de N31. Daarnaast blijven forse investeringen nodig bij
Hurdegaryp en de weg Quatrebras - Dokkum. Op de oostflank
zal enkelbaans capaciteit op iets langere termijn niet
toereikend zijn. Op de westflank zullen nog maatregelen
getroffen moeten worden om de doorstroming langs
Leeuwarden te waarborgen. De mogelijkheden hiertoe zijn
zeer gering.
Relatie met Leeuwarden
Het voorstel komt overeen met de verkeersstructuur die in de
nota 'Verkeersstructuur rondom Leeuwarden' is vastgesteld:
het optimaliseren van de noord-zuid verbinding tussen
Dokkum en RW31 tot stroomweg, inclusief omleggingen bij
Dokkum (westelijk), Damwoude (westelijk), Veenwouden
(zuidelijk) en Garijp (noordelijk);
het niet aanleggen van Aldstjerk-Leeuwarden;
het vooralsnog niet aanleggen van Aldstjerk-Stiens, omdat
deze weg in 2010 te weinig effect heeft.