Blad 2 Hierin komt naar voren dat waar de perspectiefnota vooral gericht is op de te bereiken strategische doelen, de begroting nog te veel instrumenteel van aard is en meer gericht is op activiteiten dan op de te bereiken effecten. Bij de voorbereiding van deze begroting heeft een verbeteringsslag plaatsgevonden. Deze heeft deels geresulteerd in het terugbrengen van het aantal beleidsproducten met name bij de sector Samenlevingszaken en Cultuur. Op het terrein van de formulering van de beoogde effecten en prestaties is echter nog te weinig voortgang geboekt. Een plan van aanpak voor een effectievere verbeteringsslag wordt nog voor het begrotingsjaar vastgesteld. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op het belasting- en tarievenbeleidDaarbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd voor het jaar 2001: geen inflatiecorrectie op de OZB-tarieven, met uitzondering van de meerkosten voortvloeiende uit de uitvoering van het rioolbeleidsplan; doorberekening van de kostenstijging in de tarieven van de heffingen en leges; handhaving van de in voorgaande jaren doorgevoerde lastenverlichting en het doorgeven van de zogenaamde zalmsnip aan de burgers. In hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de gemeentelijke organisatie en bedrijfsvoering. Aanpassing van de organisatie aan de veranderende rol van de overheid en de ontwikkelingen op het ICT terrein staan daarbij centraal In hoofdstuk 7 worden de belangrijkste risico's voor de gemeente vermeld. Rijkswet- en regelgeving blijken hierbij een grote rol te spelen 1 BEGROTING 2001, UITGANGSPUNTEN 1.1 De begroting in de planning en controlcyclus Door het vaststellen van de begroting machtigt de Gemeenteraad het College van Burgemeester en Wethouders tot het aangaan van verplichtingen en het doen van uitgaven ter uitvoering van het vastgestelde beleid. Daarmee start in feite formeel gezien de mogelijkheid om het voor het begrotingsjaar vastgestelde beleid uit te voeren. Voorheen was dan ook de vaststelling van de begroting het moment waarop de richting van het beleid voor het komende jaar werd vastgesteld. Sinds de invoering in onze gemeente van de lange termijnvisie, het meerjaren ontwikkelingsprogramma en Blad 3 vooral de perspectiefnota wordt die richting van het beleid vastgesteld in het voorjaar voorafgaand aan het begrotingsjaar namelijk bij het vaststellen van de perspectiefnotaDe begroting is niet meer en ook niet minder dan een uitwerking van de eerste jaarschijf van de perspectiefnota, de al genoemde formele legitimering tot het doen van uitgaven. De begroting is tevens het formele contract tussen het college van B W en de gemeentesecretaris in zijn functie van algemeen directeur van de ambtelijke organisatie In de tijd die ligt tussen het opstellen van de perspectiefnota en het opstellen van de ontwerpbegroting staat de wereld echter niet stil. Externe en interne ontwikkelingen noodzaken tot aanpassing van de begroting aan de actuele stand van zaken. Daarom wordt dikwijls gezegd dat wij in onze gemeente twee momenten van afweging kennen namelijk bij de vaststelling van de perspectiefnota en bij de vaststelling van de begroting. Het karakter van het tweede moment is echter in principe een andere dan het eerste. Waar het bij de vaststelling van de perspectiefnota gaat over de volle breedte van het beleid, gaat het bij de begroting alleen om de bijstelling op grond van actuele ontwikkelingen en eventueel om concretisering van de richting die bij de perspectiefnota is vastgesteld. De waarde als politiek afwegingsinstrument is in vergelijking met de perspectiefnota dus een beperkte. De begroting is vooral het sturingsinstrument voor de uitvoering. 1.2 Productenbegroting De begroting 2001 is evenals voorgaande jaren opgesteld in de vorm van een productenbegroting. Wel zijn van een aantal producten de doelomschrijvingen, de prestatiecriteria e.d verbeterd en geconcretiseerd. Ook is een aantal beleidsproducten samengevoegd vooral bij de sector Samenlevingszaken en Cultuur om het daarmee mogelijk te maken voor de raad om meer te sturen op hoofdlijnen. Het verbeteren van de begroting is een permanent proces. Wij zijn van mening dat in dit proces te weinig voortgang wordt geboekt. Met het ambtelijk management zijn wij in overleg over een meer effectieve uitvoering van het verbeteringsproces. Aan de opstelling van een plan van aanpak wordt hard gewerkt. Hierin zal gefaseerd worden aangegeven welke verbeteringsstappen wanner moeten worden uitgevoerd en waar ze toe moeten leiden. Met de opmerkingen van de accountant en de Commissie voor de Rekening gemaakt bij de bespreking van de jaarrekening 1999

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2000 | | pagina 516